Het muzikale geweld laat even op zich wachten, want de geluidsman neemt er de tijd voor om richting het HPC te komen. Om 22.00 kunnen de jongens van Green Disease, naar het gelijknamige nummer van Pearl Jam, dan eindelijk beginnen. Zanger/bassist Tony blijkt ‘fucking verkouden’ te zijn en hoopt dat hij het vanavond zal redden. Of het aan de verkoudheid ligt of aan de zenuwen is niet te zeggen, maar de zangpartijen zijn niet altijd zuiver en lijken geen enkele emotie te bevatten. Tony schreeuwt omdat er geschreeuwd moet worden. Het klinkt geforceerd. Als zanger komt hij veel beter tot zijn recht tijdens de meer ingetogen stukken.
Toch straalt de band ook enthousiasme uit. De drie bespelen headbangend hun instrumenten en vooral gitarist Floris hupt er vrolijk op los. Hij is de vrolijke noot van deze formatie. Het is dan ook niet vreemd dat het nummer waarbij Floris een grotere rol inneemt, meer invloeden uit het punkgenre heeft. Green Disease toont überhaupt meer variatie dan de meeste rockbands uit hun leeftijdsgroep en dat mag vermeld worden. Metal, grunge, punkrock, het komt allemaal voorbij. De grootste verrassing is ‘Thread the needle’, een bijzonder mooi nummer dat Tony wél vol overgave brengt. Zijn stem is hier intens en het rauwe geluid doet sterk denken aan grunge-icoon Kurt Cobain. Helaas blijkt dit een uitzondering te zijn. De basis voor een vette show is er, maar ruimte voor verbetering is er nog meer.
Green Disease en DieselBurner maken HPC onveilig
Harde gitaren en schreeuwende mannen
Het HPC Café stond zaterdag 15 december in het teken van harde gitaren en schreeuwende mannen. Toch zijn de twee bands die het podium mochten betreden, nauwelijks te vergelijken. Het jeugdige Green Disease kent vooral invloeden van grunge en rockmuziek uit de jaren negentig, terwijl de volwassen mannen van DieselBurner heavy stonerrock laten horen.
Aan de tweede band van vanavond, DieselBurner, de taak om de zaal op zijn kop te zetten. Hoewel Ronald (drums) en Barry (zang/gitaar) eigenlijk pas sinds het begin van dit jaar DieselBurner vormen, zijn het geen jonge broekies meer. Ze hebben voldoende ervaring in de muziekwereld en stappen vol zelfvertrouwen het podium op. Het tweetal bereidt zich voor onder begeleiding van de Pinky and the Brain-intro. Dit levert een geweldig contrast op met de loeiharde klanken die zullen volgen. Want loeihard is het zeker. De drumstokjes moeten tussendoor gewisseld worden vanwege het strakke spel. Barry heeft zichzelf getransformeerd van een frisgewassen, netgeklede man in een woeste schreeuwlelijk met ontbloot bovenlijf. Hoewel schreeuwlelijk niet de juiste term is, want zijn zang en grunt zijn van hoge kwaliteit. Ook de instrumenten worden genadeloos maar deskundig bespeeld. Door het hoge niveau, gecombineerd met een lichte, melodieuze ondertoon, spreekt de muziek direct aan.
De bandleden weten een duistere sfeer neer te zetten in het voorheen gezellige café. Vooral Barry gaat volledig op in zijn spel, alsof hij door de muziek betoverd is. Het publiek wil hier deel van uitmaken en schuift naar voren. Maar hier komen we het enige minpunt van dit optreden tegen. Van contact met de aanwezigen is geen sprake. De nummers volgen elkaar direct op en tijdens pauzemomenten wordt de stilte gevuld met geluidsfragmenten. Zeker in een kleine zaal als het HPC Café is interactie een belangrijk onderdeel van een show. Nu blijft er onnodig een afstand bestaan, waardoor het publiek naar de bar vertrekt voor een drankje en daar vervolgens blijft hangen. Dat is jammer, want DieselBurner maakt heerlijke rockmuziek, die verder aan alle kanten klopt en overtuigt.