Russische psychedelische fuzz-rockers in MFC

Phil Pietrzak ,

Zaterdag 17 oktober stond voor het eerst in de nagenoeg twintigjarige geschiedenis van Metal Front Coevorden een Russische band op de bühne. Hun Europese tour voerde onder meer langs Duitsland, Oekraïne, Polen en Frankrijk. Metal Front Coevorden had de eer om als enige Nederlandse podium de psychedelische fuzz-rockers van The Grand Astoria uit Sint Petersburg te mogen ontvangen. 3voor12 drenthe deed verslag en sprak daarnaast met bandleider Kamille Sharapodinov over zijn muziek, het leven als doe-het-zelf muzikant in Rusland en toeren in een band om te overleven.

De band dankt haar naam aan het beroemde vijfsterren hotel ‘Astoria’ in Sint Petersburg, dat in 1912 werd gebouwd en in 1991 werd gerenoveerd. Het hotel werd het ontworpen als een laatste uiting van pre-Sovjet grandeur, en zou - decennia later - profiteren van een flinke injectie van post-Sovjet-rijkdom. Tussen deze twee data en gebeurtenissen, zag het hotel één van 's werelds grootste (en restrictieve) regimes opkomen en omvallen. Hotel Astoria bleef echter fier overeind staan. Kamille Sharapodinov putte inspiratie uit deze symboliek en begon in 2009 zijn project ‘The Grand Astoria’. Het project telt meerdere incarnaties met verschillende bandbezettingen, maar op deze avond in MFC bestaat de line-up voornamelijk uit muzikanten van de eerste lichting.

Componist, gitarist en zanger Kamille Sharapodinov beschrijft zijn muziek als “Tripped-out psychedelic fuzz rock having sex with heavy metal”. Dat gezegd hebbende, put The Grand Astoria inspiratie uit muziekstijlen als psychedelische rock, progressieve rock, fuzz rock, space rock, country, punk en heavy metal. Door meerdere recensenten werden al vergelijkingen gemaakt met bands als Grateful Dead, Mudhoney, Megadeth, Faith No More, Jimi Hendrix, Mastodon, The Mars Volta, Iron Maiden en Motorpsycho. Maar Kamille is een kind van vóór de ‘perestrojka-politiek’. Zijn ouders hadden niet de klassieke rockalbums, die onze ouders ongetwijfeld wél in hun platenkast hadden. Hoe raak je als jonge muzikant dan zodanig geïnspireerd dat je je begeeft in de psychedelische rock? “Eigenlijk ben ik mij pas op vrij late leeftijd gaan interesseren in deze muziekstijlen. Pas toen ik ben begonnen met gitaarspelen. Ik heb het mijzelf allemaal moeten aanleren. Veel referentiekaders had ik niet. Ik ben autodidact en heb mijn eigen stijl ontwikkeld. Ik weet nog dat ik een VHS had van Gorefest op Dynamo Open Air in 1993. Die gitaarpartijen van Boudewijn Bonebakker: dat was een enorme inspiratie voor mij.” Hij moest eens weten dat zijn vroegere held amper een paar jaar geleden nog op hetzelfde podium stond met Gingerpig. Maar inderdaad: het is later daadwerkelijk te horen tijdens het optreden van The Grand Astoria. Het samenspel van Sharapodinov en zijn tweede man op gitaar Igor Suvorov is van een klasse apart: buitengewoon technisch met ingewikkelde - maar toch - harmonieuze notenschema’s die bovenal heel erg knap synchroon lopen.

Vanavond is Sharapodinov ietwat gespannen. "Er was wat gezeik onderling," bekent hij. "Stress om geld, enzo. Kleine irritaties. Dingen waar je naar verloop van tijd mee te maken krijgt als toerende band. Niet echt belangrijke zaken. Maar het was wel even ‘kiele-kiele’, omdat één van de jongens pas op het allerlaatste moment zijn visum voor elkaar kreeg. We leven van optreden naar optreden. We investeren eerst geld om op toer te kunnen en dat moeten we dan terugverdienen. Dit levert soms stress op. Eén jongen zit in de ICT zit. Hij kan op toer wat werk doen. Maar in feite schiet ik eerst een paar andere jongens wat geld voor. Ik heb wat reserves, maar niet veel. Dit is mijn beroep. Hiervan leef ik. Een paar andere jongens leven hier dus ook van. Zij zijn weer afhankelijk van mij. Het is net een reizende familie. Soms met mensen die op dat moment wel iets meer middelen hebben om mee te gaan. Een andere keer weer met anderen. En soms ook met musici waarmee we niet eerder hebben gespeeld. Zo was er een jongen uit Utrecht: Greg Candel. Hij speelt drums in een band genaamd Midium. Hij kende al onze songs via internet en speelde alles perfect na. Daarmee hebben we ook een keer getoerd. The Grand Astoria is eigenlijk een soort van uitgebreide familie." 

Toeren is voor sommige leden van de ‘Astoria-familie’ een manier om verzekerd te zijn van een maaltijd en een bed om in te slapen. Terug in Rusland is er weinig om op terug te vallen. Een gemiddeld maandinkomen ligt rond de driehonderd euro en sociale bijstand bestaat niet. “Een enkel optreden hier betekent voor ons een groot deel van een maandinkomen,” licht Sharapodinov toe. “We hebben dus ook meestal eten en onderdak daarbij geregeld. Maar ik moet toegeven dat ik niet zo goed ben in plannen. We hadden een optie om morgen in Zwolle op te treden, maar gaat helaas niet door. Dat wordt mij dan ook weer aangerekend. Ik moet nodig iemand hebben die dit voor ons kan regelen. Ik hou mij liever bezig met de muziek. Het geregel is nogal vermoeiend en soms ook ronduit ondankbaar werk. Maar het hoort er wel bij en het is nu niet anders. Bovendien: alles is beter dan thuis in Rusland op de bank zitten en dom televisie kijken.”

Feit blijft, dat The Grand Astoria met hun DIY-mentaliteit de regie voert over hun eigen bestaan en op deze manier zelf de touwtjes in handen heeft wat optredens, tours en distributie betreft. Ze bieden hun werk streaming aan via Bandcamp – waar je ook alle Grand Astoria albums tegen betaling kunt downloaden. Tot nu toe heeft de band ruim driehonderd optredens binnen en buiten Rusland gegeven.

Muziek maken om te kunnen ontsnappen aan de dagelijkse sleur. Een zeer gangbare reden, wanneer je vraagt naar de beweegredenen van muzikanten. Maar voor Sharapodinov en zijn kameraden is het een letterlijke manier van overleven in Rusland. Of dus liever: buiten Rusland. Het verklaart ook de hoge productiviteit van The Grand Astoria. Want de band is niet alleen één van de meest avontuurlijke rock/metalbands, maar ook één van de meest productieve DIY-bands uit Oost-Europa. Met acht albums en diverse singles en EP’s op zak, heeft de band een universum van gemengde muziekstijlen op het publiek losgelaten. Iedere nieuwe plaat spreekt meer tot de verbeelding dan de vorige. De laatste EP, ‘Soft Focus’, was in eerste instantie bedoeld als vehikel om met een minimale akoestische bezetting door Finland te reizen. “Als straatmuzikanten. Want daar ligt het grote geld,” aldus Kamille. “Er is in verhouding veel meer geld te verdienen op de straten van Finland, dan in de clubs in Rusland. In Rusland valt al helemaal niet veel te verdienen als band. Wij kennen geen subsidies voor bands. En bandwedstrijden? Misschien in Moskou, maar daar is alles commercieel tegenwoordig. En daar zit men helemaal niet te wachten op ons soort muziek.”

Hun laatste huzarenstuk, het album ‘The Mighty Few’, wordt door verschillende internationale muziekrecensenten gezien als één van hun beste tot nu toe. Niet bepaald radiovriendelijk en bestaande uit twee nummers met een totaalduur van vijftig minuten. De band begint hun set met het eerste nummer van deze plaat, getiteld ‘The Curse Of The Ninth’. Dit gaat over het zogeheten ‘9e Symfonie-syndroom’. En dat getuigt van lef, want het nummer duurt pakweg dertig minuten. De Coevorder metalheads worden in de eerste minuten op een verkeerd been gezet door de avant-gardistische jazz. Dit maakt plaats voor een stoner-achtig ritme en slugdy riffs, psychedelische (dubbele) gitaarsolo’s en zelfs een Jethro Tull-achtige fluitpartij van toetsenist Danila Danilov. Hierop wordt nogal lacherig gereageerd door sommige aanwezigen in het publiek. Maar deze Danilov is de troef van de band. Hij is het enige bandlid met een klassieke muzikale scholing aan een conservatorium. Danilov speelt toetsen, fluit, tamboerijn, percussietrommels en is bovenal een zeer begenadigd zanger die de zangpartijen van Sharapodinov niet alleen harmonieus ondersteunt, maar ook het stemgeluid van de leadzanger goed weet te benaderen. Daarnaast mag Danilov ook zelf - bij tijd en wijle – naar voren treden als leadzanger.

Ook de ritmesectie, bestaande uit basgitarist Farid Azizov en drummer Nikolai Kunavin, is zo strak als een eendenreet. Vooral laatstgenoemde is meesterlijk bezig. Hij bespeelt met het grootste gemak de meest uiteenlopende oosterse ritmepatronen, gecombineerd met progressieve metalgrooves, terwijl hij af-en-toe heel behendig als een majorette twirlt met zijn drumstokken. Deze stokken zijn overigens de enige instrumenten die hij meegenomen heeft. De rest van de band speelt ook voornamelijk over de backline van MFC. Alleen Sharapodinov heeft zijn eigen gitaarversterker meegenomen. Kunavin speelt over de drumkit van MFC en de bekkens en pedalen van één van de technici. Na afloop blijkt Kunavin niet eens over een eigen drumkit te beschikken; iets wat met verbazing wordt ontvangen. Hoe is het mogelijk dat een drummer van zijn kaliber geen eigen drumstel heeft? Hij verkocht zijn drumstel om te kunnen verhuizen naar het buitenland. Hij was zelfs gestopt met muziek, maar deze toer heeft hem weer op het juiste (muzikale) spoor gezet. Zelf geeft hij ook toe dat het tijd wordt om een nieuw drumstel aan te schaffen.

Na het epische ‘The Curse Of The Ninth’ vervolgt de band hun set met de iets kortere nummers ‘Wikipedia Surfer’, ‘Masterplan’ en ‘Aelita, The Queen Of Mars’, die allemaal rond de zes tot acht minuten duren. Nummers met een zekere diepgang en lengte als een Russchische roman. En dan is het weer een kwartier trippen geblazen met ‘Serpent And The Garden Of Eden’, waarbij wederom balkan-psychedelia en metalriffs elkaar fijn afwisselen. Het doet denken aan Schizoid Lloyd, die een maand geleden nog optraden in MFC. Met de nummers ‘Blessed, Cursed and Crucified’ en de encore ‘Mania Grandiosa’ wordt de set op grandioze manier afgesloten. Waarop de muzikanten zich de rest van de avond rijkelijk kunnen fêteren op Hollandse rookwaren, die ook met regelmaat door het publiek worden aangeboden en zeker niet worden geboycot door de Russen. Net als de vele complimenten voor een weergaloze avond ‘From Russia With Love’.