Spinvis omarmt De Amer

Publiek wordt op zijn wenken bediend

Wouter Bessels ,

De concerten van Spinvis zijn al jaren, zo vlak voor kerst, vaste prik op de agenda van muziekcafé De Amer. Een matinee en een avondprogramma, samen voor zo’n negentig aanwezigen, op de deel van de oude boerderij. Je kan je minder sfeervolle locaties bedenken voor de dromerige liedjes van troubadour Erik de Jong en zijn vijfkoppige band.

Eigenlijk zijn concerten in De Amer, ongeacht wie er op het piepkleine en lage podium staat, altijd een belevenis: het zit er altijd bomvol, het condens staat tegen de ramen, niet één mobieltje heeft bereik of WiFi, de (bekroonde) eigengemaakte gehaktballen staan klaar in de pauze en het publiek is muisstil. Maar het beste ingrediënt is dit jaar ongetwijfeld een geslaagde donateursactie geweest. Het unieke podium is gekocht door Stichting De Amer en blijft daarmee voor de toekomst behouden.

 

Dat komt Spinvis goed uit, want De Jong riep vorig jaar na zijn dubbelconcert nog dat hij in Amen graag tot zijn 85e wil terugkomen. Stonden zijn december-optredens toen in het teken van het recente album Tot Ziens Justine Keller, dit jaar ligt een fraai samengestelde ‘best-of’ setlist op de grond, verspreid over drie delen van een half uur. Daar zit opvallend genoeg geen werk van de dit jaar uitgekomen opera Kintsukuroi tussen. De Jong schreef deze samen met zijn celliste (en tekstschrijver) Saartje van Camp.
Het deert het publiek niets. Bagagedrager, Astronaut, Kom Terug en Ik Wil Alleen Maar Zwemmen zijn stukken die inmiddels kunnen worden beschouwd als klassiekers in de Nederlandstalige muziek en krijgen verdiend luid applaus.

De verrassingen mogen dan een beetje uitblijven, de wijze waarop de liedjes stuk voor stuk worden uitgevoerd grenst aan het geniale. Achter Erik de Jong staat een band die zich in een intieme ambiance als deze het beste ontpopt.
Van Camp is met haar briljante achtergrondzang en fraai spel op cello en zingende zaag blikvanger, maar ook pianist Lucas Oldeman, drummer Marcel van As en gitaristen Cor van Ingen en Julius de Paauw weten zowel elkaar als de sfeer van de liedjes perfect aan te voelen. In ieder stuk zorgen de musici voor een geweldige spanningsopbouw bij de teksten van de teder en fluisterend zingende Erik de Jong. Zoals in Club Insomnia, met De Jong op elektrische saz, dat zich gaandeweg ontpopt als een heftige raga. De groep neemt het publiek op reis, daar in die boerderij in hartje Drenthe. Spannend en intens tegelijk.

‘Hebben jullie allemaal een goed jaar gehad?’ vraagt Erik na afloop van Wespen op de Appeltaart aan zijn bandleden. De blijdschap overheerst. De Paauw onthult dat hij dit jaar voor het eerst zijn zusje heeft ontmoet. Ook Oldeman en Van Camp lachen van oor tot oor.
‘Doe volgend jaar iets waarvan je dacht dat je het nooit zou durven’, geeft de voorman het publiek mee. De tip vormt de opmaat naar de climax van de avond: Kom Terug, zo onderhand de Zing, Vecht, Huil, Bid, Lach, Werk en Bewonder van Spinvis.

Rond elf uur zit het avondconcert er op. ‘We komen hier terug tot het moment waarop we allemaal het eeuwige leven hebben’, roept De Jong, zichtbaar tevreden met zijn concerten in de Amer dit jaar.
De gehaktballen zijn uitverkocht.
Het publiek, warm van binnen, stapt de ijzige kou in.

Website Spinvis
Facebook Spinvis