In het transformatiegebied Rond de Energiecentrale, net buiten het centrum van Den Haag, vond op 4 en 5 november de eerste editie plaats van het Rewire Festival. Ontstaan op de resten van het Wired festival biedt Rewire een internationale mix van beeldende kunst, muziek, film en dans.
Bij de presentatie van de opzet en het programma van het festival dringt zich onwillekeurig de vergelijking met TodaysArt op. Beide tweedaagse festivals richten zich op een verscheidenheid aan kunstuitingen en brengen deze samen op verschillende, vaak verrassende, locaties in Den Haag. Muzikaal vissen beiden in dezelfde vijver van experimentele, veelal elektronische, muziek. De nachtprogrammering is in beide gevallen ingeruimd voor de betere dance en zelfs de lijst met geldschieters toont veel overeenkomsten.
Om 8 uur trapt het duo Onkalo, een soloproject van Stefan Breuer van I am Oak, het festival af in de kleine zaal van De Kerk. De muziek van het duo laat zich het beste omschrijven als een mix van psychedelische elektronica met invloeden uit de New Romanticshoek uit de jaren tachtig. Het gaat van zoet tot zweverig en sferisch, maar wat de meeste aandacht trekt is de rolverdeling van de twee. Terwijl Breuer muziek maakt bediend Anneke Nieuwdorp de effectdoosjes op de grond. Ze ligt letterlijk aan de voeten van Breuer, die haar zacht schopt als ze aan een knopje moet draaien. Met een biertje in de hand, hoofd in de nek, oogt ze volledig van de wereld en als ze kijkt, kijkt ze adorerend omhoog. Of we hier met een ironisch statement over onderdrukt feminisme te maken hebben of iemand die te zat is om nog op haar benen te staan blijft onduidelijk.
In theater Zeebelt speelt de van oorsprong Amerikaanse Stephanie Pan haar voorstelling ‘You are Here’. Laatkomers mogen de zaal niet meer in en horen in de foyer enkel de geluiden van haar taiko drum. Een blik door de deur toont een kleurrijk schouwspel wat we eigenlijk niet hadden willen missen. Het wachten is op het opengaan van de deuren in de naastgelegen Studio Loos voor het DCR Interdisciplinary Orchestra. Iets te drinken halen tijdens het wachten met de consumptiemunten die bij de festivalkassa zijn gekocht blijkt niet mogelijk in Zeebelt. De zaal loopt redelijk vol voor een voorstelling waarin vijf tl-buizen de hoofdrol spelen. De lampen flikkeren bij het aan- en uitzetten en het klikkende geluid van de starters dient als soundtrack voor het geheel. Een Star Warsmomentje waarbij de waarschuwing voor epilepsiepatiënten vooraf zeker niet overdreven is.
De Utrechtse band I am Oak won eerder dit jaar de 3VOOR12AWARD voor beste Nederlandse album. De band is goed op haar plaats in de kleine zaal in De Kerk die van nature wel wat sfeer kan gebruiken. En dat is wat I Am Oak brengt: lieve soepele popliedjes die voortkabbelen en makkelijk in het gehoor liggen. De zaal is goed gevuld, maar er is op het moment dat I Am Oak speelt dan ook geen enkel ander optreden bezig. Na een paar nummers valt de stroom uit, maar de band pakt zodra ze weer aangesloten zijn, de draad snel weer op.
Locatie Het Magazijn doet op werkdagen dienst als verzamelgebouw voor bedrijven en heeft een atrium dat uitermate geschikt is voor optredens. Op de eerste verdieping is ruimte voor de expositie New Arrivals waarop jonge kunstenaars hun installaties tonen waarbij alle zintuigen worden aangesproken. Van de hysterisch draaiende lichtinstallatie van Macular tot de rustig uitdijende verfdruppels in een oliebad van Xandra van der Eijk is slechts een paar stappen. En wie versteende bloemen ziet moet er vooral even een hand opleggen.
In De Kerk heeft het IJslandse duo Tonik ondertussen het podium betreden. De twee heren maken rijkelijk gebruik van muziek uit de computer en voegen daar zelf elektronisch drums en basslines aan toe. Dat zelfs de sporadische vocalen voorgeprogrammeerd uit de computer komen is jammer, maar doet niets af aan de vette electro die de zaal in geknald wordt. Echo’s van het soundtrackwerk van Giorgio Moroder en Goblin klinken door in de sterk repetitieve tracks. Het effect van het muzikale geweld is vooral hypnotiserend van aard, want ondanks de hoge dansbaarheidfactor wordt Tonik vooral in stilstand aanschouwt.
Washed Out scoorde eerder dit jaar met zijn debuutplaat ‘Within And Without’ een 8.3 op de invloedrijke Amerikaanse muzieksite Pitchfork. Rewire heeft er goed aan gedaan de 28-jarige chillwave-songwriter en producer Ernest Greene naar Nederland te halen. Wellicht is dit de meest mainstream popact die er op het festival te vinden is, en fungeert vanzelfsprekend als publiekstrekker. De locatie is spectaculair: Het Magazijn diende ooit als magazijn voor een elektriciteitsbedrijf. Hoe vaak sta je in een soort kijkdoos naar een band te kijken? Naast het podium weerkaatsen twee lampjes in fonteintjes licht, dat zorgt voor een flikkerend onderwater effect. De rookmachine legt een mystieke sluier over het optreden. Tijdens het optreden begint de fabrieksvloer prettig vol te raken, maar nooit overvol. Hoewel de ingrediënten aanwezig zijn voor een onvergetelijk optreden - bijzondere locatie, sterke live band, sfeervolle belichting - gooit de akoestiek roet in het eten. Je staat tenslotte in een hal te spelen, en hierdoor komt de uitgebalanceerde productie op plaat niet tot zijn recht. De gelaagdheid in nummers als ‘Far away’, ‘Amor fati’ en ‘Soft’ valt nagenoeg weg. Het gemis van de subtiele laagjes laat de stuwende doch relaxte drumpartijen en ronkende bas monotoon klinken. Afsluiter en albumhit ‘Eyes be closed’ is natuurlijk de kers op de taart waar iedereen op wacht en completeert een prima optreden. Prima, maar het had zoveel indrukwekkender kunnen zijn.
Men neme een Taiwanese Canadees met het kapsel van Elvis, de stemtrucjes van Jerry Lee ‘Great balls of fire’ Lewis en de strot van een doorgewinterde messenslikker en zet deze met een saxofonist met Franse baret en zonnebril op het podium. Dat is de low-fi van Dirty Beaches. Kernwoorden zijn gruizig, herhalend, viezig en…junglegeluiden? Ja, af en toe komt er in de kleine zaal van de Kerk toch echt ineens een aapgeluid uit de speakers. Ook het Finding Nemo-moment blijft niet uit als de band opent met wat lijkt op walvisgeluiden. Het doet allemaal enorm denken aan de Amerikaanse electroprotopunkband (probeer dat maar eens in Wordfeud) Suicide, die furore maakte in de jaren ’70. Dirty Beaches is de nieuwe versie van Suicide, dat kunnen we wel stellen. Je kunt het afdoen als idioot nummer één die continu in een microfoon staat te hijgschreeuwen, met idioot nummer 2 op saxofoon die vooral erg goed is in één lange toon blazen door zijn vervormer, maar dat doet tekort aan dit duo. De jaren ‘50-samples die ze in hun gitaar- en saxofoonspel verweven zorgen voor een intrigerend optreden. Het is de soundtrack die je zou horen als je Pulp Fiction zonder geluid zou kijken. Kort - na een half uur is het voorbij - maar krachtig en mag best op herhaling in donkere krochten van het kroeg- en clubcircuit.
Narain Ashad komt uit Bangladesh en klinkt als hij zichzelf voorstelt als een typetje van Sacha Baron Cohen. Als dj moet Ashad het niet van zijn turntableskills hebben, want fatsoenlijke overgangen zijn ver te zoeken in zijn set. Maar daar staat wel een onwaarschijnlijk gevarieerde mix van stijlen tegenover. Raggamuffin struikelt over housebeats en etnische obscuriteiten botsen op vrolijke wijze met een deuntje van Beyoncé. Ashad heeft in de vorm van een aantal dames in witte T-shirts met zijn markante hoofd erop zijn eigen promotieteam bij zich en die krijgen de (te) weinige bezoekers al snel aan het dansen.
Het optreden van het Ukrainsche duo Zavoloka & Laetitia Morais in de bovenzaal van De Kerk valt binnen het Live Cinemaprogramma van Rewire. De abstracte projecties achter de twee dames-met-laptops worden gevormd door de minstens zo abstracte klanken en heen-en-weer springende beats. Wat vooral opvalt is de geweldige akoestiek in de zaal waarbij het surround soundeffect zich dwars door je hoofd heen openbaart. Eigenlijk leiden de videobeelden alleen maar af van het auditieve schouwspel wat kriebelt aan je oren.
Aan het eind van (dag 1 van) Rewire valt niet te ontkomen aan een vergelijking met TodaysArt. Terwijl Rewire duidelijk een sterkere line-up heeft dan de door bezuinigingen uitgeholde 2011 editie van TodaysArt, kampen beide festivals met kleine maar vervelende organisatorische weeffoutjes. De gaten in de programmering van beide festivals geven de bezoeker te weinig vrijheid om door de acts te zappen. Geweigerd worden bij een voorstelling omdat deze al begonnen is past niet in het karakter van een festival. Voor wie Hoop buiten beschouwing laat zijn de locaties van Rewire op behapbare loopafstand, maar met zalen waarin de hele avond maar één act geprogrammeerd staat, blijf je al gauw op één plek hangen. Als die dan net je drankmuntjes niet accepteert en deze ook niet terugverkocht kunnen worden, is dat onhandig. De meeste optredens worden redelijk bezocht, maar het zijn vooral de bands als I am Oak en Washed Out die het publiek trekken. Op heel veel vlakken zou een bundeling van krachten van TodaysArt en Rewire tot een festival kunnen leiden wat boven beide initiatieven uitstijgt en echt geslaagd genoemd kan worden. In de huidige opzet liggen de concepten te dicht bij elkaar om onderscheidend te zijn.