Op het station van Groningen, zo’n kwartier na de meest recente persconferentie van Rutte, worden de handen nog uitvoerig geschud. “Oh ja, dat mag eigenlijk niet meer,” zegt Hartwig met een knipoog. Het is de opening voor een wandeling naar het News Café in de binnenstad waarbij de ontwikkelingen rondom Corona het voortouw nemen.
David Hartwig: ’1983’ is een hybrideliedje van Tim Kamphuis en mij
Tweetal brengt na jaren van vriendschap 80s-klinkend eerste nummer uit
Zo op het eerste gezicht lijken Tim Kamphuis en David Hartwig tegenpolen van elkaar. Hartwig is sober en nuchter zoals een Groninger beaamt, terwijl Tim meer lijkt op een stereotypisch artsy muzikant met een vleugje hipster. “Ik ben ook al jaren gestopt met dat ontkennen,” lacht Kamphuis. Toch is het na slechts enkele minuten de zeven jaar aan vriendschap al voelbaar tussen de twee. Anekdotes worden verteld door de één en aangevuld door de ander en sommige opmerkingen bevatten een gelaagdheid van jaren aan inside jokes. ‘1983’ is het eerste nummer dat de twee samen uitbrengen.
Eenmaal binnen gaat er al snel een schakel om in het gesprek. Zodra de drankjes op tafel staan (een Cola Zero voor Hartwig en een warme chocolademelk mét slagroom voor Kamphuis) gaat het gesprek al spontaan richting de nieuwe single: ‘1983’. “We hebben in één weekend het nummer geschreven,” begint Kamphuis te vertellen. “De eerste avond waren we redelijk dronken. We hadden zeg maar écht wel ons best gedaan…” – “Daar kan ik me dus helemaal niets meer van herinneren,” onderbreekt Hartwig. Kamphuis gaat onverstoord verder: “De volgende dag werden we wakker. Met een houten kop pakte ik een bas op en begon een lijntje te spelen. Dat was eigenlijk het begin van het nummer. David kwam beneden en ik zei gelijk: ‘Joh, luister dit eens! Volgens mij moeten we dit opnemen.”
80s geluid
“Het is vanaf het begin al een beetje een 80s plaat geweest,” zegt Hartwig. “Klopt,” voegt Kamphuis toe, “het had vanaf het begin al een beetje die 80s vibe. Ik maak natuurlijk best wel popmuziek en David maakt wat meer 80s popmuziek.” Hartwig haalt zijn schouders op, maar ontkent het niet: “Ik ben zelf inderdaad misschien iets meer van die periode. Meer 80s pop, symforock of glamrock dingetjes zoals Def Leppard enzo.”
Het nummer lag al een jaar op de planken, maar in de tussentijd is er wel sprake van een kleine 80s revival in de popmuziek. Sterker nog: het is bijna verwonderlijk dat er in het uurtje in het News Café niet het synthesizer geluid van The Weeknd’s ‘Blinding Lights’ voorbij is gekomen. De terugkomst van de 80s klanken was Kamphuis ook al opgevallen: “Het is puur toeval eigenlijk, maar je merkt wel dat het een geluid is dat toch wat meer aan het terugkomen is.” Hij neemt een slok van de chocolademelk voordat hem wat te binnen schiet: “Van de week waren we het nummer aan het uploaden. Je moet dan ook aangeven wat vergelijkbare artiesten zijn. Joh, geen idee. Tot ineens dus The Weeknd te binnen schoot.” Hartwig is wat korter over het 80s geluid en de vergelijking met de terugkomende 80s klanken: “En dan noemen we het ook nog eens ‘1983!” grapt hij.
Toch wijkt het nummer net als andere hedendaagse revival momenten toch af van de oorspronkelijke jaren 80. “Het nummer is niet helemaal standaard qua vorm, want we hebben best een lange outro,” zegt Hartwig. De synthesizer-heavy conclusie van het nummer was voor de twee één van de grootste struikelblokken. Toch zijn ze uiteindelijk trots met de beslissing om de outro maar gewoon zo te laten: “Als er mensen gaan dansen, dan is het wel bij de outro.”
Een Tim-liedje of een David-liedje?
De twee zijn het er nog niet helemaal over uit wiens invloeden het meest naar voren komen. “Het is eigenlijk een hybride-vorm tussen ons. Het is dus mooi voor ons samen om onze beide namen er aan te koppelen en het zo uit te brengen,” zegt Hartwig. “Ik denk dat het qua geluid meer David's kant op neigt,” zegt Kamphuis, “en ik heb daar een grote injectie moderne pop ingedouwd.”
Zo komt de toetsenpartij van het nummer van Hartwig’s hand, wat eigenlijk de voornaamste 80s vibes geeft aan de plaat. “Het was op een gegeven moment echt zo’n cliché situatie dat David op de toetsen zat te rammen en allemaal verschillende akkoorden uitprobeerde, terwijl ik erachter zat met een boekje van: ‘Nou…nee’,” Kamphuis illustreert de scene door achteruit de leunen in zijn stoel. De onzichtbare pen tikt tegen z’n mondhoek als hij doet alsof hij nadenkt. Qua tekst is het eerder een Kamphuis liedje. “De tekst gaat eigenlijk heel plat over een leuk meisje dat je ziet op de dansvloer. De strekking is, dat hoor je ook in het refrein: ‘Ik hoef niet degene te zijn die je ouders gaat ontmoeten.’"
Hartwig twijfelt nog een beetje of het nou écht een typisch Kamphuis liedje is: “Je schrijft natuurlijk ook wel meer echt liefdesliedjes.” Kamphuis denkt even kort na: “’Pretty Girl’ is wel vrij plat over een meisje die al haar drankjes gratis krijgt. Wat dat betreft is het niet heel veel diepgaander dan de vorige single, maar ik weet ook niet of dat erg is.”
Qua geluid is het volgens Hartwig wel echt een samenwerking tussen de twee: “Als het volledig een nummer van mezelf was geweest hadden er wel meer gedragen distortion akkoorden ingezeten. Door Tim is het wat ritmischer en dansbaarder geworden. De beat is ook heel erg Tim’s invloed geweest."
Naast Hartwig en Kamphuis was er nog één ander persoon betrokken op de instrumenten. “Mijn vader heeft de gitaartjes er op gespeeld. Hij is er altijd wel toe bereid om dat soort dingetjes te doen. Hij doet het voor de hobby, maar hij heeft altijd wel in bandjes gespeeld en speelt al sinds hij acht jaar oud is,” zegt Hartwig. Kamphuis knikt: “We hadden vooral ideeën, maar de gitaarpartijen die wij hadden waren niet helemaal strak. John maakt natuurlijk al jaren muziek en hij kent de muziek omdat hij het geleefd heeft. Hij heeft wat nieuwe invloeden ingebracht waarvan we dachten: ‘Ja, dit is beter.’”
Twijfels
Ondanks dat het nummer vrij organisch ontstond, had Kamphuis twijfels of het wel goed paste binnen de rest van zijn muziek: “Ik twijfelde heel erg of het handig was om uit te brengen, maar de laatste tijd besefte ik me steeds meer dat het echt wel een leuk nummer is. Dus misschien moet ik me niet zo krampachtig vasthouden aan wie ik wil en moet zijn als artiest. Het is een vet nummer: dus waarom zouden we het niet delen?”
“Het voelde ook gewoon goed. Afgelopen weekend had Tim al iets van: ‘volgens mij moeten we het deze gewoon uitbrengen,’” zegt Hartwig. Kamphuis rekt zich nonchalant uit: “Ik was in een optimistische bui."
Verdere samenwerkingen
“Ik sta er voor open om meer op zo’n manier te schrijven. Ik heb nog wel meer mooie ideeën liggen, dus als het goed uitpakt moeten we gewoon meer muziek gaan schrijven,” zegt Kamphuis. Hartwig trekt een wenkbrauw op. “Oh ja, we hebben het hier nog niet over gehad,” lacht Kamphuis.
Het komt niet als een verrassing voor Hartwig: de twee maken al muziek sinds Smiley Virus en spelen ook samen in Kamphuis zijn huidige band. “We maken al zo lang samen muziek, maar we hadden nooit echt samen wat geschreven,” zegt Kamphuis. “’1983’ is ontstaan vanuit plezier en chill muziek maken. Dat er dan dit nummer uit is gekomen, vind ik pure winst.”