Column: ‘Rob & Roll’ (3)

De jaarlijkse opstanding

Rob Vondracek, ,

Jaaaaaa hoor! Daar is ie weer. Zo hoor je een jaar niets van deze persoon en ineens is hij er weer, deze aardige, introverte en stille man. Uit de krochten van een onbekend plaatsje ergens in Nederland om te verschijnen in de vorm van een programma. Jawel, het programma van het grootste gratis toegankelijke popfestival van Europa. Ons onvolprezen unieke en altijd verrassende Parkpop. Het komt er weer aan en voor je het weet is het weer voorbij, die laatste zondag van juni. Oké, we krijgen een mooi voorgerecht dit jaar op de Grote Markt en zelfs een Kinderparkpop. Maar het gaat over die laatste zondag van juni.

De jaarlijkse opstanding

Jaaaaaa hoor! Daar is ie weer. Zo hoor je een jaar niets van deze persoon en ineens is hij er weer, deze aardige, introverte en stille man. Uit de krochten van een onbekend plaatsje ergens in Nederland om te verschijnen in de vorm van een programma. Jawel, het programma van het grootste gratis toegankelijke popfestival van Europa. Ons onvolprezen unieke en altijd verrassende Parkpop. Het komt er weer aan en voor je het weet is het weer voorbij, die laatste zondag van juni. Oké, we krijgen een mooi voorgerecht dit jaar op de Grote Markt en zelfs een Kinderparkpop. Maar het gaat over die laatste zondag van juni. Wie is deze ietwat geheimzinnige man, die verantwoordelijk is voor het programma van het grootste gratis openlucht popfestival van Europa? Het is Ben van Vueren! De broer van de helaas te vroeg gestorven John van Vueren, oprichter van het illustere boekingskantoor Rock In Waterland, die Parkpop tot 1996 programmeerde. Daarna nam Ben het over met verve en durf. Hij boekt de meest onmogelijke acts, die op eerste gezicht niet op een popfestival thuis horen. Herinner je je Marco Borsato nog, waarop de gehele meute aan Sjonnie’s en Anita's uit Zuid-Holland op het Zuiderpark af stierden? Het zette wel de trend, want de “classic” programmering van Parkpop wordt nu bijna overal geprogrammeerd. Dit jaar zit er weer zo één bij, Kim Wilde. Wat moeten we met die tante? Heeft die niet haar tijd gehad, of zit er toch nog wat in het verschiet, zoals bij Blondie destijds. Om van de X-Stage nog maar te zwijgen, een gouden zet, helemaal van deze tijd. Maar je ziet hem nooit, die Ben van Vueren. Niet in de kroeg, niet in de zalen, niet tijdens festivals, niet in de Haagse popscene waar iedereen elkaar kent. Ja, backstage bij Parkpop. Ietwat schuchter, in zichzelf gekeerd. Ongetwijfeld gespannen over hoe het zal verlopen dit jaar. De aanblik backstage van die twee enorme podia (dit jaar drie). Een ongekend fascinerend circus met vrachtwagens, tenten, portocabins en heel belangrijke figuren in de VIP tenten. En een enorme mensenzee! Soms wel driehonderdduizend groot. Wat is dat toch met Parkpop? Ieder jaar denk je van het programma, dat valt tegen, er is geen bal aan. En als je dan thuis komt heb je een fantastische dag gehad. Of het nu regent of dertig graden is. Voor ieder wat wils in de programmering. Het is breed, maar zeker niet risicoloos, soms legendarisch, soms absolute missers. Die geur van gras, bier, patat, de diesel van de aggregaat, een kopje koffie uit een papieren beker, de continue dreun van de enorme geluidsinstallatie, ik zou het voor geen goud willen missen! En de dag na Parkpop is Ben alweer verdwenen. Om te belanden in een betrekkelijke vergetelheid om het jaar daarop weer zijn ding te doen, Parkpop 2008.