Een wat aparte double-bill, gisteravond in de Oosterpoort. The Veils uit Nieuw-Zeeland en Zita Swoon uit Belgie. En dat brengt dan ook twee volledig verschillende scharen fans met zich mee. Zita Swoon is nog vooral bekend van de hoogtijdagen van de Belgenpop van eind jaren negentig, en heeft zich de laatste paar platen toegelegd op chanson-achtige folkpop. De toegestroomde fans komen vooral uit nostalgie voor dat eerste, of uit waardering voor het tweede. Later zal blijken dat alleen de tweede groep haar zin krijgt.
The Veils komen eigenlijk net kijken. De eerste plaat dateert uit 2004, en afgelopen augustus kwam nummer twee, Nux Vomica uit. Het publiek dat op The Veils afkomt is dan weer meer van het caliber late tiener/jonge twintiger.
De toetsenist van The Veils stapte een aantal maanden geleden, vermoeid door het vele touren, uit de band. Zanger Finn Andrews neemt nu wat vaker plaats achter de piano. Ook gitarist Dan Raishbrook laveert gedurende het optreden tussen toets en snaar.
Er worden twee nieuwe nummers gespeeld, The House She Lived In en Fearless Flyer. En dat zijn dan ook meteen de enige twee nummers die strak en met enige bravoure worden gebracht. Voor de rest klinkt de band rommelig, worden er schoonheidsfoutjes gemaakt en lijkt het alsof de band al enige tijd niet meer heeft gerepeteerd. Laten we het erop houden dat ze zich nu vooral concentreren op het opnemen van de derde plaat, maar het optreden is desalniettemin teleurstellend.
De podiumopbouw van Zita Swoon belooft veel. Een uitgebreide percussiehoek, drie keyboards, een electrische contrabas en twee eenzame microfoons aan de rechterkant van het podium, ongetwijfeld bestemd voor twee achtergrondzangeressen.
De band speelt als tweede nummer Ice Guitars, een nummer afkomstig uit de tijd toen Zita Swoon nog Moondog Jr. heette. De voetjes komen van de vloer, er worden feestjes van herkenning gevierd en het enthousiasme over de komende anderhalf uur groeit.
Hoe teleurstellend is het dan dan zanger Stef Kamil Carlens en co vervolgens kiezen voor een flets en eentonig repertoire van irritant gefluisterde pseude-chansons en goed uitgevoerde maar uitstralingsloze soul.
Aan de band ligt het niet, die is goed op elkaar ingespeeld. Stef Kamil Carlens lijkt echter een soort karikatuur van zichzelf geworden. De man die ooit prachtige popliedjes als Maria en Me And Josie On A Saturday Night schreef, staat nu net iets te vaak ogenschijnlijk ongeinteresseerd met de handen in de broekzakken voor zich uit te staren. Om dan in een soort hijgerig Belgisch - waar in de zaal hartelijk om wordt gelachen - het volgende nummer te introduceren.
Soms gaat Carlens tijdens een nummer aan de zijkant van het podium staan, om als een soort schoolmeester de band op de vingers te kijken. In België, waar de band een veel grotere status heeft dan in Nederland, slikt men dit gedrag wellicht van idolen, maar gisteren kwam het nogal gemaakt over.
Het publiek liet haar onvrede in stilte merken. Tegen het einde van het optreden stond er nog tweederde van het publiek in de zaal. Een ook de overgeblevenen kwamen in opstand, toen ze bij een lange stilte in de zaal titels begonnen te roepen van nummers die ze wél wilden horen. Banana Queen, Josie, Maria. Want daar kwam men voor. Ze werden geen van drieeën gespeeld.
Optredens The Veils en Zita Swoon vallen tegen
The Veils speelt stroef, Zita Swoon blijkt flets
Wat aangekondigd werd als een interessante double-bill zakte gisteren als een taart in elkaar. Zita Swoon verzuimde te spelen waar men voor kwam, en The Veils hadden duidelijk nog niet genoeg gerepeteerd