Dit jaar staat The Life I Live net als de meeste festivals voor lastige keuzes. Na de coronapandemie is er veel krapte in de evenementenbranche. Veel mensen zijn uit de sector verdwenen, er is een tekort aan materiaal en opbouwploegen, gemeentes hebben te maken met forse bezuinigingsprojecten en inflatie rijst over de gehele linie de pan uit. “We zien dat grote festivals hun kaartjes duurder maken, maar gratis kaartjes, maak je moeilijk duurder”, zegt Arthur Pronk, de organisator van The Life I Live.

En dus kreeg het festival een lastig dilemma voorgeschoteld. “We gaan minder podia plaatsen, maar we blijven gaan voor die eigenzinnige programmering waarmee we zoveel mogelijk de platgetreden paden trachten te vermijden.” De festivalpodia op de Grote Markt en Kerkplein zullen dit jaar verdwijnen. De andere podia worden herschikt.

De eerste namen

The Life I Live is een ontdekkingsfestival voor de muziekliefhebber en dat zien we terug in het eerste deel van de line-up. Het hoofdpodium bevindt zich dit jaar opnieuw op het Lange Voorhout. Op Koningsnacht kunnen we hier onder meer het Nederlandstalige poptrio WIES bewonderen. Ook beloven de Haagse Wodan Boys hier de tent af te breken met bloedeerlijke, maar toegankelijk rockknallers. Prins S. en De Geit mag de avond op het Lange Voorhout feestelijk afsluiten. Vorig jaar stond de Haagse popsensatie nog op de Grote Markt, maar na een jaar van overtreffend succes is afsluiten op het hoofdpodium niet meer dan terecht. Door de samenwerking met PAARD, kunnen we ook weer genieten van een silent disco. Dit jaar is deze dubbel zo groot. 

De organisatie heeft verder besloten om het kleine podium van het Lange Voorhout naar het Buitenhof te verplaatsen, waar eerst het Radar Live podium stond. Hier verzorgt CHARLOT voor ons warme indiepop klanken en gaan we helemaal leip op Gotu Jim. Den Haag wordt op dit podium vertegenwoordigd door nieuwkomers Flaire. “Ze zitten een beetje in de slipstream van acts zoals Goldband en Fokke Simons. Lekkere vrolijke springmuziek. Dat valt hier altijd wel in de smaak”, vertelt Patrick Clerkx, die de programmering van het festival op zich heeft genomen. De verhuizing betekent wel dat het Radar Live podium, inclusief het bijbehorende talententraject, dit jaar niet aanwezig is op het festival. "Hopelijk in de toekomst weer", zegt Arthur.

Een Haagse primeur bij de Hofvijver

Het podium voor paleis Noordeinde staat in het teken van hiphop, funk, jazz, soul en wereldmuziek. “Hier komende de 'donkere muziekstijlen' samen. We vinden het bijvoorbeeld ontzettend leuk om rappers uit te nodigen. Ze moeten dan wel wat meer diepgang hebben dan de standaard ‘yo-yo’s’”, zegt Patrick. Vandaar dat Babs op 26 april dit podium mag openen. De Nederlandse rapster snijdt belangrijke maatschappelijke thema’s aan, zoals feminisme, diversiteit en inclusiviteit. De avond wordt afgesloten door Mama Africa Soundsystem, het Haagse feestconcept dat in de afgelopen vijf jaar menig Nederlands poppodium op z’n kop heeft gezet.

Bij de Hofvijver gaan we een wel hele speciale primeur meemaken. Met een soort van Jon Spencer Blues Explosion-achtige act, bundelen Melle de Boer (Smutfish), Henk Koorn (Hallo Venray), Henk Jonkers (Hallo Venray) en Selwyn Slop (Monomyth) hun krachten en presenteren ze de Haagse supergroep Nik de Poser. “Je zou het een blueskwartet kunnen noemen, maar dat klinkt meteen zo truttig. Ze gaan vast en zeker een stevige set neerzetten die iedereen omver gaat blazen”, meent Patrick. “Het is wellicht de geboorte van een mooie nieuwe landelijke act”, vult Arthur aan. Verder heeft het team de Amerikaanse Quiet Hollers weten te boeken. Het alt-country/americana geluid uit de VS past perfect op het podium dat draait om de zogenaamde ‘roots geluiden’. Daarnaast serveert het Haagse Sunfire up-tempo bluegrass muziek, waar we weer lekker op mee zullen hossen.

Gratis festivals kunnen we niet meer voor lief nemen

“Het is taaie kost, maar goede kost”, zegt Arthur over het organiseren van een festival in deze uitdagende tijden. Hij spreekt met veel lof over de vele partners die dit gratis festival voor de elfde keer mogelijk maken. “We moeten het doen van subsidies, sponsering en betrokken partners. Samen met een stukje horeca omzet, moeten we de logistieke puzzel leggen. En dat is een puzzel dat dit jaar een stuk lastiger te leggen valt.” Afgelopen jaar hebben we al gedag moeten zeggen tegen Parkpop, een fenomeen dat al sinds 1981 bestond. Ook kampen vele Bevrijdingsfestivals met grote krapte. “Wij zijn ontzettend trots op wat er staat en dat wij het wél voor elkaar hebben gekregen.” Op 3 April kondigt The Life I Live de volledige line-up aan. Het belooft opnieuw een succes te worden.