Tijd voor de underdogs van de muziekscene; vuige metal, razende punkrock en knalharde metalcore waren de genres voor het onderdeel Hard in Zuid. Een leuke, alternatieve en geslaagde poging om harde, alternatieve muziek weer op de kaart te zetten. Alleen maar harde klereherrie dus, met namen als Drunktank, Tomorrow Ain’t Promised en Reborn, dat onlangs weer nieuw leven ingeblazen is. Daarnaast was er ook nog een uitgebreid programma in de Pip en in de O’Caseys.
Een bijzondere aanpak voor een bijzondere avond; de Kwibus pendelt tussen de drie Haagse locaties en is al van mijlenver te spotten. De hilarische en enthousiaste stewardessen hangen al in de deuropening van de bus, om toevallige passanten ook nog de bus in trachten te trekken. Eenmaal binnen gekomen worden direct de “no safety-rules” bekend gemaakt: er wordt gewoon stug gerookt, stug gedronken en kotszakjes zijn aanwezig, indien nodig. Reden genoeg voor enkele figuren om in de bus te blijven hangen, in plaats van daadwerkelijk nog wat livemuziek te gaan aanschouwen. Het Musicon opent de avond met de eerste band: Meet the Storm. De band toont veel energie en brengt een bak agressieve, vette metalcore voort. Het fanatisme van de band zou ervoor moeten zorgen dat het publiek opwarmt, maar helaas lijkt niemand onder de indruk en blijkt de arrogante uitstraling van de band totaal misplaatst. Merkwaardig genoeg lijkt het voor zanger Matt nodig te zijn het hele podium onder te rochelen en daardoor blijven mensen dus bewust buiten zijn bereik. Het is jammer dat een band met zoveel energie een avond moet openen, maar iemand moet de eerste zijn en ook Meet the Storm had zich daarbij neer moeten leggen. (RH)
De volgende stop is Bazart, waar het eigenlijk nog net zo rustig is als in Musicon, alwaar thrashmetalband Priapis de volgende helse band is. Het geluid staat loeihard en doet bijna pijn aan de oren, waardoor de muziek van de heren als een grote muur van geluid op de toehoorders afkomt. Invloeden als Slayer en (het vroegere werk van) Sepultura zijn duidelijk hoorbaar, al mist Priapis af en toe nog wel de sneer van dergelijke bands. De ranzige metal past echter perfect bij het donkere hol dat Bazart heet en het aanwezige publiek vindt het goed te versmaden. Gerochel lijkt overigens een centraal thema deze avond. (RH)
Tot nu toe laat de opkomst nog wel wat te wensen over, maar is de sfeer wel bijzonder goed. Zo getuige ook de lift die 3VOOR12 Den Haag fotograaf Ramond Jaggessar krijgt aangeboden. Hij mist op een seconde na de Kwibus, maar wordt door een vriendelijke metalhead achterop de scooter alsnog naar de locatie gebracht om zodoende toch nog op tijd aan te komen voor de tweede band die in Musicon geprogrammeerd staat: Aesthetic Malice - het volgende gezelschap uit regio Rotterdam. Aesthetic Malice brengt brute metalcore ten gehore, waarbij grunts en screams afgewisseld worden (wat is er trouwens gebeurt met metalbands die er ook nog uitzien als metalbands?). Zeker het tragere slepende werk en de afwisselingen tussen traag en uptempo gaat de formatie goed af. Wanneer zanger Dean heel dapper om een “circlepit” vraagt, lijkt dit iets teveel gevraagd: het publiek haalt meewarig haar schouders op en slobbert nog wat bier naar binnen. Het is een treffende omschrijving van de tendens die deze avond heerst: het publiek is zeker geïnteresseerd, maar het lijkt toch niet helemaal los te komen. (RH)
De laatste stop: het Haags Pop Centrum. Opvanghuis voor menig verloren zonen en dochters van de zwarte metalen en punk; daarom net als Bazart en Musicon een ideaal podium voor Hard in Zuid. Een vreemde eend in de bijt deze avond, is de tweede band Tomorrow Ain’t Promised. Niet de enige band met een zangeres tijdens Hard in Zuid, maar wel de enige die erop los grunt en screamt alsof haar leven er vanaf hangt. Het onstrakke drumwerk, de matige gitaarpartijen en de ongeïnspireerde houding van de band maken dat het optreden een eeuwigheid duurt, waarbij een hoop mensen naar de rookruimte afdruipen. Als tot slot ook nog een nummer van Lady Gaga wordt verkracht, mag voorzichtig geconcludeerd worden dat de band misschien nog helemaal niet klaar is om live te spelen. (RH)
Dan ineens lijkt het donkerder en drukker te worden in het HPC Muziekcafé, wanneer de heren van Reborn het podium opklimmen. Het eerste optreden met zanger Milan is weldra een feit en zal het publiek getuige zijn van de wederopstanding van deze Haagse melodieuze blackmetalband. De mannen razen door hun repertoire en bedienen daarmee de gretige luisteraars van keiharde, strakke black metal dat doet denken aan Dissection, het oude werk van Dimmu Borgir en een vleugje The Covenant (ten tijde van ‘In times before the light’). Een korte stop in het nummer nodigt het publiek gelijk uit tot schreeuwen om meer. De zanger heeft een brute, heldere stem en wordt regelmatig bijgevallen door drummer Marco en gitarist Martijn, dat zorgt voor een zwaar koor. Het is opvallend dat de twee gitaristen, Martijn en Sander, dezelfde (Les Paul) gitaar hebben, maar toch een heel ander geluid neerzetten. Het geheel zorgt in ieder geval voor een goed gevuld HPC, geïnteresseerd publiek en rondzwiepend haar. Eindelijk een metalband zoals die hoort te klinken én eruit hoort te zien. Als de laatste klanken wegebben uit het HPC, is een groep enthousiastelingen al mensen aan het charteren om zich richting Bazart te begeven voor de afterparty in Bazart. Daar gaat de feestvreugde nog enige tijd door, maar ja “whatever happens at the afterparty, stays at the afterparty”… (RH)
Het is een rare avond in O’Caseys. Terwijl er bovenin een receptie gaande is, spelen de bands beneden. Als eerste begint Appie Kim. Tilt The Head heeft wegens ziekte verstek laten gaan en twee uur voor aanvang zijn Natascha van Waardenburg en Henk Koorn opgetrommeld. Dat maakt Natascha meteen tot de een van de meest spelende muzikanten tijdens de Haagse PopWeek. Met Deze en Nondegreen heeft ze eerder deze week ook al opgetreden. Het is luidruchtig en onrustig in de zaak, mensen voorin lopen keihard en respectloos door de zang heen te schreeuwen, terwijl zij ook gitaar probeert te spelen. Henk begeleidt haar op een uitgedund drumstel met simpel drumwerk. Hij speelt echt op gevoel. De muziek is heel delicaat, als er dan nog zoveel moeite gedaan moet worden om erbovenuit te komen... Het is een hopeloze zaak en na drie nummers en wat flarden van nummers geeft het duo het op en gaan ze aan het bocht. Na afloop bleek de monitor ook niet aan te staan. (PT)
Even later is het de beurt aan The Bohemes. Ze gaan direct energiek van start en proberen ook om te gaan met het feit dat ze zichzelf niet helemaal goed kunnen horen. De gitaar staat vals en de vrolijk bedoelde Britpopliedjes komen niet helemaal uit de verf. Er wordt flink naast elkaar gespeeld en dat maakt het geheel nogal rommelig. Dat er twee een microfoon moeten delen, doet ook de zang niet veel goeds. Aan de andere kant is het ook goed om te zien dat de bandleden zich niet veel aantrekken van het geluid, er de volle honderd procent voor gaan en proberen er toch een feestje van te maken. Er wordt veel heen en weer gesprongen en de houten vloer schudt hevig mee. Tijdens het laatste nummer wordt de mondharmonica tevoorschijn getoverd. Er zouden meer nummers moeten zijn met dit instrument, dan klinkt het wat minder dertien in een dozijn. (PT)
Voor de tweede keer vindt Haagsch Tuig in de Pip plaats. Waar vorig jaar nog live bands op het podium stonden, zijn het nu de dj’s die de scepter zwaaien. Dubstep, techno en breakbeat met zware bassen uit de speakers. Tijd om meer aandacht te besteden aan deze ondergewaardeerde genres, moeten de organisatoren van de Haagse PopWeek gedacht hebben. Veel van de aanwezigen zijn geheel in stijl naar dit feestje toegekomen. ADO-shirts, panterprints en aussies schitteren onder de groen/gele vlaggen die aan het plafond hangen. Ook de dj’s hebben wat dat betreft goed hun best gedaan. Veel van hen dragen kleding met een verwijzing naar de residentie. Op het programma staan ondermeer Dirty Tim, Megatronic en Listoman. Als de zaal aardig gevuld is, staat Rät N FrikK op de bühne. Met geprojecteerde beelden van rellende groeperingen op de achtergrond, steelt rapper Eelco Proosdij (ex-R.A.T.) de show met een snelle flow en een excentriek rauwe stem. Het is vooral de combinatie van electronica en hiphop die deze act bijzonder maakt. Een feest van herkenning wordt het wanneer dj FrikK de theme song van Oh Oh Cherso inzet. Het past precies in het plaatje van de thematiek: Haagsch Tuig. Als Proosdij zijn laatste rhymes gespit heeft, draait dj FrikK nog vrolijk verder. Energiek springt hij op en neer achter zijn draaitafels. Extra lage bassen die heerlijk blijven doordreunen, pompt hij uit de speakers. Dit is energieke dubstep die bij elke nummer een extra dosis energie over de dansvloer doet neerdalen.
Van geheel andere huizen is DJ Illesta die de cd’s van Rät N FrikK omruilt voor vinyl. Vol verwachting kijkt het publiek toe hoe hij de eerste spins doet. Na de energie van de vorige man achter de draaitafels wil het publiek niets liever dan naar hartenlust verder dansen. Illesta draait een aardige set, maar kan de energie van zijn voorganger niet handhaven. Zijn nummers zijn wat meer laid back, niks mis mee, maar ze komen wellicht niet helemaal tot hun recht als even geleden nog absurd lage bassen door de oren van de toehoorders hebben gesuisd.