Moss bevestigt meedogenloze reputatie in So What

Alles in dienst van Het Perfecte Liedje

Marco Leeuwrik ,

Afgelopen vrijdag liet de Goudse Sociëteit So What weer zien waar het goed in is: het promoten van talent in ontwikkeling. Hoewel, ontwikkeling: dat lijkt voor een act als Moss misschien al wat achterhaald, gezien de feiten. Vijfde in de OOR-jaarlijst, exposure op 3VOOR12, De Wereld Draait Door en bij Giel Beelen: rumoer genoeg, maar de hype wordt dan ook meer dan waargemaakt.

Alles in dienst van Het Perfecte Liedje

Afgelopen vrijdag liet de Goudse Sociëteit So What weer zien waar het goed in is: het promoten van talent in ontwikkeling. Hoewel, ontwikkeling: dat lijkt voor een act als Moss misschien al wat achterhaald, gezien de feiten. Vijfde in de OOR-jaarlijst, exposure op 3VOOR12, De Wereld Draait Door en bij Giel Beelen: rumoer genoeg, maar de hype wordt dan ook meer dan waargemaakt.

Een bomvol So What bouwt eerst een klein feestje met supportact RedFruit. Zangeres Marloes van Son heeft genoeg kwaliteit, presence en eigenheid bij zich om een dik half uur een clubje hongerige muzikanten met verve aan te voeren. Ze zingt voluit, loepzuiver en kiest ook in haar zanglijnen bepaald niet voor doorsnee. Dat betaalt zich ook uit. Hoe bleu RedFruit zich ook op het podium presenteert, het neemt niet weg dat hier een band staat met voldoende potentie om ver te komen.

De nummers zijn doortimmerd, eigen en zeer herkenbaar. RedFruit zingt over kleine ergernissen, terloopse observaties en herkenbare gevoelens. Daarbij verliest de groep zich gelukkig niet in moeilijkdoenerij; er is genoeg kwaliteit in huis om arrangementen open, strak maar ook verrassend te houden. Uptempo nummers als ‘I know, you know’ en ‘Restaurant’ staan strategisch slim in de set. Het publiek geeft applaus en respons genoeg, en zelfs aan het verzoek om dichterbij het podium te komen, wordt door veel jongeren ruimhartig voldaan. Een welverdiend applaus voor een band die een heel eigen hand van repertoireschrijven koppelt aan een volkomen eerlijk soort innemendheid, zet de toon voor het vervolg van de avond.

Dat vervolg is niet mis. In de korte tijd van haar bestaan valt Moss eigenlijk alles ten deel wat een beginnende band zich kan wensen. Getekend worden door kwaliteitslabel Excelsior, media-exposure op plekken waar je van droomt, repertoire voor een uitgekiende, energieke set zonder daarbij de kans op improvisatie te verliezen, en genoeg mensen rond de band die zorgen voor bijvoorbeeld een perfecte geluidsmix, een uitgekiende podiumshow inclusief psychedelische projectie, en merchandise die zelfs voorziet in de verkoop van echte, ouderwetse LP’s.

Is Moss dan retro? Ja en nee. ‘Apparatos’, de opener van de show, zet de toon voor een dwingende maar bij vlagen ook buitengewoon swingende set. Zo kennen we er niet veel in Nederland. Al in het begin komt de single ‘I apologize’ voorbij, en dan dendert het via songs als ‘Brick moon’ en het breed uitwaaierende ‘Never be scared’ naar een meedogenloos einde. Meerstemmige vocalen en functioneel toetsengebruik zijn de slagroom op de taart. Zeker de nummers van het recente ‘Never Be Scared/Don’t Be A Hero’ zijn volkomen eigen, maar herinneren toch ook aan het melodieuze van bands als Echo & The Bunnymen. Oasis, The Beatles en het U2 van pakweg vijftien jaar terug.

Van epigonisme is echter geen sprake: elke kans, het publiek te laten zien dat Moss een slepende, zuigende en bij vlagen briljante set kan spelen, wordt gretig door de heren aangegrepen. Voorman Marien Dorleijn grossiert in uitwaaierende, bijna etherische intro’s, gevolgd door liedjes met kop en staart, met vaak meerstemmige vocalen en keiharde beats (‘See no evil’), vaak culminerend in zeer heftige apotheosen, waarin de band bewijst, de meerwaarde van liefst drie gitaristen maximaal uit te buiten. Alles staat echter in dienst van Het Perfecte Liedje. Daarvan hebben ze er gelukkig zat. Projectie geeft het geheel een psychedelisch tintje.

Blikvanger van de avond is de übercoole bassist Jasper Verhulst, Hij jaagt de bloedjefanatiek musicerende bandleden op tot grote hoogten met zijn loodzware grooves, vaak opgeleukt door frequent toegepaste tamboerijn- en sambabalaccentjes door de rest van de groep. Dit tot genoegen van een enthousiast publiek, dat nog geen twintig seconden nodig blijkt te hebben om Moss tot een verdiende toegift ‘Silent shout’ te bewegen. Voor de gelegenheid haalt Moss  een dwingende Bo Diddleybeat uit de kast, waarna So What tevreden huiswaarts keert. Wereldband.