Je eerste EP is verschenen bij Platex Records. Wat houdt die deal in en hoe zijn jullie met elkaar in contact gekomen?
“Dat moet je niet al te serieus nemen. Bert Hadders, de oprichter van het label, pretendeert ook niet een serieus platenlabel te hebben. Het was eerst wel de bedoeling er een echt label van te maken. Maar dat bleek zoveel zakelijk gedoe en geregel mee te brengen, dat hij heeft besloten om alleen maandelijks een ‘cybersingle’ uit te brengen. Je moet het meer zien als promotie van lokaal talent. Wel worden vanuit Platex veel persberichten naar alles en iedereen gestuurd, en dat heeft me best veel opgeleverd. Mensen raken wel geïnteresseerd als ze vaak wat over je lezen, en gaan dan je muziek toch even luisteren. Ik ken Bert via de Banda Banda-feesten in de Silo. Hij organiseert die feesten en ik ben daar kassameisje. Ik heb hem m'n muziek laten horen en hij vond het helemaal te gek, en wilde het graag op z'n label hebben.”
We kennen jou in Groningen natuurlijk uit de punkrockscene, als zangeres van Cassady en later My Sister Harold. Vanwaar die ommezwaai naar elektronische muziek?
“Dat komt vooral doordat ik andere mensen heb leren kennen, en daarnaast kwamen dat hele punkgebeuren en dat bandjescircuit me ook echt m'n neus uit. Ik hang er al zo lang in rond, en je komt nooit echt verder, hoe goed je ook bent. Het is echt irritant, je kunt je kont er af werken, maar je blijft toch altijd een beetje in hetzelfde kleine wereldje zitten.”
Maar je maakt muziek toch omdat je het leuk vindt, en niet voor het succes?
“Dat is natuurlijk ook zo, maar dit was een beetje de aanloop. Ik was er gewoon zat van. Het uit elkaar gaan van My Sister Harold en al het gedoe in die scene eromheen: ik was er helemaal klaar mee. Ik kwam in die periode in contact met mensen die naar elektronische muziek luisteren, en toen ben ik me er zelf ook wat in gaan verdiepen. Ik hoorde het nummer Aldi-Markt van Ascii Disko bijvoorbeeld, en dat vond ik echt een geweldig nummer met een supergrappige tekst. Toen dacht ik: dit ga ik ook proberen. Toen heb ik van een vriend een spoedcursus Ableton gehad. Ik had al een synthesizer, en ben gewoon dingen gaan proberen. In dezelfde periode moest ik voor m'n opleiding aan de Academie voor Popcultuur een demo maken, en ik besloot dat te doen met elektronische muziek. Dit werd steeds serieuzer en mensen die het hoorden, waren ook erg enthousiast. Het muziek maken ging lekker, en ook het alleen werken beviel prima. Je bent niemand uitleg of wat dan ook verschuldigd. Ik moet er niet aan denken, op dit moment, om weer met andere mensen samen te werken. Daar heb ik eigenlijk altijd al een hekel aan gehad. Je bent altijd afhankelijk van anderen, en na zoveel slechte ervaringen heb ik daar echt geen zin meer in.”
Als je het goed wilt doen, moet je het zelf doen?
“Zo is dat...”
Zit er verschil in de manier waarop je liedjes schrijft? Electro zit toch in de technohoek, en heeft hele andere muzikale regels dan pop en punk.
“Ja, daar ben ik erg mee bezig. Ik zit nog echt in een leerproces, omdat ik geen electro-achtergrond heb. Ik doe eigenlijk gewoon maar wat. Dat is heel grappig, want door ‘kenners’ word ik heel vaak vergeleken met acts waar ik nog nooit van gehoord heb. Ik heb echt nog een popliedjes-insteek bij het schrijven van nummers, en dat krijg ik er heel moeilijk uit. Ik maak geen liedjes zoals een houseproducer dat zou doen, dat zit er gewoon niet in. Ik vraag me altijd af of er niet nog een brug in een nummer moet, bijvoorbeeld, haha.“
Maar is jouw ding dan een popliedje in een electrojasje? Zou je niet liever een keuze maken tussen pop en electro?
“Waarom zou ik zo duidelijk één richting moeten kiezen? Als het zo toch leuk is, en mensen vinden het leuk, waarom zou je jezelf dan beperken tot één stijl?”
Dat is zo. Als ik naar je liedjes luister, merk ik ook een groot verschil tussen I Lost My Tampon, dat een up-tempo, typisch electropopnummer is, en Casio, dat een melancholieke, bijna ballad-achtige sfeer heeft. Is dat laatste iets wat je wilt blijven doen? Het lijkt me dat op een dansfeest mensen niet echt zitten te wachten op zo'n soort nummer.
“Dat is gewoon nog een beetje uitproberen. Ik heb nog maar acht of negen nummers af en ik wil alles doen. Liedjes als Casio zitten nog echt in die popliedjeshoek, en ik denk niet dat ik echt die kant op wil. Een nummer als I Lost My Tampon met een lekkere beat en een goeie baslijn, dat is meer de richting waarin ik door wil gaan. Liedjes die blijven hangen dus. Van die zeikliedjes, dat is leuk voor op cd, maar niet om live te doen.”
Even heel wat anders: vorm versus inhoud. Waar punk vooral om de boodschap gaat, is het bij electro meer de buitenkant die telt. Er lijkt doorgaans weinig diepgang in te zitten. In hoeverre heb je tekstueel een omslag gemaakt?
“In electro maakt het inderdaad niet zoveel uit wat je zingt, want daar gaat het niet om. Ik hoef ook helemaal geen boodschap over te brengen. Maar die behoefte heb ik sowieso nooit gehad, ook mijn punkliedjes gingen eigenlijk nergens over. Inhoud is bij muziek voor mij gewoon geen issue, muziek moet gewoon lekker zijn. Ook de muziek waar ik zelf naar luister. Ik vind het vaak tenenkrommend als mensen superpersoonlijke teksten zingen, of een duidelijke boodschap willen uitdragen. Flikker toch op man, wie zit daar nou op te wachten?”
De electrohype is, internationaal gezien, toch een beetje voorbij. In Nederland is Elle Bandita al 'n flink tijdje bezig. Ben je niet bang dat je te laat bent?
“Ach, daar ben ik helemaal niet mee bezig. Ik ga niet iets maken omdat het op dat moment hip zou zijn. Wat nu leeft, daar sta ik helemaal niet bij stil. Wat dat betreft loop ik altijd een paar jaar achter, maar dat geeft niet. Dan zou ik alles op de voet moeten gaan volgen, en zo zit ik helemaal niet in elkaar. Dat vind ik helemaal niet interessant.”
Wat vind je van de vergelijking met Elle Bandita, heb je die al eens gehoord? Zij is ook een punkmeisje dat nu electro maakt en in haar eentje op het podium staat met zelfgemaakte beats.
“Die vergelijking vind ik niet kloppen. Ik heb het idee dat zij echt een shockperformance geeft, en dat is echt niet wat ik doe. Ik maak eigenlijk vrij onschuldige nummers, met misschien een beetje provocerende titels. Maar als je Elle Bandita tegenkomt, met 'r schaamhaar uit 'r badpak, net als Peaches… Sorry hoor, maar zo loop ik er niet bij. Ik vind niet dat ik in de categorie ranzige vrouwen val.”
En zijn er lokale dingen die je goed vindt? Adept, bijvoorbeeld?
“Ik heb ze een keer gezien en ik vond het echt supergoed, echt cool. Verder is Flux goed bezig, al is dat niet echt m’n ding. Dat is me net wat te soft. Verder heb ik eigenlijk geen idee wat er rondloopt. Laatst zag ik wel Driplets, een samenwerkingsverband van Drillem, The Riplets en Lady Aïda, en dat was wel echt heel tof.”
Tot slot: Wat zijn Krauses toekomstplannen?
“Veel leren, qua productie vooral. Nieuwe synths proberen, maar ik ga bijvoorbeeld ook bezig met circuitbending. Ik ga een oude Commodore 64 spelcomputer ombouwen tot instrument. Met oude spelcomputers kun je vooral live hele toffe dingen doen. En ik ga de Weird Science Videowall maken. Weird Science is die film waarin twee nerds een mooie vrouw creëren, en dat ben ik dus! Ik ga een installatie maken van oude tv's die zo gemodificeerd zijn dat mijn muziek real time gevisualiseerd wordt. Dit is een behoorlijk technisch verhaal, maar het wordt een hele mooie cross-over van techniek, muziek en beeldende en ruimtelijke kunst. Waarschijnlijk zal het in juni of juli uitgevoerd worden, en ik ben dan waarschijnlijk ook de eerste muzikant van de popacademie die afstudeert. Verder veel liedjes schrijven en veel muziek luisteren, om van te leren en inspiratie uit te halen. Al probeer ik wel echt m'n eigen ding te blijven doen. Ik wil geen kopie worden. En zoveel mogelijk optredens doen, maar dat komt wel goed. O ja, en werken aan m’n full length, natuurlijk!”
Krause is 11 november te zien in De Puddingfabriek in Groningen.
Krause doet het liever zelf
‘Ik vind niet dat ik in de categorie ranzige vrouwen val’
Het Groningse Krause is goed bezig. Debuut-EP Krausefiktion is nog maar een tijdje uit en de eerste optredens, waaronder een in Paradiso, zijn al achter de rug. Wie gaat er schuil achter die grote zonnebril? Onder het genot van een glaasje rosé van 1,95 euro per fles, praat ik met Susanne Clermonts over punk, electro, samenwerken en spelcomputers.