Metal in Den Haag. Het is er genoeg, maar het is (nog) niet echt een zoemende of gonzende scene. Rock- en metalprogrammeur René Veerkamp (59) weet er alles van. Na jarenlang de voorhoede te hebben bekleed van de metalprogrammering van Neerlands hardste undergrondpodium Baroeg in Rotterdam, streek Veerkamp in 2014 neer in Musicon. Het resultaat mag er zeker zijn. Grote undergroundnamen zoals Malevolent Creation, Exhorder en Pro-Pain speelden de afgelopen jaren op het Haagse podium. En komende vrijdag spelen Iron Fist, Hormones en Mancuerda er op Veerkamps persoonlijke uitnodiging, want hij wordt die dag 60. Tijd voor een nadere kennismaking met een van de belangrijkste kenners van het metalgenre.

Voor uw van oorsprong Rotterdamse 3voor12-metalcorrespondent was Veerkamp in de jaren 90 een absolute toetssteen van wat wel en niet de moeite waard was in het metalrijk. Spotify bestond nog niet en in Rotterdam vervoegde je je als metalhead naar Plato of Plaatboef om ter plekke cd’s te luisteren. Met in je nek de priemende ogen van de verkoper, skipte je door de nummers om vervolgens knopen door te hakken of je het wel of niet kocht met je zuurverdiende krantenwijkgeld. Veerkamp schreef in die tijd voor rock- en metalblad Aardschok. Als Veerkamp het een goede plaat vond – ‘pak je hellebaard en ren naar je platenzaak’ – dan was de aankoop altijd ergens gelegitimeerd en gezegend.

Tegelijkertijd spaarde je je geld op voor een eindeloze stroom aan black- en deathmetalconcerten in Baroeg waar Veerkamp de programmering deed. Van Mayhem tot Marduk en van Vader tot Vital Remains: de knagende honger naar dood en verderf werd in de gruizige zaal op Zuid gestild. Het was oprecht een heerlijke tijd. En dankzij Veerkamp was iedere zichzelf respecterende metalhead op de hoogte van de laatste bands, cd’s, concerten en festivals. Het hart van de scene klopte op heipaalritme en alle zwarte harten bonsden gretig mee.

Helaas sloeg de op het oog oneindige golf aan duistere genoegens kapot op de rotsen van de tijd. Een van de redenen was Veerkamps burn-out en daaropvolgende depressie. Baroeg verwerd door zijn medewerking van sleets jongerencentrum tot een gerenommeerd undergroundpodium en plukt tot op de dag van vandaag de vruchten van Veerkamps niet aflatende energie van 20 jaar geleden. In 2014 zette Veerkamp zijn tanden in Musicon om de rock- en metalprogrammering vorm te geven. Met succes; al is de Haagse undergroundscene wel een tikkie anders dan die van de Maasstad. Hoe zit dat? Hoe kan dat? En hoe ziet Veerkamp dit? We zochten hem op bij Musicon en vroegen hem het Graceless-shirt van het lijf.

Rene Veerkamp

“Mijn interesse voor muziek begon in de ‘glittertijd’ met bands als Sweet en Alice Cooper. Maar in 1977, ik was toen zelf 15, kwamen Motörhead, Ramones en punk om de hoek kijken. Ik heb dat allemaal grijs gegraaid en het zijn ook blijvertjes gebleken ondanks alle stijlontwikkelingen en -varianten. Ik vond het daarom tof om op mijn verjaardag (vrijdag 23 december, red.) een Motörhead-coverband (Iron Fist), een Ramones-tributeband (Hormones) en Mancuerda te programmeren in Musicon. De laatste is een Haagse deathmetalband waar binnenkort een plaat van verschijnt. Ik vind het leuk om zulke dingen te pushen. Dus ik hoop dat het een gezellige avond wordt. Het is natuurlijk ook een feestje dus ik wilde ook geen obscure en duistere doom- of blackmetal neerzetten. Het moet wel een beetje gezellig blijven.”

"Het moet wel een beetje gezellig blijven."

Brede programmering

Veerkamp was al voordat hij bij Musicon aan de slag ging bekend met de zaal. Hij bezocht allerhande metalavonden, waaronder de bekende Rob Rockstoel-avonden. “In 2014 ging ik wat vaker en gestructureerder metal programmeren met bands zoals Exhorder, Pro-Pain en Flotsam and Jetsam. En dat zijn wel echt aardige namen. Maar Musicon is zo breed qua programmering dat je het niet echt een overkoepelend metalkarakter kunt geven. Baroeg had dat wel. Als je van donkere, duistere muziek houdt, moet je naar Baroeg. Hier is het de ene avond jazz, de andere avond blues of salsa.

We zijn 7 dagen per week open, we hebben hier oefenruimtes: er gebeurt hier de hele dag van alles. En om bij bookers je voet tussen de deur te krijgen, moet je eerst vaak een kleinere band boeken voordat je echte headliners kunt krijgen. Zo werkt dat voor Musicon en zo werkte dat ook in mijn begintijd bij Baroeg. Naarmate het aantal bands stijgt dat hier speelt, is er een grotere kans op grotere bands. Ik maak nog steeds wel gebruik van mijn ouwe-jongens-krentenbrood-netwerk in die wereld, maar het wel wat lastiger dan in mijn Baroeg-tijd.

Flatertheek

Veerkamps verstrengeling met undergroundmuziek, bands, zaaltjes en programmering begon al op vroege leeftijd. “Ik ben eigenlijk altijd al met hardrock, metal en punk bezig geweest. Ik deed vroeger vrijwilligerswerk in jongerencentrum de Flatertheek in Naaldwijk. Daar zette ik eind jaren 70 dan een punkbandje neer. En in 1987 kwam ik van de sociale academie af en was ik jongerenwerker. In die jaren bezocht ik veel concerten van opkomende harde bands zoals Slayer, Metallica en Iron Maiden. Ik kwam toen ook al bij Baroeg, wat toen nog een echt jongerencentrum was. Gaandeweg vertrokken er oudere medewerkers. Dat vond ik niet zo’n ramp, want zij waren vaak geen liefhebber van het hardere werk waar juist mijn interesse naar uitging. Ik heb nog wel meegemaakt dat de tussendeur uit protest werd gesloten als er een bandje stond te spelen. Maar Baroeg stroomde over de hele linie leeg; ook qua bezoekers. Mensen gingen trouwen, kregen kinderen en al dat soort dingen. Er was een nieuwe invulling nodig. Ik was hardrocker, samen met een andere vrijwilliger. Ik begon met wat hardere programmering, zoals Vengeance, Vulture en Sleez Beez, en daarna kwamen de echt hardere bands zoals Thanatos en Sinister. In die tijd kreeg ik ook meer contact met Mojo concerts waardoor ik stukje bij beetje grotere namen op het podium wist te krijgen. Maar ook een band als Sinister hielp, want na deze Rotterdamse deathmetalformatie wilden zo’n beetje alle grote deathmetalnamen in Baroeg spelen. Datzelfde gold voor thrashmetalbands. En toen kwam blackmetal ons leven verblijden.”

Dat blackmetal en Baroeg twee handen op één scheurbuik zouden blijken te zijn, blijkt wel uit de ladingen cd’s, shirts en posters die uw metalcorrespondent nog altijd koestert. Maar daar waren ook Veerkamps schrijfsels voor Aardschok magazine deels verantwoordelijk voor. Hoe kwam hij bij dit lijfblad voor Nederlandse metalheads terecht? “Ik had begin jaren 90 een tijdje mijn eigen fanzine ‘Unidentified Flying Magazine’ en daarin schreef ik over blackmetal, maar ook over punk en hardcore. Daar zijn drie nummers van verschenen en de tweede editie werd gelezen door Robert Haagsma (muziekjournalist voor, onder andere, Aardschok en Algemeen Dagblad, red.). Ik kende hem al van een metalprogramma op de radio. Heb nog de demo van Altar ‘…And God Created Satan To Blame For His Mistakes’ daar gedraaid. Robert zocht nog een schrijver voor Aardschok; specifiek gericht op death- en blackmetal. Dat ben ik gaan doen 1995. Mijn werk voor Baroeg en Aardschok raakte mooi verstrengeld en piekte op een avond in 1996 waarop ik Dissection, Satyricon en Gorgoroth voor een strak uitverkocht Baroeg bijeen had gebokst. Dat was een echt memorabel concert. Maar ik heb daarna nog genoeg bands geboekt waar ik zelf ook fan van was en ben, zoals Cannibal Corpse, Nile, Immortal, Marduk en Mayhem. Ook hebben we in de hoogtijdagen bakken met punk-, hardcore- en psychobillybands op de planken gehad. Het waren mooie tijden.”

Rene Veerkamp

Burnout en depressie

Die mooie tijden eisten hun tol. Veerkamp was vrijwel ieder wakker moment van de dag bezig met muziek. Reizen voor interviews, nieuwe cd’s beluisteren en recenseren, bands boeken en interviewen: de carrousel bleef gaan en gaandeweg kwam Veerkamp zelf vast te zitten in de metallieke tandwielen met een burn-out en depressie tot gevolg. “Ik werd horendol. Dan zat ik weer in het vliegtuig naar Amerika voor een interview, dan had ik weer drie optredens te regelen in 1 weekend, dan moest ik weer cd’s recenseren. Ik rende mezelf voorbij en ben een tijdje uit de running geweest. Heb nog een omzwerving gemaakt voor ander werk, maar uiteindelijk kwam ik toch weer uit bij mijn liefde: de muziek. Muziek is voor mij de belangrijkste bijzaak in het leven. Ik kan echt niet zonder. Ik knap echt op van brute deathmetal”

Die liefde voor muziek straalt nog altijd af op Veerkamps huidige werk voor Musicon. Met regelmaat klinken er rochelende grunts, zware gitaren en beukende blastbeats uit de speakers van de zaal aan de Soestdijksekade. Groot verschil met Baroeg is toch wel de Haagse metalscene; voor zover die er is. “Tegenwoordig mag en kan alles. In de Baroeg-tijd waren er duidelijke breuklijnen in de tijd voor genres. Deathmetal kwam op, maar stierf na een tijdje weg. Toen werd blackmetal populair, maar dat werd gaandeweg ook minder of juist populairder – zoals Cradle of Filth – waardoor er werd uitgeweken naar grotere zalen zoals Paradiso in Amsterdam of Noorderligt in Tilburg. Tegenwoordig bestaat alles naast en door elkaar. Er is nergens een dominerende undergroundstroming meer. Je hebt een goede nieuwe deathmetalscene, zowel old als new school. Er komt iedere maand een berg platen uit en alles is te beluisteren via Spotify. Vroeger ging je echt fysiek naar een platenzaak. Ik ging dan met de fiets vanuit het Westland naar Den Haag om twee platen te luisteren en eentje te kopen. Met windkracht tien weer terug op de fiets naar huis om wekenlang dezelfde plaat te luisteren. Nu skip je ongeduldig door albums heen, maar vroeger luisterde ik die platen zo vaak dat ik ook alle slechte nummers goed vond."

De Haagse metalscene

De metalscene is volgens Veerkamp dus versplinterd bij gebrek aan een dominante stroming, maar er gebeurt genoeg in de Hofstad. “Ik woon al sinds 1995 in Den Haag en ging vroeger naar kleine concertjes bij de Open Luchtschool (OLS) en het Haags Popcentrum (HPC), maar ook naar PAARD dus ik ken al flink wat mensen die van metal houden. Ik heb geen doelgroep hoeven te zoeken, want die metalheads zijn er gewoon. Als je al die mensen op 1 avond bij elkaar zou brengen, heb je echt een volle tent. Ook in PAARD. Maar er is geen scene zoals in Rotterdam. Daar gaan bands ook bij elkaar kijken als er wordt gespeeld en houden ze elkaar in de lucht. Als die mensen nou eens gewoon eropuit zouden trekken om andere bands te supporten, dan krijgt die scene vanzelf meer om het lijf. En dat is geen straf, want er zijn genoeg toffe bands zoals Melting Eyes uit Loosduinen. Zij spelen onwijs lekkere lompe oldschool deathmetal. Ze hebben net een ep uit en komen binnenkort met een langspeler. Ik vind ze echt te gek.

Maar je hebt ook bands zoals Acrid, Rages of Sin en Mancuerda (die ook op 23 december in Musicon speelt) uit Den Haag. Ook allemaal gaaf. Er zijn echt genoeg bands in Den Haag: van female fronted symphonic rock tot brute deathmetal. Een bandlid van Acrid heeft in 2019 een metaldag georganiseerd in Musicon waarbij 10 Haagse metalbands speelden, dus er gebeurt echt genoeg.

Ik huldig al jaren de theorie dat je én een plek én een scene moet hebben. Die twee dingen versterken elkaar. Die wisselwerking trekt ook weer meer mensen van buiten aan. In mijn Baroeg-tijd wist ik via enquêtes, bijvoorbeeld, dat veel bezoekers uit de Drechtsteden kwamen. Later zijn die ook naar Rotterdam verhuisd omdat er een scene was die hen aansprak. Dat zie ik ook weer terug in Den Haag. Bij grote concerten komt meer dan de helft van de bezoekers van buiten. Dat is de reden waarom concerten bij ons om 11 uur ’s avonds zijn afgelopen zodat mensen nog goed thuis kunnen komen met het openbaar vervoer.”

Kortom: het geheel is meer dan de som der delen. Den Haag kent volgens Veerkamp genoeg metalheads om weer de geest in een heuse scene te blazen. Hijzelf is ook nog steeds volbloed metalhead. “Soms raak ik even van het pad af en draai ik blues of symfonische rock, maar uiteindelijk kom ik altijd weer terug bij de scheurende gitaren. Ik denk niet dat dat nog is te genezen bij mij. Ik vrees dat deze aandoening bij mijn blijft tot mijn dood.”

Acrid @ Global Battle of the Bands 2014, Musicon

Rages of Sin @ Kaderock 2022

De René 60 jaar party met Hormones, Iron Fist en Mancuerda is op vrijdag 23 december 2022 om 20.00 uur in Musicon. Entree is gratis, maar een vrijwillige donatie is zeer welkom.

3voor12 Den Haag is zeer geïnteresseerd in Haagse metalbands. Speel je zelf in een band of raad je er een van harte aan, stuur dan een mailtje naar daandeneef@gmail.com. Als er genoeg bands zijn, is er zelfs kans op een eigen rubriek, dus kom maar door met die tips!