Achter het podium hangt een groot scherm waarop plaatjes worden geprojecteerd. Bij binnenkomst kijken we daarom naar een afbeelding van een braadworst, met wat blaadjes sla. Er wordt gewezen, gelachen, bier gedronken. De sfeer is ongedwongen en het publiek zit er al in voordat er überhaupt muziek is gespeeld.
Het voorprogramma wordt verzorgd door André Dodde, die op een orgeltje en een Minimoog speelt en een sfeervolle performance neerzet. Maar, het wachten is natuurlijk op Partiboi. Plotseling verschijnt er een groep mensen bovenaan de trap: een vrouw, een man in een worstelmasker, een dichter in pak en een gitarist. Samen kondigen ze Partiboi aan, in het Portugees, Spaans en Nederlands. “De gitaar is een zestalig gedrocht”, zegt de dichter. “De bas is seks. De drum is het geweten. Partiboi is deep throat voor gevorderden, met schaamhaar tussen je tanden.”