Locatie van het Gouden Pijp Festival, de zesde editie alweer, is zoals altijd het Viadukt, hét oefenruimtecomplex van Groningen. Aan muzikanten geen gebrek dus. In de zeven deelnemende gelegenheidsgroepen, namen dragend als Winnaar Henk and his Cyena's, Wouter and the Injabana's en Menno and the Hare Krisjna's, waren onder meer leden uit Onakentona, Whipster, Audiotransparent en Cochon Bleu terug te vinden. Jammer genoeg was dit geen garantie voor een spannend avondje muziek. Niet dat je dat nu zou mogen verwachten, maar de bijdragen waren over het algemeen wel erg obligaat. Van verschillende kanten vernam ik dat dit dan ook één van de zwakste edities ooit was (ik kan daar niet over oordelen, aangezien het de eerste keer was dat ik het festival bezocht).
Van de muziek moest je het dus niet hebben, waarop de zinnen verlegd werden naar het jurycommentaar en de aankleding. De juryleden, muzikant Hans Sulmann van Jammah Tammah beoordeelde de muzikaliteit en dichter Karel ten Haaf de ‘dictie’ van de tekst, leken hierop graag in te springen. Hun opmerkingen waren geestig en van tijd tot tijd hilarisch, net als de overmatig glitterende presentatoren ‘Ike & Ally’. De wijze waarop Sulmann de gespeelde songs ontleedde aan de hand van het akkoordenschema was grappig met af en toe een bijtend cynische ondertoon. Maar ja, Sulmann is natuurlijk ook een jazzmuzikant - tenminste dat werd hem bij het betreden van het juryplatform toegeworpen. De manier waarop hij de bandjes en het publiek vervolgens gedurende de avond een koekje van eigen deeg gaf was de spreekwoordelijk teruggekaatste bal. Elke verwijzing naar jazz, of het nou een gitaar of een akkoord was, ontlokte bij Sulmann een lovend commentaar.
Zowel de eindbeoordeling als de blits gebeamde tussentijdse statistieken zagen er aardig uit, maar verloren aan zeggingskracht door de eindeloze herhaling en het gebrek aan vaart. Slecht opgenomen commercials ('de boodschappen') en een eindbeoordeling die zich verloor in Pop Rivals-achtige langdradigheid en een geforceerde spanningsopbouw waren ronduit zwak. Dat je je gaat focussen op de entourage is natuurlijk al een teken aan de wand. Waarom geen ingespeelde bandjes vragen zich een tekst eigen te maken? Ik denk dat er in die gevallen negen van de tien keer een interessanter resultaat te horen is. En dat is dan ook leuker voor de buitenstaander die het festival bezoekt. Het ademde nu namelijk wel een erg hoog ons-kent-ons gehalte. En dat is jammer, want het concept is leuk.
De winnaar? Dat was Menno and his Hare Krisjna's. Hun mini rockopera was de slechtste bijdrage van de avond, maar mede dankzij de kapotgeslagen gitaar sleepten ze de overwinning in de wacht. Het zal de jury ook hebben aangesproken dat er nu eens niet een van de Gubbels-broertjes (bekend van Cochon Bleu en Tympanic) als overwinnaar uit de bus kwam.
Zesde Editie Gouden Pijp Festival trekt zwaar
Songfestival of theater?
Het Gouden Pijp Festival kent een eenvoudige formule: geef een aantal ad hoc samengestelde bandjes allemaal dezelfde tekst, stuur ze het oefenhok in en beluister 's avonds het resultaat. Dat je van het niveau niet al te veel mag verwachten spreekt dan voor zich. Of niet?