The Opposites draaien op volle toeren

Nederhop, puberlol, snoeiharde bassen en aanverwante zaken in De Oosterpoort

Iris Engelsman, ,

The Opposites doen het, gepresenteerd door TMF, op deze mini tournee samen met Flinke Namen, Dio en een handvol DJ’s. Nederhop nieuwe stijl. Een stevige crew die het overwegend jonge publiek goed weet op te zwepen en verrassen met een speelse mix van puberale grappen, zelfspot, doordachte beats en een blik in hun weg naar volwassenheid. Samengevat in hun nieuwe album: Begin Twintig

Nederhop, puberlol, snoeiharde bassen en aanverwante zaken in De Oosterpoort

Bij binnenkomst in De Oosterpoort vraagt de enthousiaste security: “Kom jij ook even lekker hiphoppen?” De toon is gezet. De Kleine Zaal is nog niet halfvol als opener Flinke Namen het eerste nummer inzet. Hun set is een kanon van “als ik zeg Flinke, zeggen jullie Namen/ Ik weet niet wat ik moet doen met je ass, maar schatje, kom es hier met je ass/ Bouw het op, breek het af/ Hebben jullie er een beetje zin in?” Ze vinden flink gehoor bij het jonge publiek; er wordt stevig mee ge-bobbed. Toch is het duidelijk waar de mensen vanavond voor komen, zodra Dio wordt aangekondigd komt het publiek pas echt los. “Ze noemen hem D-I-O, ze noemen hem DD-II-O”. Alle teksten worden luidkeels meegezongen en gerapt. Dio werkt momenteel in de studio aan zijn nieuwe album “Rock & Roll”. Wanneer hij het titelnummer van deze plaat ten gehore brengt, herleven even oude tijden: Dio duikt op het publiek en gaat op zijn gemak crowdsurfen (de security staat tegen die tijd zelf “even lekker te hiphoppen” en staat het oogluikend toe). Dio experimenteert met drum & bass, rock, industriële beats en old-skool hiphop, dat levert een lekkere afwisseling in zijn set op, die bovendien erg dansbaar is. Met als toetje een dansles, Dio leert het publiek het dansje van Yung Joc (step, step, step, snap yo’ fingers). We doen het wel aardig, volgens mij. Hoe jong het publiek is, blijkt als de TMF host aan een jongen in het publiek vraagt: “Jij wil later rapper worden hè?” Even later worden The Opposites Twan en Willy luidkeels ontvangen. Ze beginnen met het nummer waar het voor hen allemaal mee begon “Fok jou”. Er vliegen biertjes door de lucht en iedereen eet uit hun hand. Ondanks het steeds minder wordende geluid (harde bassen, schelle microfoons) nemen Twan en Willy het publiek helemaal mee, van begin tot eind. Langs de tekstuele hoogstandjes van “(Je moet niet zitten aan) me Nikes” via het zware en snelle “Oew Oew”, naar de te verwachten klapper van de avond “Dom, Lomp en Famous”, waarvoor de complete crew inclusief voorprogramma het podium nog even bestijgt. Het is hard, het is rauw en er is duidelijk groei te zien. Niet alleen muzikaal, maar ook in de teksten experimenteren Twan en Willy er op los. De combinatie van gezonde zelfspot, het refereren aan volwassener thema’s (“Vandaag”) en polderesque, humorvolle verwijzingen naar het met bling bling gevulde Amerikaanse hiphop repertoire maken The Opposites een toegankelijk, bijzonder grappig, maar ook indrukwekkend stel artiesten, voor een breed publiek. Zo ook voor ondergetekende. Toch blijven ze er zelf wel aardig nuchter onder. Als ik Twan na het optreden de hand schud en zeg dat het me hard werken lijkt, zo’n avond entertainen, is zijn antwoord: “Valt wel mee man, de rest van de dag lig ik me nest.”