The Drones, ik kende ze niet. Dus ja, wat doe je dan, als je er toch iets zinnigs over moet schrijven? Je checkt de MySpace, downloadt illegaal een cdtje (oei, dames en heren, oei) en surft wat op het web. En lieve mensen, ik werd er - om met Rob Geus van de SBS-6 Smaakpolitie te spreken - niet vrolijk van. Geheel niet zelfs. Piep-knor muziek. Arty farty. Interessantdoenerij. Strontvervelend.
Dus ja, dan sta je daar bij het Saddlespan, alwaar The Bees net een heerlijke show weggeven en dan moet je weg. Op naar The Drones in Club Voerweg. Je bestelt een biertje - E 2,50 godbetert - en laat het op je afkomen. En dan, het duurt even, gebeurt het.
The Drones spelen hun hoekige gitaartracks, opgestuwd door de bassiste die de ganse show met haar rug naar het publiek staat, en langzaam maar zeker begin je mee te knikken. Je hoort het gieren van het Fender-instrumentarium, de feedback gaat dwars door je beenmerg en alles vliegt harder uit de bocht dan de Spyker van Christiaan Albers tijdens de F1.
De indie-gitaarrock kent een flinke kwinkslag en geeft steeds stof tot nadenken, echter het onderbuikgevoel overheerst. De drie heren en een dame pakken je bij de strot en nemen je in straaljagervlucht mee langs alle hoeken en gaten van de rockmuziek en weer terug. De aanwezige liefhebbers schreeuwen om meer en ze krijgen het. Een stevige toegift lang gieren de gitaren harder dan ik vooralsnog op heel de Affaire gehoord heb. The Bees zijn brave honingbijen; The Drones zijn de horzels die steken tot het je raakt.
De Affaire - The Drones zijn de ongekroonde koningen van De Affaire
Geheel onverwacht blijken kunstzinnige Aussies de enige echte rockers
Dwars door al het laptop- en synthpop geneuzel van de afgelopen dagen gierden The Drones met hun langgerekte, psychedelische, opzwepende gitaarsongs. Rock, zoals Onze Lieve Heer het bedoeld heeft.