Gerard van den IJssel over stoppen Haags Pop Podium

“Ik had er steeds minder plezier in”

Renate Heins | Foto's: Ramond Jaggessar ,

Gerard van den IJssel heeft de spreekwoordelijke stekker uit Haags Pop Podium getrokken. Oké, de statement op zijn website is duidelijk, maar schuilt er niet nog meer achter? Waarom stopt hij er zo rigoureus mee? Gerard spreekt openhartig over het hoe en waarom; hij kijkt enigszins met lede ogen naar het verleden, maar ziet de toekomst op zowel muzikaal als ander terrein zonnig in.

“Ik had er steeds minder plezier in”

Gerard van den IJssel heeft de spreekwoordelijke stekker uit Haags Pop Podium getrokken. Oké, de verklaring op zijn website is duidelijk, maar schuilt er niet nog meer achter? Waarom stopt hij er zo rigoureus mee? Gerard spreekt openhartig over het hoe en waarom; hij kijkt enigszins met lede ogen naar het verleden, maar ziet de toekomst op zowel muzikaal als ander terrein zonnig in.

Op de website Haags Pop Podium zijn enkele redenen om ermee te stoppen genoemd; dat radio niet langer de belangrijkste journalistieke bron is, de grote invloed van nieuwe media op de berichtgeving in de muziekbranche en dat het festival is wegbezuinigd. Wat is nu eigenlijk de hoofdreden? “Nou, ik moet eerlijk zeggen – er speelden zoveel dingen tegelijk. Ik was er al een tijdje klaar mee; ik had er steeds minder plezier in. Ik heb het altijd als werk gezien, het is niet mijn hobby of uit liefde voor de Haagse muziekscène. In het begin natuurlijk wel, maar ik heb het altijd als werk beschouwd - ook als ik het niet leuk vond, moest ik het goed doen. Maar het begon me langzaam steeds meer tegen te staan. Ik heb getwijfeld: moet ik hiermee verder of kan ik ervoor zorgen dat ik het weer wél weer leuk zou gaan vinden?”

Maar er zit ook een financiële factor aan vast. “Ik verdien er niks mee, het kost me ieder jaar weer geld. Geld dat ik met andere werkzaamheden terugverdiende. Maar omdat mijn werk bij de radio vorig jaar gestopt is, werd mijn budget smaller. En dan zie je dat het me veel geld kost, dat ik eigenlijk heel hard zelf nodig heb. Daarnaast had ik het idee dat het nergens meer naartoe zou leiden; ik heb er alles uit gehaald dat erin zat. Het is dus een opeenstapeling van de dingen die ik in mijn verklaring heb genoemd. De concertavonden op woensdag liepen minder goed, de snelheid van Twitter boven die van de website, de terugloop aan luisteraars op de radio en het festival natuurlijk. Dat was eerst in het Openluchttheater Zuiderpark, tot het met The Hague Festivals verhuisde naar de Grote Markt. Dit jaar was daar het geld min of meer [Gerard pauzeert even] op. Dat alles bij elkaar genomen zette mij begin dit jaar aan het denken: “Misschien moet ik ermee stoppen”. Ik wilde eigenlijk in mei ophouden, maar ik had een advertentieafspraak met Musicon in verband met Kaderock. Dus vandaar nu. Gelijk na Kaderock.”

Dus toen besloot Gerard rigoureus alle kanalen dicht te doen. “Ja, want zo ben ik wel. Alles of niets. Niet een beetje half/half doorgaan. Het hing ook allemaal samen. Het was een soort kaartenhuis, bestaande uit die vier dingen. Bovendien heb ik de tijd ook gewoon wel nodig. Tijd die ik hierin stopte, kan ik ook voor andere klussen goed gebruiken. En ik dacht: het is in mei precies twintig jaar geleden dat ik ermee begon, het is een mooi moment om te stoppen. Ik hoef mij nergens voor te schamen.”

De dieptepunten
De afgelopen twintig jaar kende voor Gerard ook een aantal mindere momenten. “De grootste keerzijde van de medaille is dat mensen die tegen je praten - oké, dit heeft meerdere kanten - bang zijn dat het meteen op de website staat. Daar werd ik helemaal kniftig van. Je wordt vereenzelvigd met 'nieuws'. En ik heb met het Haags Pop Centrum en 3VOOR12 heel wat robbertjes uitgevochten; daar werd ik ook nooit heel vrolijk van.”

“Het dieptepunt is dat je een dreiging wordt voor anderen, voor andere instellingen, voor andere websites, voor andere festivals en soms ook voor bepaalde bands. Ik heb wel eens festivals kwaad aan de telefoon gehad, dat ik een bepaalde act al bekend had gemaakt. Of muzikanten die niet willen dat bekend wordt gemaakt dat bandleden uit de band zijn gestapt. Dat kon je overigens wel merken de laatste jaren; bands werden wat wijzer, wat slimmer. Je las dan nergens op hun website dat iemand uit de groep was gegaan. Dat werd pas duidelijk als er een vervanging was. Tsja, dan is het nieuws al zó oud. Daar werd je moe van [Gerard blaast erbij alsof hij er inderdaad fysiek moe van werd]. Dan is het niet meer leuk, vroeger ging het supermakkelijk en relaxter.”

Goede gesprekken
Wat gaat Gerard eigenlijk het meest missen van de afgelopen twintig jaar? “Ik kan weinig bedenken. Het leukste om te doen blijken de evenementen te zijn en dat gaat gewoon door. En het grote nieuws melden was leuk. Maar ook dat blijf ik doen. Net als elke andere Twitteraar zal ik soms een leuk nieuwtje hebben. Ik hoef niet meer “op jacht” op nieuws. Maar als het langskomt, zal ik het zeker melden. Wat ik wel echt ga missen is de goede gesprekken met sommige muzikanten. Ik bedoel dan de muzikanten die echt een idee hadden van waar ze mee bezig zijn en hoe ze dat willen bereiken. Door de radio had ik altijd een reden om daar naar te vragen. Daar heb ik veel van geleerd. Die muzikanten komen nu niet meer zo snel met me praten [Gerard lacht].”

Projecten voor de toekomst
Hoewel Gerard stopt met Haags Pop Podium, zijn er nog wel een flink aantal projecten waar hij mee verder gaat. “Nou ja, zoals gezegd gaat mijn werk voor de R.G. Ruijs Stichting gewoon door, dus ook het Bevrijdingsfestival Den Haag en Poëzie op Pootjes dat komende zaterdag wordt afgesloten in Theater de Regentes met onder andere Tim Akkerman en Lyricale Movement. Het Haags Zwingfestival komt er weer aan in augustus. Gelijk na zomer starten we weer met Talent Event voor jonge muzikanten. En eind van het jaar is er weer gewoon een Fonds 1818 Winnaarsfestival. Daarmee is het hele jaar vol. Maar ik zoek er nog wel iets bij. Dat kan ook iets heel anders zijn.”

Een hoop beginnende bandjes en muzikanten hebben bij Haags Pop Podium aangeklopt, maar er zijn ook nog een hoop andere kanalen voor promotie. “Ik denk dat veel bandjes zelf al via Twitter, MySpace, Facebook en hun eigen sites goed communiceren met hun achterban. Daar hebben ze die kritische journalisten helemaal niet voor nodig. Dat gaat vanzelf. Ik denk wel dat het steeds belangrijker is om het contact met je fanbase te onderhouden. Dat was altijd al zo, maar nu andere kanalen wegvallen, is het nog belangrijker. Maar er zijn nog genoeg radioprogramma's in de regio, zoals Stork on Air op Den Haag FM, de Westlandse Omroep Stichting en Radio Midvliet. Bij die zenders kun je altijd aankloppen. Niet dat je dan opeens heel veel luisteraars krijgt. Maar het is wel een goede mediatraining. Als je maar ervaring opdoet.”

Of er de komende tijd nog nieuwe projecten bij gaan komen, weet Gerard nog niet. “Tot en met mei volgend jaar zitten we vol, tot en met het Bevrijdingsfestival van 2012. Daarna is het stil tot het Bevrijdingsfestival in 2013. Misschien wordt het tijd voor nieuwe projecten, maar misschien ook niet. Kijk, er moet gewoon wel brood op de plank komen. Dat geldt voor jou, dat geldt voor mij. Er komt vanzelf weer iets.”

Tot slot
Heb je zelf nog iets toe te voegen? “Ik wil nog wel even toekomen op die vijandigheid vanuit het Haags Pop Centrum. Dat heeft me echt slecht gedaan. Het is maar twee procent van mijn frustraties hoor. Maar het heeft er wel mede voor gezorgd dat je op een punt komt dat je jezelf gaat afvragen of het nog wel de moeite waard is. Je zet je vrijwillig in voor de popscène en dat levert bij andere personen een soort negatieve houding op - dat is het allemaal niet waard! Ik heb daarover pittige discussies gehad met directeur Rob Vondracek van het HPC, die het trouwens altijd ontkend heeft. Maar ja, ik voelde het wel zo. Bij het afgelopen Bevrijdingsfestival hadden we bij de R.G. Ruijs Stichting erg het gevoel dat 3VOOR12 ons van tevoren bewust uit beeld hield en negeerde. Zeker in vergelijking met de aandacht die hun eigen festivals of die van bevriende organisatoren krijgen. Ik wist niet wat ik daarmee aan moest. Misschien dat het nu wat soepeler gaat? Ik hoop het. We zijn nu geen bedreiging meer. Dat mag je er van mij wel in zetten.”