Torre Florim en Residentie Orkest doen grens tussen mens en machine vervagen

Symphonic Junction #11 is er een van industriële precisie

Koen Kleiberg | Foto's: Stephan Kaffa ,

We waren inmiddels alweer toe aan de elfde editie van Symphonic Junction: de concertreeks in het Paard van Troje waarbij het Residentie Orkest telkens een muzikaal avontuur aangaat, en crossovers levert met diverse artiesten uit de popwereld. Gisteravond was het de beurt aan Torre Florim, zanger van de Nijmeegse band De Staat. Hoe vertaalt de eclectische rock van De Staat zich naar de klassieke muziek?

Na een korte introductie door vaste Symphonic Junction-presentator Floris Kortie, waarbij de overeenkomsten tussen het werk van De Staat en klassieke muziek worden benadrukt, betreedt Torre Florim onder luid gejuich het podium van de grote zaal van het Paard van Troje. Het publiek bestaat vanavond dan ook niet alleen uit liefhebbers van klassieke muziek: een groot aantal De Staat-fans heeft zijn weg naar het Paard gevonden. Er wordt afgetrapt met Devil's Blood, de eerste single van het laatste album van De Staat, ‘I_Con’. Wie vanavond echter verwacht een aantal klassieke uitvoeringen van de bekendste De Staat-hits te horen, komt enigszins bedrogen uit: Florim heeft ervoor gekozen nummers te spelen waarvan hij denkt dat ze in een klassiek jasje het best tot hun recht komen. Vanavond geen ‘Wait for Evolution’, ‘The Fantastic Journey of the Underground Man’ of ‘Sweatshop’ dus, maar wel een groot aantal nummers dat De Staat normaal gesproken nooit live speelt. Een gewaagde keuze, maar het maakt Symphonic Junction #11 nu al een uniek concert.

Het zwaartepunt light in de setlist bij de laatste twee albums, 'Machinery' uit 2011, en 'I_Con' uit 2013. Al snel wordt duidelijk waarom: de ietwat minimalistische nummers van deze platen lenen zich perfect voor de klassieke muziek. De uiterst strakke, monotone drums van De Staat-drummer Tim van Delft, die voor de gelegenheid is meegekomen, en de uitmuntende arrangementen van Reyn Ouwehand doen de staccato machine van 'Machinery' weer tot leven komen. Op het podium ontstaat een op volle toeren draaiende fabriek, met Florim als voorman, die het werk van De Staat met industriële precisie uitvoert.

Florim zelf oogt aardig zenuwachtig en heeft even de tijd nodig om los te komen. Bij 'I'll Never Marry You' gaat het even mis: Florim zet op een verkeerde toonhoogte in en vraagt dirigent Ernst van Tiel beschaamd of het opnieuw mag. Dat mag, maar ook daarna lukt het niet echt (gelukkig heeft Florim het zelf ook door en later, bij de toegift, wordt 'I'll Never Marry You' gewoon nog een keer gedaan). De magie van de machine is voor even verdwenen en Florim is weer een mens van vlees en bloed, maar bij volgend nummer 'Build That, Buy That' weet hij zich te herpakken en komt zijn karakteristieke walk-on-the-spot-dansje eindelijk tevoorschijn.

Zo weten Torre Florim en het Residentie Orkest het publiek iets meer dan een uur te vermaken met de experimentele, industriële maar toch dansbare klassieke uitvoeringen van De Staat. Het is alweer de laatste Symphonic Junction van het seizoen, maar het Residentie Orkest legt de lat vanavond hoog. We kunnen alleen maar benieuwd zijn hoe het zich volgend seizoen nog wil gaan verbeteren.