Verslag KoninginneNach 2007: Plaats

Blues en rock ’n roll en bluegrass

Met het Binnenhof op de achtergrond is het podium op de Plaats het toneel voor de meer blues en rock’n roll georiënteerde acts. Cuban Heels, Th’ Legendary Shack*Shakers, James Hunter en Hayseed Dixie staan hier op het programma. Hayseed Dixie is met de goede mix tussen covers en eigen repertoire de perfecte afsluiter op het Haag Wonen podium.

Blues en rock ’n roll en bluegrass

Tekst: Rik ’t Jong (Th’ Legendary Shack*Shakers) en Lilian van Dijk (Cuban Heels, James Hunter, Hayseed Dixie) Foto’s: Lilian van Dijk Met het Binnenhof op de achtergrond is het podium op de Plaats het toneel voor de meer blues en rock’n roll georiënteerde acts. Cuban Heels, Th’ Legendary Shack*Shakers, James Hunter en Hayseed Dixie staan hier op het programma. Hayseed Dixie is met de goede mix tussen covers en eigen repertoire de perfecte afsluiter op het Haag Wonen podium. Cuban Heels geeft de kick off op de Plaats. Een bluesband van het betere soort, zoals je er vele in Nederland hebt, want bij ons leeft de blues voort, zeker weten. De band begint met een stevige, instrumentale intro met een glansrol voor de gitarist. Al snel heeft zich een flinke menigte voor het podium verzameld. Voorop de grootste Haagse bluesfanaten, die je elke donderdag in Lokaal Vredebreuk treft, het blueshol bij uitstek. De man met de mondharmonica steelt de show. Het lijkt wel of hij op een cursus limbodansen heeft gezeten. Hij buigt zich zo ver achterover, dat je bang bent dat hij in tweeën zal knappen. De band speelt voornamelijk up-tempo nummers, met hier en daar een rustiger afwisseling. Een typische festivalband. Leuk om naar te kijken, en met voldoende show om het gebrek aan echt sterk repertoire te compenseren. “Het is allemaal een beetje meer van hetzelfde”, moppert één van Den Haags grootste blueskenners. “Ik vind er niks aan, maar mijn vrienden staan wel te genieten.” Als de band stopt, neemt dj Marco Veres het over. Hij draait goed in de verschillende stijlen die we de rest van de avond mogen beleven. De band met het hoogste rock-’n-roll gehalte van deze KoninginneNach is zeer waarschijnlijk Th’ Legendary Shack*Shakers. Afkomstig van de bakermat Nashville, Tennessee speelt het kwartet een mix van alternatieve rockabilly, punky blues en country rock. Alsof de duivel ze op de hielen zit, bespelen ze begenadigd het podium aan de Plaats. De toeschouwers weten de energie en speelplezier van de groep, aangevoerd door een rondvliegende getatoeëerde zanger, te waarderen en reageert enthousiast op de korte en krachtige songs. Gestuwd door stevige drums en een bonkende contrabas en aangevuld met mondharmonica, werkt de band zich bevlogen door hun set heen. Zonder vermoeid te raken blijft de frontman het publiek opzwepen en entertainen. Na een half uurtje is de trukendoos echter wel zo’n beetje leeg en wordt de show ietwat eenvormig, maar door de drive en energieke performance blijft de band overeind. Uiteindelijk weet stalmeester René Bom de groep nog tot een toegift te verleiden en kan Den Haag nog één keertje haar liefde voor rock-’n-roll laten blijken. James Hunter begint met een verontschuldiging: “Wij spelen andere muziek dan jullie tot nu toe hebben gehoord.” Hij en zijn band nemen ons terug naar de jaren vijftig en zestig. Niet met covers, maar zelfgeschreven repertoire dat perfect in die periode past, maar toch tijdloos is, omdat het erg breed is en van allerlei stromingen iets meepikt. Als je stem vergeleken wordt met die van James Cook, is dat wel een hele eer. Om maar niet te spreken van het enthousiasme van Van Morrison, die na een concert van deze man te hebben bezocht hem meevroeg als voorprogramma op zijn eigen tour. Maar niet alleen James is een goede zanger en muzikant. De saxofonisten zijn ook niet mis. De ene solo na de andere rolt schijnbaar moeiteloos uit hun instrumenten. James zweept het publiek op. “Hebben jullie zin in dansen? Dit is je kans!” Zijn toehoorders hopsen met een tevreden blik in hun ogen mee op de maat. De band swingt de pan uit. Toch had het weinig gescheeld of de mannen hadden zonder bassist moeten optreden. James bedankt Th’ Legendary Shack*Shakers bassist, die zijn contrabas ter beschikking stelde. Hayseed Dixie heeft vanaf de eerste noot het publiek mee. Zodra de vier mannen het podium op denderen, is het feest. Hier staat een geroutineerd gezelschap. Ook al woont zanger Barley Scotch in Engeland en de rest in de States, het maakt niets uit. “We spelen zo’n tweehonderd keer per jaar. Voordat we gaan touren, nemen we in een week tijd een nieuwe cd op. We repeteren hooguit een dag of twee, dan zit alles er weer in.” Het optreden is een mooie mix van eigen repertoire en covers als ‘Ace of spades’, ‘Fat bottom girls’, ‘Down down’ en ‘Highway to hell’. Niet in de oorspronkelijke uitvoering, maar in zuivere bluegrass stijl. Deze vier mannen hebben geen drummer nodig. Ze spelen superstrak. Scotch wisselt viool en gitaar af. Zijn drie bandleden excelleren op mandoline, banjo, elektrisch-akoestische bas en gitaar. Vierstemmig zingen kunnen ze ook als de beste. Het meest vreemde nummer dat voorbij komt is ‘I’m keeping your poop in a jar’. Je ruikt het bijna! Een ander nummer gaat over Barley’s opa. “The meanest man I ever met, but he made a great corn whisky.” Hayseed Dixie is de perfecte afsluiter voor de Plaats.