Vooral dankzij de optredens van Jurk! en George Kooijmans en Frank Carillo, is dit waarschijnlijk de drukst bezochte editie van het 5 Mei Festival. Maar er is vandaag meer goed nieuws voor het festival. Vanaf volgende jaar heeft Den Haag het veertiende officiële bevrijdingsfestival van Nederland (naast de twaalf provincies en Amsterdam), zo maakte Daniel de Swaan van het Nationaal Comité 4 en 5 mei ’s avonds bekend.
Het is lang wachten voordat de grote zaal van het Theater a/h Spui wordt vrijgegeven voor een optreden van de Woodstreet Bigband. Ruim een half uur later dan gepland is het dan eindelijk zover dat iedereen zit en het optreden kan beginnen. Het is één groot feest der herkenning wat deze formatie brengt. Onder begeleiding van een blazerssectie, een pianist, een bassist en een drummer brengen Mariska van der Krul en Ivo Meijer vele Haagse hits ten gehore. Er worden opvallend weinig bekende nummers van na 2000 gespeeld, ‘Bring down tomorrow’ van Di-Rect is wat dat betreft een uitzondering. Nee, het zijn vooral de liedjes die Den Haag muzikaal op de kaart hebben gezet in het verleden. Denk hierbij aan Sandy Coast, The Motions, Q65, Shocking Blue, Supersister en Golden Earring (waarvan zelfs twee nummers zijn opgenomen in het repertoire). Leuk om al die ‘oudjes’ in een jazzjasje te horen, waarbij er behoorlijk gesleuteld is aan de arrangementen. (TL)
Waar bij veel acts het geluid vanmiddag matig tot slecht staat afgesteld, lijkt er bij Moss geen vuiltje aan de lucht. Een vol geluid waarbij de bandleden bijna perfect op elkaar afgesteld staan. Dat in combinatie met prachtige popliedjes zorgt voor een indrukwekkend optreden op het Spuiplein. De mooie samenzang zorgt voor een bijna hypnotische toestand die je meesleept in de emoties van frontman Marien Dorleijn. Pareltjes als ‘I apologise’, ‘The comfort’ en ‘I like the chemistry’ wisselen elkaar in snel tempo af. We zijn blij dat we deze band de aankomende festivalperiode nog een aantal keren mogen verwelkomen op de regionale festivals. Topband! (RH)
Het indrukwekkende optreden van Moss kan door Planeur natuurlijk moeilijk overtroffen worden, maar de Nederlands/Turkse band maakt het wel heel bont. Er klopt werkelijk niets aan het optreden van zanger Serkan Modali, gitarist Onur Ataman en de drie ingehuurde muzikanten met Hagenaars Koen Herfst (Bagga Bownz) op drums en Martijn Niggebrugge (Rebelstar) op gitaar. Clichématige rocksongs, nul uitstraling, een verschrikkelijke sound en een slecht afgesteld geluid maken het optreden tot een regelrechte afgang. De gitaar van Niggebrugge staat nagenoeg uit, terwijl de gitaarversterker van Ataman, a la Spinal Tap, op standje 11 lijkt te staan. Zijn solo’s gaan door merg en been. Zanger Modali mist de uitstraling van een rockzanger en zingt alsof hij fonetisch uit een Turks woordenboek aan het oplezen is, de bassist aait over zijn snaren alsof hij een broodje pindakaas aan het smeren is en de rock ’n roll die ze ogenschijnlijk zo graag willen uitstralen, is heel ver te zoeken. (RH)
De verwachtingen van het optreden van George Kooijmans & Frank Carillo zijn hooggespannen. Als deze oorspronkelijk Hagenees weer in eigen stad optreedt kan hij rekenen op ‘ouwe’ aanhang. “Vanmiddag speelde we met VanVelzen.” verwijst Kooijmans naar het optreden in Zwolle. Het album ‘On Location’ staat centraal, maar ook materiaal van Kooijmans en Golden Carillo (het duo wat Frank begin jaren negentig vormde met actrice Annie Golden) komt langs. Echter is op een enkel nummer het allemaal wel erg basic. Nergens wordt er gespetterd of schiet de band uit zijn slof. Terwijl er drie doorgewinterde musici de heren ondersteunen; drummer Mark Stoop, bassist Ocki Klootwijk en Tijn Smit achter de toetsen. Hier moet meer inzitten dan wat de band het Spuiplein voorschotelt, tenslotte hebben we niet te maken met een amateurband. Een deel van het publiek vindt het wel aardig wat de Earring-gitarist en zijn Amerikaanse kameraad doen en er komt een toegift. Dit is ‘Mission imposible’ van de Golden Earring elpee ‘Cut’. Dit zorgt voor een klein beetje herkenbaarheid. (CJ)
April Darby heeft de eer om in de foyer van het Theater a/h Spui het laatste optreden aldaar te doen. We kennen de zangeres als winnares van Check MO, eerder dit jaar, waarmee zij dit optreden heeft verdiend. Met een ijzersterke begeleidingsband lijkt April zich als in een vis in het water te voelen. Uitgedost als een diva brengt ze nummers ten gehore die de potentie hebben om een groot publiek aan te spreken. Haar ‘opmerking’ tussendoor dat ze over een aantal maanden meedoet met American Idols, is wat dat betreft een bevestiging van haar kwaliteiten. De covers ‘I wish’ van Stevie Wonder en ‘Independent women’ van Destiny’s Child sluiten naadloos aan bij de rest van het gebrachte materiaal en bij laatstgenoemde song waagt een aantal meiden het om de voetjes van de vloer te gooien. Natuurlijk worden April en haar band na de slotsong teruggevraagd voor een toegift en ondanks dat er niet veel mensen getuige waren van dit optreden, kunnen ze misschien over een tijdje zeggen: “De winnares van American Idols heb ik nog in Den Haag zien optreden!” (TL)
Aan de Engelse ska-legende Bad Manners de eer om het festival af te sluiten. Van de oude samenstelling is alleen frontman Buster Bloodvessel nog over. Deze begin-vijftiger is duidelijk veel overgewicht kwijt geraakt en lijkt hiermee ook veel van zijn energie te zijn verloren. De optredens van Bad Manners waren energiek en buiten proporties, vanavond op het Spuiplein niet. Gaandeweg het optreden krijg je steeds meer de indruk naar een tweedehands bandje te kijken. Bloodvessel heeft een jong kwintet om zich heen geformeerd, die een uitgedunde versie van de jaren tachtig oerska voortbrengt. Met alleen een tong en een vrolijk jasje kom je er niet. De bekende klassiekers als ‘Lorraine’, ‘My girl Lollipop’ en ‘Lift up Fatty’ klinken als een schim uit het verleden. Het charisma en de oude power heeft de band thuis gelaten. Ook de uitvoering van ‘Can can’ tijdens de toegift voegt er niets meer aan toe. (CJ)