“Perron55_ heeft zich de afgelopen jaren sterk verbeterd. We hebben het programma verbreed, een frisser imago gecreëerd, hebben onze bijdrage geleverd aan het Zomerparkfeest en het Freefunk Festival, etc. Kortom: we zijn naar buiten getreden als een écht poppodium.” Je zou het niet zeggen als je hem zo aan het begin van zijn relaas hoort, maar Perron55_-beroepskracht Marcel Tabbers heeft nauwelijks een week geleden zijn ontslag ingediend tijdens een gemeentelijke vergadering van de commissie Economie, Toerisme en Cultuur. Hij zal op 1 januari 2006 stoppen als teamleider van Perron55_ bij de stichting Wel.kom waar het Venlose poppodium onder valt. Toch benadrukt hij tijdens ons telefoongesprek in eerste instantie de kracht van de organisatie waar hij zes jaar lang met ‘volle overtuiging, kracht en passie’ heeft gewerkt. Maar zijn energie is afgenomen. Hij kan het niet meer opbrengen om te roeien met de aftandse riemen die het poppodium heeft: Een slecht gebouw op een slechte locatie en bijvoorbeeld geen geld voor de broodnodige professionele P.R.-kracht. Tabbers: “Er is zes jaar geleden een onderzoek gedaan met als resultaat dat er investeringen nodig waren om het poppodium door te kunnen ontwikkelen, maar in de afgelopen zes jaar is er helemaal niks veranderd.” Zijn frustratie is met name gericht op het uitblijven van nieuwbouw: “Het gemeentebestuur schrijft maar onderzoeken uit, maar zal toch écht moeten investeren in een nieuwe locatie wil er een substantiële imago-verbetering kunnen plaatsvinden”. Momenteel is Perron55_ samen met het Filmhuis Venlo gevestigd aan de Kaldenkerkerweg 55. Tabbers denkt dat het probleem niet iets is dat alleen in Venlo speelt en noemt als voorbeeld ook de Azijnfabriek in Roermond: “Er lijkt in Limburg geen politieke wil te zijn om een poppodium uit de grond te stampen. Als er een plan is voor vier beelden van Shinkichi Tajiri, kosten een half miljoen Euro, constateer ik dat er politici zijn die hiervoor op de bres gaan staan. Maar dat gebeurt niet met popcultuur: het belang ervan voor de stad wordt niet gezien. En zo blijven we maar voortkabbelen.” Dit laatste wordt onderschreven door Joery Wilbers, de popconsulent van de Stichting Popmuziek Limburg: “Het is een feit dat er geen geld bij komt. De behoefte aan een poppodium wordt door meerdere gemeentes onderschat.” Alhoewel sceptisch over de gevolgen vindt Wilbers het een goede en moedige keuze van Marcel Tabbers om dit duidelijke signaal af te geven: “Perron55_ moet serieus genomen worden. Jaar na jaar worden er goede plannen ontwikkeld vanuit de popfunctie die de zaal heeft. De verdere ontwikkeling daarvan wordt simpelweg onmogelijk gemaakt door de opstelling van de gemeente.” Stiekem hoopt hij toch op een ’politiek stormpje’ waarin een aantal partijen zich achter Tabbers scharen. En dat is nou precies hetgeen de afgelopen jaren dus niet is gebeurd volgens de uittredende Perron55_-beroepskracht. Middels een brief met daarin de tekst die hij voor de commissie Economie, Toerisme en Cultuur bracht, heeft Marcel Tabbers de vrijwilligers van Perron55_ op de hoogte gebracht. Volgens bronnen binnen de vrijwilligersorganisatie wordt er gewerkt aan acties.