De maandag van de Haagse PopWeek speelt zich traditiegetrouw af rondom de Grote Markt. In de VaVoom, Zèta, Zwarte Ruiter, September, SuperMarkt en Boterwaag waren onder andere optredens van Cooper, Organisms, Templo Diez, Johnny’s Landing, Stud Muffins, Gamila Collective en Fexet. Dat betekende veel heen en weer lopen tussen de verschillende kroegen om zoveel mogelijk acts mee te pakken.
De drie jonge honden van Fexet spelen vanavond als eerste in de SuperMarkt. Hun maffe outfits met dito zonnebrillen (à la Bee Gees in hun discoperiode) hebben een positief effect op het publiek. Misschien houd je niet van hun muziek, je blijft in ieder geval wel kijken! De veelal korte en tegelijkertijd melodieuze nummers zijn best catchy en doen een beetje denken aan de vroegere Green Day. Met een speciale vermelding voor de drummer, die een behoorlijk staaltje techniek in huis heeft. Alleen de aankondigingen van de nummers zijn wat onwennig, daar zou misschien nog aan gewerkt kunnen worden. (TL)
Vanavond in de VaVoom spelen de Stud Muffins een iets andere set dan dat we gewend zijn, en dat zij gewend zijn! Een akoestische set met zanger Ed op gitaar, begeleid door Jelmer op gitaar en tweede stem. Het publiek mag ook meedoen; een getal tussen de 1 en 14 brullen en het desbetreffende lied wordt gespeeld. Het zorgt voor een relaxte sfeer in de gezellig drukke VaVoom. “Voor ons is het ook een experiment!”, aldus Ed. De show wordt geopend met een cover van Jimi Hendrix, ‘Fire’ (“lied nummer 7!”), dat voor een lekker begin zorgt. Wat verderop in de set komt ook de cover ‘Hush’ van Kula Shaker voorbij, die de band bij de 90’s request op 3FM heeft gespeeld. Natuurlijk worden ook de bekende Stud Muffins songs uit de kast gehaald. ‘Tricks up my sleeve’ en Run for cover’ klinken ook in deze akoestische set prima. De bandleden ogen erg relaxed, ondanks het “Ik zweet als Ron Brandsteder” van Ed. De show wordt van begin tot eind goed ontvangen door het publiek, dat na afloop allemaal een gratis sticker en een praatje gaan halen bij de mannen. (SK)
Uit dezelfde leeftijdscategorie als de jongens van Fexet komen de leden van Moore. Nu het nieuwe er rondom deze band er een beetje af is - ondertussen hebben ze overal gespeeld en zijn ze dikwijls gerecenseerd - moeten ze proberen hun reputatie hoog te houden. Dat lukt vanavond maar gedeeltelijk. Niet dat ze slecht spelen, maar waar Fexet nog uitblonk in originaliteit, zo speelt Moore op de automatische piloot. De nummers hebben weinig melodieën en de zang is slecht verstaanbaar. Tegen het einde van hun show ontstaat er alsnog een pit en komt het optreden van Moore er met een mager zesje vanaf. Het geroep van ‘We want Moore’ zorgt ervoor dat ze nog wat extra songs spelen. (TL)
De eerste band in café September is Lunar. In januari presenteerden zij het album ‘Umfelt’, maar sindsdien is het angstvallig stil rondom de band. Ook staat de band maar af en toe op het podium, getuige de giglist op de website. Lunar beschikt over goed songmateriaal, goed in elkaar stekende poprock songs met pakkende melodieën en her en der aparte en interessante uitstapjes. Toch weet de band je niet echt bij de lurven te grijpen. Het is wel goed, maar het mist iets. Daarnaast worden er vanavond ook veel schoonheidsfoutjes gemaakt, voornamelijk van drummer Dennis Boxem, waardoor de set erg rommelig is. Geen overtuigend optreden. (RH)
Het is druk in de Zèta als The Ties aan het spelen zijn. Er is geen weg naar het podium meer vrij en de meeste mensen moeten daarom naar achterhoofden staren. Het is duidelijk dat de band in korte tijd een flinke naamsbekendheid heeft opgebouwd. De drie jonge bandleden, in het zwart/wit gekleed, hebben een frisse pop/rock sound met hier en daar een uitschieter in een punk jasje. Het ligt lekker in het gehoor en de combinatie van zang tussen man en vrouw (of jongen en meisje) zorgt voor dat extra beetje spanning die er goed bij past. Helaas is de communicatie met het publiek nog erg gering, maar dat lijkt voor het publiek echter niet veel uit te maken. Die blijven geïnteresseerd kijken naar de show. Een goede basis heeft de band al, nu nog die laatste puntjes op de i en dan is de band klaar voor een mooie toekomst. (SK)
De titel ‘verrassing van de dag’ kan toch wel aan het Gamila Collective toebedeeld worden. De formatie met leden van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag staat in het midden van de Boterwaag opgesteld. Twee grote tafels vol met laptops en elektronica, een drumstel ertussenin en links vooraan celliste/zangeres Yamila Ríos. Het eerst wat opvalt is dat het geluid ontzettend goed is in de Boterwaag, waar het normaal gesproken een enorme galmbak is. Dat alleen verdient al respect. De muziek van het Gamila Collective is een samensmelting van experimentele elektronische muziek en akoestische instrumenten (drums en cello). Knap hoe strak de drums op de elektronisch beat zit, hierdoor worden de beide disciplines goed samengebracht tot één geheel. Het volop aanwezige publiek zit rondom de formatie aandachtig te luisteren naar de soundscapes van het collectief. De aanwezigen beschouwen het Gamila Collective als luistermuziek, maar dansbaar is het eigenlijk ook. Een enkeling heeft dat door en staat dan ook lekker te bewegen. In december staat de formatie ook op State-X New Forms, ga daar zeker even heen. (RH)
Er zat eigenlijk een gat van een uur in het programma van de SuperMarkt vanavond. Maar om niet teveel bezoekers te verliezen werd besloten Coltrane eerder te laten spelen dan om half elf. Het jeugdige deel van het publiek eerder op de avond is inmiddels omgewisseld voor de volwassen muziekliefhebbers. De band speelt punkrock in de meest algemene zin van het woord. Hoewel het erg druk is, is er vooraan bij het podium een ‘leeg gat’ te bespeuren. Kennelijk ervaart het publiek toch een soort afstand naar Coltrane en dat is misschien ook wel te verklaren. De vier muzikanten spelen volledig in dienst van de muziek en frontman Djin zoekt ook niet echt contact met het publiek. (TL)
Na een soundcheck van ruim een uur is het in café September even na elven eindelijk de beurt aan Templo Diez. Het geluid is dan nog steeds niet goed. 'Vooruit dan maar, laten we maar beginnen', lijkt de band te denken. De frustratie van de soundcheck gaat vrij snel over in geconcentreerd spel. Ondanks de geluidsproblemen laat Templo Diez horen waarom zij met hun album ‘Merced’ zijn genomineerd voor de Haagse Popprijs voor beste cd. De donkere trage en soms verstilde soundscapes komen helaas door het vele gepraat vaak niet tot zijn recht, en dat is jammer. De muziek leent zich er namelijk helemaal voor om heerlijk bij weg te dromen, maar steeds wordt je door het gekakel grof uit die droom weggerukt. Op een gegeven moment lijkt zanger Pascal Hallibert middels een vrij luid en rockend nummer het publiek tot zwijgen te manen, tevergeefs. Aan de muziek lag het vanavond niet, maar het geluid en de locatie bleken geen gelukkige keuze. (RK)
Bij de rockband Crown Electric Company is het een stuk rustiger dan bij The Ties. De mannen spelen een set waarbij het tempo lekker hoog ligt. Vooral het drumwerk valt op, de drummer beukt er flink op los. De ruige gitaren maken het rockplaatje compleet. Het geluid is helaas niet heel goed. De zang valt vaak weg in een muur van geluid en is dus vaak niet tot slecht te verstaan. Zodoende vallen de verhoudingen een beetje uit balans en mis je de nuance die prettig is bij zoveel ‘herrie’. Erg jammer, want de liedjes zitten muzikaal goed in elkaar en de mannen brengen veel energie over met hun sound. Nu is het wachten op een herkansing, in een zaal met goed geluid waar de liedjes veel beter tot hun recht kunnen komen. Ondertussen waardeert het publiek wat de band laat horen. Als ze na bijna een half uur zeggen dat ze nog tijd hebben voor drie liedjes, wordt dat enthousiast ontvangen. Eind goed al goed. (SK)
The Future Dead is één van de bands die meedoet aan de uitwisseling tussen Gent en Den Haag. De andere band, Moony, speelt aanstaande donderdag in De Paap. Een goed initiatief van de Haagse PopWeek, en we zijn dan ook benieuwd welke Haagse bands er naar Gent zullen afreizen. De vijf heren valt geen valse pretenties te verwijten, want de band speelt heerlijke ongecompliceerde kwaliteitspopliedjes met catchy refreinen. De zang van frontman Pieter Desmyter heeft een zelfde soort droogheid als Jimmy Pop Ali van The Bloodhound Gang, maar dat is dan ook de enige vergelijking met de Amerikaanse band. Weinig bijzonders eigenlijk bij The Future Dead. Gewoon een vermakelijk optreden met leuke liedjes. Niets meer, niets minder. (RH)
Slotact in de SuperMarkt is de Haagse punkband Cooper. Deze in 1992 opgerichte formatie heeft de energie van een net beginnend bandje en dat siert ze. De drie heren weten middels korte, snelle en retestrakke nummers het publiek in korte tijd aan zich te binden. Bovendien staat hun optreden ook nog eens in het teken van de uitgave van hun vijfde cd ‘Right Now!’. Net als bij Moore eerder op de avond ontstaat er ook hier een pit. Enige minpunt van Cooper is dat de songs wel een beetje op elkaar lijken. Maar ja, als je van pretpunk met meerstemmige zangpartijen houdt, zit je bij hen goed. Als de band het podium verlaat, worden ze (uiteraard) teruggeroepen. (TL)
De afsluiter in de Zèta is de band MacAlistair. De drukte is weer teruggekeerd in het café en er wordt meteen al flink gedanst op de geluiden van de band. Het is een opvallende keuze om MacAlistair te programmeren tussen al het rockgeweld. Het publiek lijkt de afwisseling wel te waarderen. Met een biertje in de ene hand en de andere hand in de lucht gaat het er lekker swingend aan toe. De sound van MacAlistair is niet in een vakje te stoppen. De melodieën en refreinen zijn erg poppy, hier en daar bevatten de liedjes enkele discoachtige ritmes en de vocalen van de twee zangeressen lopen als een soepele draad door alle stijlen heen. Een leuke en verassende afsluiter voor de maandagavond in de Zèta, waar nog lang werd gedanst. (SK)
Vijf kwartier na de geplande aanvangstijd begint Johnny's Landing ruim na middernacht met het nieuwe nummer ‘Great expectations’. Een wat moeilijk en ingewikkeld nummer waarmee je niet direct veel luisteraars aan je bindt. Het is wel duidelijk dat ze het alle drie direct goed naar hun zin hebben. Johnny's Landing is een tijd uit de running geweest omdat zangeres Dominique van Dijkhuizen een jaar in London heeft gestudeerd. Afgelopen zomer kwam ze terug en sinds enkele weken is hun derde, wederom naamloze, EP uit. Op de afgelopen club 3VOOR12 Den Haag mochten zij openen en nu sluiten zij de avond in café September af. Het is gezellig druk en de liedjes komen in deze setting erg goed tot hun recht. De nummers worden goed opgebouwd en bevatten spannende onverwachte wendingen en tempowisselingen. Zangeres Dominique is zeer spraakzaam en vraagt voor de Beatles-cover ‘You can’t do that’ haar broertje Kees op het podium. Hij speelt koebel en zingt mee, net als de overige bandleden. Even later komt er, met het prachtige als een slaapliedje beginnende nummer ‘The end’, een einde aan een mooi optreden, pas het tweede optreden van Johnny’s Landing sinds lange tijd. (RK)
Het is inmiddels middernacht geweest, wat betekent dat veel mensen de weg naar huis hebben genomen om de volgende dag weer vroeg aan het werk te gaan. Voor de echte liefhebber houdt het in ieder geval nog niet op. De laatste act van de avond is de nieuwe formatie Organisms, de Haagse ‘superband’ met leden die hun sporen hebben verdiend in bands als Spider Rico, Incense, Fine China Superbone, Feverdream en Low Point Drains. Keiharde, retestrakke noiserock is het wat er uit de speakers knalt. Het publiek heeft nog wel zin in een afsluitend feestje en springt er lustig op los. De energie spat van het podium af, al gaat de band wel wat minder los dan we van ze gewend zijn. Toch gaat het nog behoorlijk ‘over the top’, zoals het eigenlijk hoort bij deze muziekstroming. De EP ‘Hot Hands’ is onlangs op vinyl uitgebracht bij het Haagse label Motorwolf en de zeer mooi ogende plaat wordt vanavond goed verkocht. Een goede afsluiter van een zeer geslaagde PopWeek-maandag. (RH)