Uitzinnige menigte voor De Jeugd van Tegenwoordig

Slick geoliede machine breekt Paard af

Leontine de Reede | Foto’s: Eefje Lammers ,

Het is lang geleden dat het Paard van Troje zo uit zijn voegen barstte. En dat komt niet op het conto van Sef, die er na een 20 minuten durend voorprogramma al mee ophield. Het museum werd volledig binnenste buiten gekeerd door het illustere viertal dat jaren geleden een dikke hit scoorde met de single ‘Watskeburt!?’, die door sommige popjournalisten werd opgehemeld als ‘verfrissend’, maar vooral tot schampere lachjes leidde bij azijnpissers die vonden dat muziek niets dan een serieuze zaak moest zijn.

Slick geoliede machine breekt Paard af

Het is lang geleden dat het Paard van Troje zo uit zijn voegen barstte. En dat komt niet op het conto van Sef, die er na een 20 minuten durend voorprogramma al mee ophield. Het museum werd volledig binnenste buiten gekeerd door het illustere viertal dat jaren geleden een dikke hit scoorde met de single ‘Watskeburt!?’, die door sommige popjournalisten werd opgehemeld als ‘verfrissend’, maar vooral tot schampere lachjes leidde bij azijnpissers die vonden dat muziek niets dan een serieuze zaak moest zijn.

‘De Machine’ snoerde korzelige sacherijnen de mond met een professionelere inzet, maar ‘De Lachende Derde’ doet daar nog eens een flinke schep bovenop. En als De Jeugd komt partyen, dan wil je daar bij zijn. Zo ook een uitzinnige menigte van iedereen tussen de veertien en vijfenveertig, van kakkers tot alto’s uit elke rang en stand. Waar De Jeugd op ‘De Machine’ repte over grote stappen “wij zijn zo professioneel”, zijn ze met het derde album gegroeid tot een slick geoliede machine op het podium. Maar gelukkig moet dat allemaal niet zo ingestudeerd en saai als het klinkt. De hele zaal verandert al bij het eerste nummer ‘Zo volwassen, zo beleefd’ in een dierentuin met het publiek als een horde uitgebroken beesten.

De beveiliging kijkt soms wat bezorgd naar de hysterische meute van tienertestosteron op de eerste rijen. Want het Paard is op hol. Van oude inkoppers als ‘Wopwopwop’, ‘Kerk’, ‘Watskeburt?!’, ‘Hollereer’ en ‘Buma in mijn zak’ tot nieuw werk, waaronder ‘Get Spanish’, ‘Hengel at a bitch’, ‘Sexy beesten’, ‘Huilend naar de club’, ‘Tante Lien’, ‘Aldiedingen’ en ‘Party:15’. Alles wordt meegezongen en de meute vervoert met veel plezier - en soms zelfs pure hysterie - de crowdsurfende eind twintigers naar de bar. Grote stralen bier worden vanaf de balkons over de zaal uitgestort. De Amsterdammers worden niet gespaard, maar ze lijken zich nog steeds goed te amuseren. Tot grote lol van het publiek kweelt Fur de ballad ‘I believe I can fly’ van R. Kelly, maar eigenlijk is er niets wat tegen zit op deze avond. Ieder nummer leidt tot nog meer gehos en De Jeugd zelf, met producer Bas Bron dit keer in een grotere rol (hij zingt), voert alles retestrak en met zichtbaar plezier uit.

Als iedereen na bijna twee uur doorweekt en doorgedraaid is, volgt er nog een laatste hoogtepunt met ‘Applaus’ en de aller, allerlaatste single ‘Sterrenstof’. Het dak gaat eraf en het gejuich is oorverdovend. In het puin dringen de jongere bezoekers nog eens extra hard naar voren om hun helden de hand te kunnen schudden. Het is ‘Party:15’ en de laatste kans om De Jeugd van Tegenwoordig te bedanken voor dit gedenkwaardige feestje.