Geen doorsnee zaterdagavond in Groningen

EDR Festival (Simplon) en Vera Downstage door 3voor12 bekeken

Marlon Penninkhof, ,

Achtentwintig mei jl. betekende voor Onakentona-drummer Bijlman het laatste optreden met Onakentona (in Nederland). Na tien jaren met de oud-Popprijswinnaar richt hij zich straks volledig op Whipster. Waar de afgelopen zaterdag voor Onakentona een scheiden van wegen betekende, hadden zowel het prille Evy als The Optimist hun vuurdoop in de Kelderbar.

EDR Festival (Simplon) en Vera Downstage door 3voor12 bekeken

Voor de uitwisselingstour van de EDR (Eems-Dollard Regio), waar namens Groningen Onakentona en de Dirty Love Letters aan meedoen, was in Groningen niet bijzonder veel animo. Het publiek dat in Simplon klaarstond voor de show van de powerrockers van Onakentona waren dan ook voornamelijk leden van de meetourende bands uit Nederland en Duitsland met hun aanhang. Het drukte de pret niet, zo lieten de drie heren maar al te duidelijk blijken. Voor het laatste nummer riep de band de hulp in van de Duitse jonge hip hoppers Stiller Örtchen, wat een charmant einde bracht aan de set. Gedurende de tournee is er zichtbaar waardering ontstaan voor elkanders werk, getuige de enthousiaste reacties van de band, de rappers en het publiek. Zelfs in zijn afscheidsconcert gaf Vincent v/d Bijl aka ‘Bijlman’ alles wat hij in zich had, waardoor het energieke Onakentona voor het laatst in deze bezetting wederom overtuigde. De band speelt in het kader van de tournee nog één show in Emden en dan houdt Bijlman het om uiteenlopende redenen voor gezien. Leidende gedachte is het ‘het wat rustiger aan doen’ geweest, vandaar zijn keuze voor Whipster. De andere Groninger vertegenwoordiging Dirty Love Letters waren afwezig op het Nederlands-Duitse onderonsje in Simplon, maar de Drentse punktrots Playroll werkte evenals Onakentona een afscheidsoptreden af. Na september stopt de oud Drentse Popprijswinnaar er voorgoed mee. Naast de rock die te horen was in de Kleine Zaal, was er ruimte voor hip hop uit zowel Nederland als Duitsland in de Silicon Lounge, die evenals de Kleine Zaal niet bijzonder volstroomde, maar waar de sfeer wel goed was. Op naar Vera, waar in de Kelderbar iets speciaals stond te gebeuren. Het podiumdebuut van zowel Evy als The Optimist, beide ogenschijnlijk projecten van studenten aan de Academie voor Popcultuur in Leeuwarden. Maar je doet de groepen tekort om ze puur als zodanig af te schilderen. Het projectmatige voert in geen beide acts de boventoon, de neiging naar gedurfdheid en het niet schuwen van het experiment doet dat wel. Evy bestaat uit Irene Wiersma (leadzang/toetsen) en Bas Schröder (toetsen). De groep weet zich gesteund door beats en stemflarden uit een computer en speelt bewust met de mogelijkheden van de twee Korg-toetsenbordjes die voor ze staan. De mooie meisjesachtige stem van Wiersma past goed bij de speelse melodielijnen, die weer haaks staan op de elektronische, haast robot-achtige beats. Namen als Björk en Miss Kitten werden al als referentie genoemd en ver zit Evy er ook niet naast. De minimalistische aanpak van het duo had tegelijkertijd iets eigens, waardoor het in een hokje plaatsen wordt bemoeilijkt. De lange pauzes tussen de nummers (om voor het volgende nummer alles in te stellen) waren misschien storend, maar oefening baart kunst. The Optimist bestaat ook voor een deel uit leden van de Popacademie. Een aantal gezichten kennen we van Go!RevolutionGo!, maar ook Gerrit v/d Scheer (UNE) en wederom Irene Wiersma namen, aangevuld met een zangeres, deel uit van de groep. Initiator van The Optimist is Michiel Kleijn, gitarist in GRG. Ook dit ensemble laat zich moeilijk een stempel opdrukken, maar een kloppende omschrijving zou zijn: rustgevende melodieuze koortjes, ondersteund door toetsen, vervolgens doorboord door straffe drumpartijen van Maarten v/d Werff (GRG); hetgeen samen een interessant luisterspel opleverde. De muziek werd misschien niet door al het aanwezige publiek in de volle Kelderbar even goed begrepen, temeer door het ontbreken van een heldere vorm of rode draad in de liedjes. Dat het in het begin haperde kan net als bij Evy te wijten zijn aan het nog korte bestaan van The Optimist. Het trok snel weer bij, want vanaf het tweede nummer werd het publiek bestookt met melodieus gebruik van zang en toetsen en variatie in ritme. Het was aan het Rotterdamse Anderson om de Kelderbar af te sluiten en het duo deed dit voortreffelijk. Gewapend met twee gitaren, twee toetsenborden, een laptop en nog enkele foefjes wist Anderson de dromerige popliedjes op een erg ontwapenende, boeiende manier te brengen. De band klinkt niet veel anders dan labelgenoot Brown Feather Sparrow, maar vergelijkt zichzelf eerder met een band als Kings of Convenience. Anderson neemt in Nederland echter niet een dergelijke plaats in als leider van een ‘New Acoustic Movement’, omdat er erg veel werd teruggevallen op de technologie, compleet met drums en baslijntjes in de laptop. Het karakter van de liedjes bleef goed, maar het klonk soms te kunstmatig. Desalniettemin kon Anderson de aandacht van het publiek vasthouden tot aan het einde en zullen ze weer wat exemplaren van ‘We, Radio Anderson’ hebben versleten aan nieuwe fans.