The Who – My Generation (My Generation 1965)
“My Generation is het coolste nummer dat ooit geschreven is. Iets coolers wordt nooit meer gemaakt. Sowieso, The Who in hun mod-periode. Ik bedoel hoe die gasten eruit zagen, hoe ze op het podium stonden, en dan My Generation. Het is een fantastisch en puur statement. Over vijftig jaar heeft het denk ik nog evenveel zeggingskracht als nu. Er gaat heel veel energie en levenslust van uit, maar trapt tegelijkertijd lekker ergens tegen aan. Die cheeky humor: I hope I die before I get old. Drie jaar geleden is het gebruikt als protestnummer in de strijd om betere ouderenzorg in Groot-Brittannië. Het maakt dus niet uit wie het zingt. Het kan een rockband zijn, maar als een stel bejaarden het voordraagt, heeft het ook zeggingskracht.” Daarnaast kan Orange Skyline qua bandbezetting het beste worden vergeleken met The Who. Niet dat de onderlinge relaties zo gespannen zijn, maar vanwege de rolverdeling. “The Who heeft ook een gitarist die praktisch alle nummers schreef, een gestoorde drummer (sorry Mart), een heel intelligent spelende jazzy bassist en als laatste een echte frontman, die overal op het podium te vinden is.”
The Kinks – Dedicated Follower Of Fashion (1966)
“We halen best wel veel inspiratie uit mod-bandjes uit de sixties. Met Ray Davies hadden The Kinks een van de sterkste tekstschrijvers die de popmuziek ooit heeft gekend. Hij observeert heel scherp met humor en ondertussen blijven het compacte popliedjes.” Dedicated Follower of Fashion is misschien niet eens het favoriete nummer van Orange Skyline, maar het diende ter inspiratiebron voor het eigen werk: Keepin’ Up Appearances. “Hierin uiten we kritiek op singer-songwriters. Dedicated Follower of Fashion gaat over modepopjes, terwijl The Kinks zelf ontzettende mods waren. Je kunt wel flink gaan haten op een bepaalde groep mensen, maar dan graag met relativeringsvermogen en zelfspot. Anders is het onzin en niet meer grappig. Het Jiskefet effect. Als je een goede parodie op een groep maakt, dan gaat die groep het zelf waarderen. Kijk naar De Lullo’s. Ze maakten brallende corpsballen belachelijk, maar die gasten (de corpsballen, red.) kijken ondertussen nog steeds iedere week een aflevering. Als je observerende popliedjes schrijft, moet je jezelf nooit buiten beschouwing laten."
The Beatles - A Day In The Life (Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band 1967)
Helaas staan The Beatles niet op Spotify, maar een lijst zonder hen was geen optie volgens Stefan. Het kiezen van een nummer blijkt een gevoelig puntje. “Ja, dan krijg ik ruzie met mijn broer Niels. We hebben altijd een discussie over wat nou hun beste nummer is – voor zover dat überhaupt mogelijk is bij The Beatles. Niels vindt In My Life, maar voor mij is het A Day In The Life.” Ook verschillen de beide broers van mening over het beste Beatles album. “Niels noemt altijd Abbey Road en ik Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band.” Op dat conceptalbum uit 1967 staat ook Stefans favoriete nummer A Day In The Life. “Het heeft alles wat The Beatles geweldig maakt. Het is een Lennon/McCartney nummer. John heeft een vlijmscherpe vocal en Paul zingt juist lekker poppy/catchy. Daarnaast heeft het psychedelische en beatmuziek invloeden. Alles wat The Beatles zijn, dragen ze voor mij uit met dit nummer. De beste band ooit."
Jimi Hendrix – Bold as Love (Axis: Bold As Love 1967)
In een eerder interview vertelde Stefan al dat de naam Orange Skyline is geïnspireerd door Bold As Love van Jimi Hendrix. “Jimi noemt in dat nummer kleuren op en als hij bij oranje komt, zingt hij: Orange is young, full of daring but very unsteady for the first go 'round. Toen wij dat hoorden zeiden we: Ja! Dat is wat wij willen zijn als band.” Ook gaven ze aan dat Skyline toegevoegd werd vanwege hun ambitie: The Sky is the Limit! “Ja Jezus, daar kwam Niels ooit mee aan. Orange skyline kan volgens mij zowel het begin als het einde van een dag zijn. Voor ons is het death or glory!” Op de vraag wat Stefan daar precies mee bedoelt, antwoordt hij: “It means we're serious about this. We're not fucking around!” Helder.
The Velvet Underground – Heroin (The Velvet Underground & Nico 1967)
“The Velvet Underground is een enorme inspiratiebron voor ons. Zonder hen waren The Strokes er niet geweest en zonder The Strokes weer geen The Libertines en Arctic Monkeys.” Tijdens Simplon Up Allstars was The Velvet inspiratie terug te zien in een nieuw nummer van Orange Skyline, namelijk Travel, Travel. “Mensen zijn van ons gewend dat we toe bouwen naar een climax, waarna we heel poppy afsluiten. Net als Heroin hebben we Travel, Travel helemaal afgebroken en laten verzanden in wide noise. We maakten het hele nummer kapot en zijn daarna het podium afgewandeld. De awkward sfeer die volgde in de zaal, was precies ons doel. Dat vonden we geniaal aan Heroin. Het nummer heeft iets dreigends. Bovendien is het ontzettend shockerend, zelfs nu nog. Lou Reed die zo openlijk zingt over heroïnegebruik, heel rauw.”
The Smiths – There Is A Light That Never Goes Out (The Queen Is Dead 1986)
“Ik ben een enorme fan van The Smiths. De rest van de band vindt hen verschrikkelijk. Zet dat er maar bij, anders krijg ik ruzie. Maar als we toch op de persoonlijke tour gaan, dan kies ik voor There Is A Light That Never Goes Out. The Smiths hebben verschrikkelijk catchy liedjes met teksten waarbij je de ogen uit je kop kan janken. Zanger Morrisey is een absolute held. Wat betreft zijn schrijfkunsten is hij één van de weinige eerlijke personen in de popmuziek. Hij kan het totaal niet vinden met journalisten of andere muzikanten en laat zich absoluut niet doorgronden. Maar hij snijdt wel heel dapper bepaalde onderwerpen aan. Hoe hij schrijft over eenzaamheid, bijna op het ongemakkelijke af. Het wordt persoonlijk, bijna eng. Het voelt alsof je hem loopt te begluren, vandaar dat hij zich waarschijnlijk niet laat doorgronden.”
Oasis – Live Forever (Definitely Maybe 1994)
Uit een eerder interview bleek al dat Stefan een groot Oasis fan is. Hij raakt niet uitgepraat over de wereld van de gebroeders Gallagher. Het debuutalbum Definitely Maybe is zijn favoriet. Helaas staat ook Oasis niet op Spotify. “Het hele verhaal dat dit album uitdraagt, gaat over jongens die fucking graag die hele rock-'n-roll-wereld willen veroveren. Het gaat gewoon over normale jongens en het zijn geen super muzikanten. They are not singing about someone with magical powers, they are singing about you and me.” Volgens Stefan past Live Forever goed in dat beeld. Het is heel simpel qua boodschap, maar des te scherper daardoor. “Ik zie het als: you and me against the world. Het is een vrij simpel en subtiel liedje, maar heeft tegelijkertijd alle kwaliteiten om te functioneren als een anthem.” Orange Skyline kan zich goed vinden in de boodschap van Definitely Maybe en zien zelf de rock-'n-roll-wereld ook wel zitten. “Maar zeg eerlijk, wie wil dat nou niet!?”
The Libertines – Time For Heroes (Up The Bracket 2002)
“Eigenlijk is Britpop gewoon dood. Nadat Oasis te groot werd – als Marco fucking Borsato, maar dan voor Engelse begrippen – moesten The Libertines uit de puinhopen weer beginnen. The Libertines is voor mij alsof William Blake is herrezen vanuit de Romantiek en liedjes is gaan schrijven. The Libertines hebben iets romantisch. De bandnaam is ook een verwijzing naar de Libertijnen uit Frankrijk. Het zijn typische oude dandies, Oscar Wilde achtige types. Niet dat ze ouderwetse liedjes maken, want ze zingen over hele moderne onderwerpen. Het zijn allemaal hele kleine verhalen, heel subtiel en toch met veel energie en enthousiasme gebracht.” Stefan vindt Time For Heroes het mooist, terwijl Niels Music When The Lights Go Out prefereert. “Tekstueel is Time For Heroes een absurd goed nummer met bijvoorbeeld een verwijzing naar The Great Gatsby van Scott Fitzgerald.”
Arctic Monkeys – I Bet You Look Good On The Dancefloor (Whatever People Say I Am, That’s What I’m Not 2006)
“Er is niemand, echt niemand van onze leeftijd die van gitaarmuziek houdt en niet onder de indruk was van I Bet You Look Good On The Dancefloor. Ik weet nog waar ik liep, ik weet nog wat ik dacht en ik weet nog wat ik voelde. Het komt zelden voor dat muziek dat met je doet. Arctic Monkeys die op deze manier even hallo zeiden tegen de popcultuur. Het is fucking catchy, echt fucking catchy. Wat ik geniaal vind aan dit nummer is de zin: Oh there ain’t no love no, Montagues or Capulets. De twee rivaliserende families uit Romeo & Juliet. Geniaal. Hij zingt over een smerige ranzige discotheek en komt vervolgens ineens aan met Shakespeare. Zonder dat te obvious te doen, zoals veel schrijvers een poging wagen om intellectueel over te komen. Hij past het zo subtiel in. Een heel slim popliedje met de energie van fantastische rock-'n-roll.”
Kasabian – Underdog (West Ryder Pauper Lunatic Asylum 2009)
“We zijn als band sinds 2008 samen. Underdog was voor ons een enorme eye opener. We probeerden daarvoor steeds op het standaard Oasis geluid uit te komen. Los van het feit dat Underdog een nummer is met ontzettend veel energie, liet Kasabian ons zien hoe je met de combinatie van de sixties en britpop iets heel nieuws kunt doen. Kasabian gooide voor ons allemaal deuren open. We waren namelijk echt op een dood spoor aan het lopen met onze liedjes. We hebben toen, behalve het eerste nummer Soldier Me, al ons oude werk weg gedonderd. Voor mij was het bijvoorbeeld een enorme eye opener dat rock-'n-roll niet per se hoefde met een doorrookte drankstem. Een jong en fris geluid mag ook.”