Interview: Melle de Boer over John Dear Mowing Club

Naamswijziging houdt nieuwe, frisse start in

Tekst en foto's: Tino van Leeuwen, ,

In een miniem zijstraatje van de Herenstraat in Rijswijk is het atelier van Melle de Boer (35) gevestigd, waar ik ontvangen word om te praten over nieuwe muzikale ontwikkelingen rondom zijn persoon.

Naamswijziging houdt nieuwe, frisse start in

In een miniem zijstraatje van de Herenstraat in Rijswijk is het atelier van Melle de Boer (35) gevestigd, waar ik ontvangen word om te praten over nieuwe muzikale ontwikkelingen rondom zijn persoon. Zoals sommigen van jullie het waarschijnlijk niet ontgaan is, bestaat Smutfish officieel niet meer. De nieuwe groepsnaam is John Dear Mowing Club, naast Melle de Boer (zanger/gitarist) bestaande uit de volgende bandleden: Dick Zuilhof (gitarist), Rob Lagendijk (bassist) en Sean de Vries (drummer/organist). Melle gaat mij voor op de trap naar boven, die leidt naar de zolder, waar ik – onder het genot van een zwaar biertje – het interview begin. Ik vraag Melle of ik hij de nieuwe cd wil draaien. Na flink aandringen stemt hij in met mijn verzoek en krijg ik fragmenten te horen van het onlangs verschenen titelloze debuutalbum van John Dear Mowing Club. Melle vertelt dat de songs zijn opgenomen in een studio in Frankfurt waar tevens hun platenmaatschappij gevestigd is. Ik vraag wanneer hij zijn eerste stappen op muzikaal gebied zette. Melle: “Ik ben opgegroeid met een vader die liedjes van o.a. Leonard Cohen speelde. Op twaalfjarige leeftijd leerde ik mijn eerste akkoorden spelen op gitaar. Tussendoor heb ik overigens veel naar hard-rock geluisterd. Mijn grote held was Yngwie Malmsteen.” De eerste echte band die Melle oprichtte was MT Feet, waarmee hij een demo opnam in de Sahara-studio van Henk Koorn. De band bestond uit vier personen. In 2002 riep hij Smutfish in het leven. Achteraf gezien vond hij de naam niet zo goed en vijf jaar later werd het dus John Dear Mowing Club, wat symbolisch gezien een nieuwe, frisse start inhield. “Maar,” zo vertelt Melle, “aan de andere kant was de naam Smutfish misschien toch iets bekender dan ik aanvankelijk dacht. Ik keek laatst in het register van OOR’s Popencyclopedie en kwam daar Smutfish tegen.” Over de naamswijziging vertelt hij verder: “Het werd gelijk opgepikt door de landelijke 3voor12-site, terwijl we veel minder aandacht kregen vanuit de Haagse scene.” Hoe ziet Melle de band in de toekomst? “We willen niet alleen maar in de landelijke clubs spelen. Dat hebben we al eens gedaan. We willen op plekken optreden waar je normaal nooit komt. Dat is spannend. Qua geld levert het trouwens niet veel op.” Melle heeft onlangs getourd met Daniel Johnston. “Dat was nog onder de naam Smutfish. We hebben in zijn voorprogramma gestaan en hem tevens begeleid.” Dat is dus bepaald niet slecht voor een band die in de eigen regio niet enorm bekend is. Ik ben benieuwd naar de totstandkoming van de teksten. Hoe werkt dat bij Melle? “Liedjes schrijven doe ik aan de hand van eigen ervaringen. Bijvoorbeeld na een ruzie, waarbij ik dan mijn woede vertaal in een tekst.” Een steeds terugkerend thema in zijn teksten is onmacht, met een vleugje relativering. Melle: “Het moet niet erger worden. Er moet iets van hoop inzitten.” Ik ben benieuwd wat hij van een band als All Missing Pieces vindt, toch wel de grootste hype van Den Haag in 2007. “De aandacht die ze krijgen, is vooral te wijten aan het feit dat ze zo jong zijn. Als ze niet zo jong waren, had er niemand naar omgekeken. Wat overigens niet wil zeggen dat ik ze slecht vind, hoor.” Is er nog iets dat je graag wilt delen met de lezers van dit interview? “Ja, ik wens de lezers bij deze een gelukkig 2008.” Wie John Dear Mowing Club live wil zien spelen, moet beslist 31 januari naar café de Zwarte Ruiter komen. De vier heren zullen daar hun repertoire ten gehore brengen. Volgens Melle is het een ‘post-natale’ cd-presentatie. Als ik hem vraag waarom hij die term gebruikt, wil hij er niets over kwijt. Ach ja, het belangrijkste is toch dat het Haagse publiek de band kan zien. Dus hier laten we het dan ook bij.