De Dijk: een feest der herkenning

Groningers zingen longen uit hun lijf bij de bekende klassiekers

Tekst: Marion Bruinenberg Foto's: Joséphine Kurvers ,

De Dijk heeft een druk najaar. Op 1 oktober vierde de band zijn 30e verjaardag in Paradiso, en daarnaast is eind september de documentairefilm Hou Me Vast in première gegaan op het Nederlands Film Festival in Utrecht. Hun negentiende studioplaat Scherp de Zeis verscheen onlangs, wat een uitgebreide tour die tot diep in december voortduurt heeft opgeleverd. Vrijdag stonden ze in een uitverkocht Oosterpoort

Groningers zingen longen uit hun lijf bij de bekende klassiekers

De Dijk heeft een druk najaar. Op 1 oktober vierde de band zijn 30e verjaardag in Paradiso, en daarnaast is eind september de documentairefilm Hou Me Vast in première gegaan op het Nederlands Film Festival in Utrecht. De film gaat over het overlijden van Solomon Burke, vlak voor de presentatie van hun gezamenlijke album Hold On Tight, en hoe De Dijk dit weer te boven kwam: door weer samen muziek te maken. Zijn negentiende studioplaat Scherp de Zeis verscheen onlangs, wat een uitgebreide tour heeft opgeleverd die tot diep in december zal voortduren. Vrijdag stond hij in een uitverkocht Oosterpoort.

De zaal zit al goed vol nog vóór het voorprogramma, Bert Hadders & de Nozems, moet beginnen. Deze 7-koppige band brengt het publiek met catchy nummers (in het 'Knoalsters', een Drents dialect, red.) alvast goed in de stemming. Door soortgelijke instrumenten te gebruiken, zoals een mondharmonica en een orgeltje, past het voorprogramma goed bij wat komen zal: een prima opwarmertje voor De Dijk.

Het geduld in de zaal is ver te zoeken als de lichten weer aan gaan en het wachten op De Dijk begint. Na ruim een halfuur klinkt een onheilspellend jazz muziekje, en in het donker komen de mannen het podium op om, toepasselijk, in te zetten met Ietsje Later. Huub van der Lubbe staat er ietwat stijfjes en onhandig bij, en twijfels rijzen of hij zich nog steeds kan laten gelden als een overtuigende frontman.

Scherp de Zeis, de titelsong van het gelijknamige album, doet veel denken aan de Amerikaanse rythm & blues scene van de jaren zestig/zeventig. Het swingende nummer heeft een duidelijke moraal: durf te leven in de tijd die je gegeven is. Zoals de meeste nummers van de nieuwe cd is het, afgezien van de tekst, echter niet echt vernieuwend t.o.v. de vorige albums. Tot veel meer dan mee-knikken komt het voorlopig bij het publiek dan ook nog niet.

De invloed van Solomon Burke blijkt uit het nummer De Blues Verlaat Je Nooit. Het is een typische bluescompositie met een strakke ritmesectie, en de zang van Van der Lubbe staat mooi in contrast met de jankende gitaar van Nico Arzbach. De band lijkt als het ware hun lotsbestemming als muzikanten te aanvaarden: je kan de blues wel verlaten, maar de blues verlaat jou nooit. Een feest der herkenning barst letterlijk los als de hele zaal staat te springen bij Ik Kan Het Niet Alleen. Leek Van der Lubbe in het begin nog enigszins schuchter, nu gaat hij los op geheel eigen manier met typerende, aandoenlijke danspasjes waarbij jassen en dassen over het podium vliegen. De meezingsfeer wordt nog even vastgehouden door Hou Me Vast, en later met Onderuit, waar de emotie en drama van afdruipen. Roland Brunt toont zijn gehele longinhoud tijdens een geweldige solo weg op de tenorsax: het publiek vraagt zich af of deze saxofonist überhaupt wel tijd om te ademen nodig heeft.

De zaal wordt na oorverdovend gejoel en geschreeuw getrakteerd op twee toegiften. Het publiek is door het dolle heen met de klassieker Als Ze Er Niet Is. Afgesloten wordt met Groot Hart, en dat nummer kon niet beter gekozen zijn. Een waar meezingfestijn ontploft: hoewel Van Der Lubbe een andere draai aan het nummer probeert te geven, houdt het publiek vast aan de studio versie. Gelachen wordt er om de kleine veranderingen die zijn aangebracht speciaal voor de Groningers: "ik val voor alle vrouwen in de zaal"; "ik loop over de Grote Markt"; "over Groningsch wegen".

De Dijk krijgt een welverdiende staande ovatie voor een optreden dat staat als een huis. Wel is duidelijk dat de meeste mensen kwamen voor de bekende nummers, waar uit volle borst meegezongen werd. Bij de nieuwere nummers is men wat afwachtend. Echt vrolijk zijn deze ook niet: de dood is een terugkerend thema. En toch weten de mannen van dit concert weer één groot feest te maken. De Dijk spoort ons aan om te leven, zolang het nog kan.