Patrick Watson varieert, experimenteert en verbaast Paard

Johnny’s Landing is erg braaf en zonder turbulentie

Jesper Davits, ,

Wat krijg je als je een klassiek geschoolde zanger/pianist, een geschoolde jazzdrummer, een geschoolde funkbassist en herrie makende rockgitarist in één band zet? Een overheerlijke cocktail van al die invloeden in een onvergetelijk, experimenteel jasje. Oh ja er was ook nog een voorprogramma in de gedaante van de lokale indierockformatie Johnny’s Landing.

Johnny’s Landing is erg braaf en zonder turbulentie

Wat krijg je als je een klassiek geschoolde zanger/pianist, een geschoolde jazzdrummer, een geschoolde funkbassist en herrie makende rockgitarist in één band zet? Een overheerlijke cocktail van al die invloeden in een onvergetelijk, experimenteel jasje. Oh ja er was ook nog een voorprogramma in de gedaante van de lokale indierockformatie Johnny’s Landing. Bij aankomst in Paard is het rustig, heel erg rustig. De hangers van de garderobe zijn nog niet voor een kwart gevuld en het bovenste balkon in de zaal is zelfs helemaal gesloten. Best vreemd als je weet dat ticketservice.nl één dag nadat de voorverkoop begon al aangaf dat er nog maar een beperkt aantal kaarten verkrijgbaar waren. Wellicht zijn het de naweeën van Pinkpop, waar singer-songwriter Patrick Watson en zijn fenomenale ritmesectie de dag ervoor speelden. Van vermoeidheid is bij Patrick Watson niks te merken. Zij geven een gevarieerd optreden, waarbij het publiek aan de voeten ligt en wordt beloond met twee toegiften. De ondankbare taak is aan de lokale band Johnny’s Landing om het publiek een beetje in de stemming te krijgen. Johnny’s Landing Daar sta je dan als lokaal trio te spelen voor een rumoerige zaal met mensen die langzaam binnendruppelen en nog snel een biertje bestellen voordat Patrick Watson begint. Een van die mensen is overigens Patrick Watson zelf die heel relaxt van achter de PA toekijkt en ziet dat het allemaal wel aardig is. Het trio speelt een uitermate strakke mix van indierock met wat uitstapjes naar blues en rockabilly, waarbij de stem van zangeres Dominique lekker weg luistert. Haar stem is mierzoet en doet erg denken aan die van Gwen Stefani, je weet wel die nu-wigger die ooit eens in een bandje speelde genaamd No Doubt. Al met al geven de uitstapjes en zangstem de nummers net dat beetje extra. Oké, de oren horen dat het in orde is, maar het oog wil ook wat. Dat is precies wat er aan dit optreden schort. Wellicht zijn het de zenuwen, maar de band staat behoorlijk statisch op het podium. Vooral de zangeres lijkt aan de één vierkante meter rondom haar microfoon voldoende te hebben. Daarbij straalt ze ook niet echt uit er heel veel zin in te hebben. Ach laten we het er maar op houden dat het de zenuwen zijn. Toch voelt Johnny’s Landing daardoor wel als een landing met een Martinair vliegtuig: erg veilig en zonder turbulentie. Patrick Watson Bij het optreden van Patrick Watson is het niet veel drukker geworden. “We’ve played more in Holland, than our own country”, zegt de Canadese singer-songwriter. Misschien is dat ook wel de reden waarom het op deze broeierige maandagavond redelijk rustig is in het Paard. Patrick Watson heeft in drie maanden tijd al vier keer Nederland aangedaan. Deze ondergetekende zag hem in die tijd drie keer en kan vertellen dat het alle keren een totaal ander optreden was. Zo ook vanavond. Niks geen setlist en als Watson en band die wel gebruiken, houden ze zich daar toch niet aan. Het enige wat altijd vast staat bij een Patrick Watson optreden is de opener. Het prachtige ‘Close to paradise’, dat halverwege al over gaat naar een nieuw nummer. Die overigens veel worden gespeeld vanavond. Na inmiddels vier luisterbeurten mag gezegd worden dat deze bijzonder veelbelovend klinken. Even vertrouwd, maar iets meer experimenteel. Een beetje zoals Radiohead ten tijde van ‘Kid A’ zeg maar. Op zich kan dat ook een illusie zijn, want een Patrick Watson optreden staat nu eenmaal bol van (functioneel) geëxperimenteer. Zo ook vanavond weer. Veel nummers van ‘Close to paradise’ worden in een gehaktmolen gestopt, vermalen, om er vervolgens overheerlijk, maar voor de doorsnee bezoeker moeilijk verteerbaar uit te komen. Dat bleek wel de dag ervoor op Pinkpop, waarbij het geïmproviseerde gefreak niet voor iedere doorsnee festivalganger leek te zijn weggelegd en zorgde voor een lauwe respons. In het Paard is dat wel een ander verhaal. De intimiteit en het juiste publiek zorgen voor een fantastische chemie tussen band en publiek. Watson en kornuiten laten het publiek ademloos toekijken naar hun muzikale genialiteit en onderlinge interactie waar je in wordt meegezogen. Normaliter is Watson niet vies van een babbeltje, maar vanavond houdt hij het tempo er lekker in. Tijdens ‘Weight of the world’ krijgt het publiek een unieke verrassing in de vorm van de flugel-trompetist van Voicst, die een paar nummers mee komt spelen. Zij kennen elkaar nog van de afgelopen tour, waarbij Voicst akoestisch het voorprogramma verzorgde. Tussen alle experimenteerdrift door weet Patrick Watson ook goed wanneer hij gas terug moet nemen, door prachtige sobere versies te spelen van nummers als ‘The storm’ en ‘The great escape’. Het hoogtepunt van de avond komt net voor de toegift, wanneer de gehele band midden in de zaal het prachtige ‘Man under the sea’ onversterkt ten gehore brengt. Hoe dicht bij een band kun je staan? Daarna laten Watson en co. de zaal verbijsterd, perplex en ademloos achter om vervolgens nog twee (!) toegiften te spelen. De laatste toegift is wel heel bijzonder. Het publiek mag zelf een songtitel bedenken (dat uiteindelijk ‘Summer slept’ wordt) waar de band ter plekke, totaal geïmproviseerd een nummer van maakt. Daarna is de koek dan toch echt op. Deze ondergetekende heeft uit betrouwbare bron vernomen dat Watson in oktober Nederland weer aandoet, ter promotie van zijn nieuwe cd, die zij deze week op gaan nemen in Frankrijk. Na vier keer Patrick Watson kruis ik de dagen alweer af tot oktober om de meest briljante singer-songwriter formatie van dit moment voor de vijfde keer te gaan bekijken!