Verslag State-X New Forms 2012; de zaterdag

Gitaren, gepiep en ontoegankelijke kunst

Frank Veldkamp, Lilianne Laan en Mark van Soest | Foto’s: Ramond Jaggessar, Peisam Tsang en Luiza Popa ,

Na een afwisselende vrijdag waarbij een paar leuke verrassingen voorbij kwamen, is het programma van zaterdag op voorhand wat minder spannend. De verwachtingen voor het optreden van David Lynch protegé Chrysta Bell zijn hoog gespannen, voor de rest is het veel harde en een paar zachte gitaren en elektronica wat de klok slaat.

Nog voordat het festival goed en wel is afgelopen stuurt het Paard van Troje om kwart over drie ‘s nachts een persbericht uit waarin de organisatie van State-X New Forms stelt “terug te kijken op een succesvolle en drukbezochte negende editie” van het festival. Succesvol is het voor de liefhebber zonder twijfel, drukbezocht was het festival beide dagen geenszins. Dat zegt niets over het al dan niet halen van de doelstellingen van de organisatie, maar de zaterdag lijkt, ondanks de grotere namen in de programmering, nog rustiger dan de vrijdag. Een aantal bezoekers is speciaal voor de Japanse noiserockact Boris en de oudgedienden van NoMeansNo gekomen en zij zijn op hun wenken bedient met snoeiharde optredens die nog lang zullen nasuizen in onbeschermde oren.

De foyer
Op zaterdagmiddag kunnen liefhebbers een workshop bijwonen om zelf een NovaDrone te bouwen. Een NovaDrone is een analoge zelfbouw synthesizer waarmee licht en geluid gemanipuleerd kunnen worden. Qua uiterlijk is de NovaDrone het beste te omschrijven als een printplaat met draaiknopjes met een badkamerlamp er bovenop. De eerste act op het foyerpodium op zaterdag is een demonstratie van de NovaDrone. We horen geluid en zien in lijn daarmee de kleur van de lamp veranderen. We zien ook toeschouwers elkaar aankijken en hun schouders ophalen. Gelukkig begint tegelijkertijd in de kleine zaal de Belgische halve metalband SardoniS en staat een kwartiertje later Chrysta Bell klaar in de grote zaal. (FV)

Later op de avond in de foyer introduceert Bruno X zijn maatjes van Ventriloquism. “Ik dirigeer de boel en we spelen rare liedjes”. Dat klopt, want met hun combinatie van percussie, vibraphonette, bas en draaitafels staat Ventriloquism voor een set avant-gardistische composities die doorspekt zijn met rare geluidjes. Er staat een flinke menigte geïntrigeerd toe te kijken, het is absoluut origineel wat hier gebeurt. De toewijding van Bruno aan zijn basgitaar, die onder andere met een strijkstok bespeeld wordt is mooi om te zien, net als de oplettende samenwerking tussen de drie muzikanten. Maar echt pakkend is het resultaat niet, het blijft voor de ongeoefende luisteraar bij atonale gekkigheid. Dan liever de trap op naar de kleine zaal, waar WhistleJacket de gitaren laat regeren. (LL)

Grote zaal
De eerste grote act van de zaterdagavond maakt nieuwsgierig: David Lynch presents Chrysta Bell. Wat zou David Lynch, altijd goed voor een robbertje surrealistische verwarring, voor ons in petto hebben? Het begin is veelbelovend. Op een zwoele beat met Twin Peaks-achtige dromerige synthesizertonen en bijpassende visuals schrijdt een vrouw het podium op van een ondefinieerbare schoonheid en charme. Met haar ranke figuur in een korset, een bos rood haar en een onpeilbare blik hypnotiseert ze de zaal voor ze een noot gezongen heeft. Ondersteund door een drummer (die ook de samples verzorgt) en een bassist met surrealistisch grote handen, begint Chrysta vervolgens te zingen en is de betovering compleet. Haar stem is laag, zwoel, donker en zuiver als versgeronnen bloed. De zanglijnen zijn ingewikkeld en het is bewonderenswaardig hoe Chrysta absolute controle over haar stem houdt. Als een femme fatale verleidt ze de zaal met duistere ballades. Naarmate de set vordert, slijt de betovering echter een beetje. Er is weinig afwisseling en de verleidelijke act wordt steeds duidelijker een kunstje. Zeker wanneer Chrysta tussen de nummers door dweperig over David “he changed my life” Lynch oreert, begint de mysterieuze-vrouw-pose wat op de zenuwen te werken. Later heeft de set nog een opleving met als uitschieter een pittig surfnummer waarbij de bas wordt ingeruild voor een gitaar die met flessenhals bespeeld wordt. Verder zwalpt de set loom voorbij, als een lijk dat naar de bodem zinkt. Ondanks Chrysta’s briljante stem blijft daardoor een gevoel van gemis hangen. Waar was de originaliteit, de verrassing, de achteruit dansende dwerg? (LL)

Het Japanse kwartet Boris is al bijna twintig jaar actief op het gebied van drones, noise en zware metalen. Dat laatste geldt zowel voor de gong waarop slagwerker Atsuo het optreden inluidt als de muziek van de band, die regelmatig neigt naar heavy metal. Boris is niet voor tere zieltjes. Het is hard, onheilspellend en overweldigend. De podiumopstelling is indrukwekkend en de beesten van Boris staan als ware krijgers hun muziek te maken, inclusief de op het eerste gezicht schattige gitariste Wata, die ook een belangrijk deel van de vocalen voor haar rekening neemt. Dat Boris in het verleden met SXNF-favoriet Sunn O)) heeft samengewerkt is geen verrassing. Het publiek ondergaat het optreden met gepast respect en dat is precies wat Boris afdwingt. Zowel in de stevige nummers, waarop het goed headbangen is, als de subtielere stukken die zich eindeloos lijken door te ontwikkelen, zit een verborgen subtiliteit die omgeven door het geluidsgeweld bijna niet op te merken is. Al met al een fascinerend schouwspel wat nog lang doordreunt. (FV)

De Canadese experimentele punklegende NoMeansNo bewijst toch maar weer eens dat vergrijzing niet het einde hoeft te betekenen. Met een verrassende opening, waarin zanger en bassist Rob Wright zijn volle stem over industrial-klinkende elektronische beats laat schallen, maken de oudgedienden meteen een stevige entree. Bij de volgende nummers klinken hun punkroots steeds meer door, en binnen 15 minuten hebben ze de halve zaal al aan het dansen. De band is strak, goed op elkaar ingespeeld (mag ook wel, na 33 jaar), en weet de aandacht van het publiek ook tijdens een technisch akkefietje met veel humor vast te houden. (Publiek: "Play a song!" Tom Holliston: "Guess what, we're trying to, asshole!") Al met al een energiek optreden. Beetje jammer alleen dat het overgrote deel van het publiek toch duidelijk voor hen waren gekomen, en dat de zaal dus aan het einde flink leegliep. Je zou toch denken dat fans van deze band juist openstaan voor wat nieuwe muziek. (MvS)

Paardcafé
Macxi is 18 jaar, komt uit Den Haag en heeft een Roland SP-404. Het apparaat is een klassieke digitale sampler en wordt door uiteenlopende artiesten als Flying Lotus, Beck, Radiohead en Grimes gebruikt om tijdens optredens (en in de studio) samples te combineren en te manipuleren tot backingtracks. Een veelzijdig apparaat met ongekende mogelijkheden. Stop de juiste beats en samples erin en je bouwt in no-time een set dansbare muziek waarbij de bediener ongekende mogelijkheden heeft om live aanpassingen te doen. Tot zover de recensie van de hardware. Macxi zelf staat 45 minuten lang met zijn hoofd omlaag in het Paardcafé de SP-404 te bedienen. Hij weet er goede en afwisselende beats en onvoorspelbare breaks uit te halen en is niet bang om te experimenteren. De set is een organisch geheel, die bij vlagen ongemakkelijk aandoet en daarmee net wat verder gaat dan wat een standaard gebruiker uit het apparaat zou halen. Het aanvankelijk elf hoofden tellende publiek heeft weinig aandacht voor Macxi die ook niet echt zijn best doet zijn plaats op het podium te rechtvaardigen. Niet voor niets is een sampler normaal gesproken een onderdeel van een groter geheel en geen solo-instrument. (FV)

Kleine zaal
"Muzieknerds, gezelligheid!" Daar hebben we Vjèze Fur die met ex-Aux Rauser Bastiaan Bosma het gabberpunkduo Coevorduh vormt. State-X New Forms en Coevorduh zijn niet bepaald een gouden combinatie en vieze Freddie is de eerste om dat erin te wrijven. Menig nummer wordt door hem onderbroken om het Haagse publiek de waarheid te vertellen. “Kan iedereen die er geen zin in heeft nu weggaan? Tjongejonge wat een energie krijg ik van jullie.” De aanhoudende pogingen van Freddie om het publiek te beïnvloeden zijn op het randje maar zowaar, het werkt: hij krijgt de zaal in beweging. Dan de muziek. Dat zijn gabberbeats aangevuld door het gitaarspel van Bastiaan Bosma, die zo nu en dan in de microfoon kraait; Vjèze Fur rapt en ouwehoert. Of hij vanavond echt zijn best doet is de vraag maar met zijn jaren ervaring heeft zijn rappen iets zangerigs gekregen, waardoor de gabberpunk melodieuzer en meer mellow klinkt dan de onversneden agressie van Aus Raux. De beats zijn opzwepend en de teksten zijn raak, de fles wodka slinkt, de voetjes gaan alsnog van de vloer en Freddie schaakt een meisje. Wordt het tóch nog gezellig. (LL)

De jonge Engelsen van WhistleJacket treden vanavond voor het eerst buiten de landsgrenzen op. Hun harmonieuze, surfy ambient rock is weinig verrassend maar wel een fijne manier voor de State-X bezoeker om bij te komen van het gepionier van de andere acts. Mooi uitgelicht zwalpen de jonge Engelsen over het podium. Alles aan hen lijkt te galmen: de gitaren, de (verder niet bijzondere) stem van de zanger, zelfs hun shirts die vijf maten te groot zijn. De set golft zonder al te veel verrassingen voorbij, het is hopen dat er niemand zeeziek geworden is. Dat de band nog weinig podiumervaring heeft, blijkt uit wat foutjes hier en daar, maar hun gitaargeluid is warm, vol en uitgebalanceerd. Kortom een fijne adempauze tussen de verder experimentele en snoeiharde acts. (LL)

De laatste rockband van de dag voordat de draaitafels het overnemen tot in de kleine uurtjes, is Monomyth, de Haagse psychedelic-krautrock-monoliet. Krap een jaar in deze formatie is het aan deze langharige heerschappen de eer om het Haagse thuisfront eens even flink de oren te wassen in de kleine zaal. De opstelling is een nadere beschouwing waard. Behalve door drummer en bassist wordt de aandacht getrokken door een gitaar met twee halzen, waarvan één twaalfsnarig. Ook telt Monomyth verrassend veel keyboards: wij tellen er vier, plus een MacBook. De bijdrage van al die synthesizers blijft in het ongewisse: het geeft weliswaar een goede drone-achtige zwaar grommende baslaag aan de muziek mee, maar melodieus trekken de toetsen de aandacht niet naar zich toe. De zaal is vol en de rookmachine houdt zich niet in, wat voor een goed sfeertje zorgt. De set begint een beetje tam maar later lijken de mannen elkaar beter aan te voelen en wordt het dynamischer. De nummers zijn lekker lang uitgesponnen waarbij de band elkaar improviserend naar een hoogtepunt stuwt. In het publiek staat menig aficionado met geloken ogen op te gaan in de hypnotische groove. Hier en daar is echter ook een geeuw te ontwaren, want de set kent ook lange stukken dat er weinig tot niets gebeurt. De nummers lijken veel op elkaar en zijn niet allemaal even dynamisch. Het kan dus nog wel een tikkie spannender en origineler, maar Monomyth heeft zeker de goede snaar te pakken. (LL)

Verboden kunst?
Naast muziek maken ook andere kunstvormen een belangrijk deel uit van het totaalconcept van SXNF. Op het bovenste balkon van de grote zaal zijn enkele foto’s en een draaiende videovoorstelling te zien. Achter een deur staat een loungebank waarop het fijn vertoeven en televisiekijken is. Naar de blote billen van Bissy Bunder waar schietschijven op geschilderd zijn bijvoorbeeld. En voor de liefhebber staat er een stofzuiger klaar met een paardekopmasker ernaast om de boel een beetje schoon te maken. Maar het meest fascinerende is het lang van te voren aangekondigde kunstproject “Անանուն”, wat volgens Google Translate staat voor ‘Anonymous’. Op vrijdag is er vrijwel niets te merken van de installatie, die volgens de SXNF-site alleen voor ‘selected members of the audience’ toegankelijk is. Op zaterdag zijn pijlen op de vloer geplakt die naar de locatie van het verborgen kunstwerk leiden. Ook wordt op flyers die worden rondgedeeld door een Paardmedewerkster reclame gemaakt voor hetgeen zich in de kelder onder het Paardcafé schijnt af te spelen. De routebeschrijving en pijlen leiden via een deur waar groot “verboden toegang” op staat tot een tweede deur die op slot zit.

Even later verschijnen op de merchandisetafel A4-tjes met warrige Engelstalige verhandelingen die kant noch wal raken. Ondertekend met “Անանուն”. Eén van de pamfletten bevat een instructie voor het bezoeken van het verborgen kunstwerk. Pijlen volgen, deur door, licht uitdoen en naar binnen gaan. Naast de gesloten deur, die de hele avond gesloten blijft, hangt een paneel met lichtknoppen. Daar wijst de uitleg naartoe. Op het paneel knopjes met onderschriften als “paard foyer” en “trappenhuis”. Wat nu? Slaafs de instructies volgen met het risico een complete black-out in het Paard te veroorzaken en daarmee voortijdig SXNF te beëindigen? Navraag bij enkele medewerkers van het Paard levert geen nieuwe inzichten op: niemand weet iets. Als er iets zou zijn, zou er wel een vrijwilliger staan. Alleen toegankelijk op uitnodiging, maar hoe je uitgenodigd kan worden weet niemand. Daarbij ook het vrijblijvende advies toch maar niet aan de lichtknopjes te komen. Achter de deur klinken geluiden van stromend water en af en toe wat geknars. Op rammelen en kloppen op de deur wordt niet gereageerd. De installatie, of wat het ook moge zijn, blijft de hele avond onbereikbaar. Bewust ontoegankelijk gemaakte kunst op een gesubsidieerd festival, met de dubieuze groeten van de Armeense tak van Anonymous. Uitleg graag naar redactie@3voor12denhaag.nl.

De nacht
De peetvader van breakcore in Nederland, Bong-Ra aka Jason Kohnen, zet een meer dan stevige set neer. Hij begint kaal, hard, duister, met een overkill aan mitrailleursalvo's van overstuurde beats. Schipperend tussen breakcore, hardcore en speedcore, met snelle cuts en wissels, gaat hij iets later over in wat rustiger vaarwater (hoewel het woord 'rustig' hier met een flinke korrel zout genomen moet worden. We hebben het immers nog steeds over jungle en drum 'n bass van rond de 180bpm.) Halverwege komt er ook melodieuze metal doorheen, een bruggetje naar blokje metalcore en metalstep. Tegen het einde toe wordt de Thunderdome, die vanavond haar laatste editie beleeft in Amsterdam, nog even gechanneld, met hardcore die de oordopjes er bijna uit laat trillen. Geen adempauzes; de beats worden maar opgestapeld. Bong-Ra laat zien dat hij nog steeds heer en meester is van de breakcore, een genre dat misschien af en toe wat gedateerd klinkt maar daardoor niet aan kracht heeft ingeboet. In de kleine zaal ronden ondertussen Breach en Fantastic Mr. Fox de negende editie van State-X New Forms af. (Mvs)