De Qbus in Leiden is vanavond het strijdtoneel met vijf bands die azen op de hoofdprijs: de Nobel Award. Een voorronde met de typische ingrediënten: familie en vrienden langs de kant, bands die voor het eerst samen op een podium staan, en vijftien minuten ombouwtijd waarin soundchecks een illusie zijn. Maar juist dat levert een fijne avond op met verrassend volwassen muziek– van nostalgische new wave tot experimentele nu-soul en opzwepende surf-punk.

Sommige acts spelen net samen, een ander staat zelfs voor het eerst op het podium. Wat de acts delen is een honger om indruk te maken. Spoiler: dat lukt meer dan eens.

The Dark Wave

The Dark Wave trapt de avond af. Begonnen als tributeband, nu op eigen benen. Niemand van de bandleden lijkt onder de vijfenveertig. Fuck Herman (van Acda en De Munnik-fame),je kunt ook alsnog een band beginnen in plaats van iedereen te laten denken dat je dood bent. Hoewel… de band is volledig in het zwart gekleed, met een frontman wiens authentieke wave-kapsel doet vermoeden dat hij met een tijdmachine naar de kapper gaat. Men houdt hier duidelijk van new wave. Devotie heet dat.

De nummers barsten van de energie. Een zingende gitaar, een mini-synth die lardeert met ultieme wave-riedels – de new wave-grabbelton is compleet. Al liggen de eerste twee nummers vooral op n bedje van powerpunk. Bij het derde nummer vindt de band een meer cohesief geluid. Hun derde nummer spelen ze live voor pas de derde keer, maar er valt geen nootje verkeerd. Doordat gitaren en drums terughoudend spelen, galmt de zang er mooi overheen, vol geloofwaardig kwetsbaar leed. Als wij de baas waren, zou dit de koers worden.

Het vierde en vijfde nummer vallen echter terug in wave-punk van de eerder nummers, waarbij de kwaliteiten van de zang en de diepere treurnis van de synths weer ondergesneeuwd raken. Mogelijk ligt dat aan de korte ombouwtijd – de band lijkt niet perfect uitversterkt. De leadgitarist levert wel nog een heerlijk hypnotische wave-solo. Een golfje waarop we naar de volgende band surfen.

Sea Foam Grey

De Haagse band die we eerder interviewden (lees hier), zien we nu live. Poef, wat een energie. Drummer Ruben loog niet over zijn kunnen. Leadgitarist Nick, die er in vorige keer in de Wibar en bij het interview niet bij was, blijkt toch zeker te bestaan – en houdt duidelijk van zijn riffs.

Sea Foam Grey is opmerkelijk strak, zeker voor een band die pas zo kort bestaat. Toewijding heet dat. Die toewijding straalt af op de zaal, vooral zichtbaar aan de rij voor het podium die zich vormt als bassist Nuno, mid-act, stickers uitdeelt.

Het laatste nummer wordt door zanger en gitarist Boris ingezet met veel tremolo op de snaren en een holle galm in zijn stem. Nuno en Ruben beuken real-time de vangrail om zijn wave. De diepe noten van Nuno als palen die Ruben met elke drumslag dieper de grond in hamert – dit geeft de prettig angstige onontkoombaarheid die new wave goed maakt.

Het laatste nummer laat een sterke indruk achter, al markeert het ook dat de eerdere nummers niet zo klonken. Zenuwen? Of een soundcheck die feitelijk tijdens het optreden plaatsvindt? We zetten deze band voorzichtig op ons lijstje van kanshebbers.

Mae Lynn

Van Mae Lynn vonden we geen digitale kruimels, dus we waren bijzonder benieuwd. Het blijkt haar allereerste optreden ooit – en wij zijn erbij.

Geen band, maar een backing-tape. Een beetje valsspelen, vinden we eerlijk gezegd, maar op deze prachtige tedere première slikken we onze kritiek in. Mae Lynn zingt eigen liedjes uit het genre Mau, met een sausje dreampop. Ze haalt haar nummers "uit donkere tijden", zoals ze zelf vertelt: "Dit is 10.000 keer enger dan ik al dacht. Dat krijg je ervan... Ik schrijf alleen als ik me kut voel over dat ik me kut voel."

Gelukkig zit de zaal vol vrienden en familie die haar ondersteunen met veel liefde en applaus. Andere bands krijgen het zwaar om publiekslieveling te worden.

Bij de laatste twee nummers krijgt Mae Lynn gezelschap van Jona Liesting, gitarist van De Nachtelijke Escapades. Ze lijkt wat zekerder nu ze niet meer alleen is. Ze trapt af met een spoken word die zozeer uit haar hart komt dat we tranen in haar ogen menen te zien. Zoals met de muziek van Mau: je kunt ervan vinden wat je wilt, maar onberoerd laat het je niet. Dat is knap.

Siris Anish

Ook van deze band geen Spotify-sporen. Twee gitaren en een elektrische piano. Licht hese zang, slow funk-gitaar die op de beat van de bas een steunakkoord krijgt van de piano. Nu-soul met een vleugje Bon Iver? Indie nu-soul rock? Noem het wat je wilt – het is zonder meer goed.

Bij het tweede nummer pakt de pianist de bas, waardoor de zang met lichte galm nog meer op de voorgrond treedt. De zaal is duidelijk betoverd. Het applaus is niet uitbundig maar intens warm.

Bij het laatste nummer verdwijnt het nu-soul-element als de zanger een akoestische gitaar pakt. Met trillende, licht raspende stem bindt Siris Anish een strik om het publiek – en, vermoeden wij, ook om de jury. Mae Lynn heeft weliswaar een stevige greep op de publiekstem, maar voor deze mannen de finale? Sorry, Sea Foam Grey...

THE VELCRO

Ook uit Den Haag, maar compleet anders dan Sea Foam Grey. Frisse surfers die een band begonnen met lekker onfrisse Noordzee-surf-a-billy – een genre dat we net verzonnen hebben. De band klinkt meteen goed, ondanks de uitdaging van vijftien minuten ombouwtijd zonder soundcheck.

De surf horen we terug in een van de gitaren die dicht tegen die surf sound schuurt. De ritmegitaar legt beukende golven overheen. Wat vooral opvalt: hoe goed bas en drum samenvallen. Beiden stuwen, maar de bas blijft hoorbaar, waardoor die schelle klank wegblijft die te veel (post)punk-bandjes onbedoeld hebben.

Bij het derde nummer heeft THE VELCRO de zaal volledig bij de lurven – de aanzienlijke moshpit is de graadmeter. Ouders en andere familie, kenmerkend voor award-voorrondes, wijken ietwat beduusd naar de randen. Dit is waar Velcro de wedstrijd vanavond wint: de interactie met de zaal. Tussen elk nummer is er goed contact met het publiek.

Aan het eind organiseert Velcro, surfers immers, een crowdsurf: twee mensen beleven hun crowdsurf-ontmaagding in de Qbus. Op de rampetampende Surf-a-billy glijden ze over ons heen, terwijl elke van de 120 beats per minuut harmonieus gemarkeerd wordt door bas en drum, waar de gitaristen golven van snerpende akkoorden op laten landen. Surf's up!

We herzien onze stem en voorspellen voor THE VELCRO de juryprijs.

Uitslag

De juryprijs is onomstreden: THE VELCRO. Ze hadden technisch het beste geluid, uitstekende publieksinteractie, en stonden solide als band. De vriendelijke bak surf-punk die de zaal ingeslingerd wordt, gaat ook in de grote zaal van de Nobel werken.

Naast hen wint Mae Lynn, zoals verwacht, de publieksprijs. We hopen dat dit de eerste stap naar een mooie carrière wordt. Zal ze in de halve finale met een liveband komen? We gaan het meemaken.