Kelly Joe Phelps & Sarah Harmer

Een intieme avond in het Paard van Troje

Tekst: Ingmar Spaaij / Foto's: Nicky Hustinx, ,

Na twee dagen eerder de Paradiso te hebben aangedaan betraden de Amerikaanse gitaarvirtuoos Kelly Joe Phelps en de Canadese Sarah Harmer afgelopen zaterdagavond het podium in de kleine zaal van het Paard van Troje. Een intieme avond in het kader van de driedaagse Americana marathon in het Paard.

Een intieme avond in het Paard van Troje

Na twee dagen eerder de Paradiso te hebben aangedaan betraden de Amerikaanse gitaarvirtuoos Kelly Joe Phelps en de Canadese Sarah Harmer afgelopen zaterdagavond het podium in de kleine zaal van het Paard van Troje. Een intieme avond in het kader van de driedaagse Americana marathon in het Paard. Waar de Canadese singer/songwriter Sarah Harmer al enkele jaren geldt als één van de lievelingetjes van de 'serieuze' Amerikaanse muziekpers, laat het grote publiek zich slechts aarzelend stukje bij beetje door haar veroveren. In 1994 begon Sarah haar muziek carrière als zangeres/gitariste van de Canadese alternatieve rockband Weeping Tile. Sinds het uitbrengen van haar solodebuut You Were Here, dat in zowel Time Magazine als the Rolling Stone werd bestempeld als één van de beste albums van 2000, ontwikkelde Sarah zich tot een groot talent in het schrijven van 'kleine', akoestische en intieme liedjes. I'm A Mountain, de opvolger van het met een JUNO award bekroonde album All Of Our Names, bracht Sarah Harmer deze herfst naar Nederland. Het is ongeveer half negen wanneer Sarah Harmer en Dobro speler Chris Bartosh het Haagse podium betreden. Het duo brengt een half uur durende, sfeervolle mix van bluegrass en country waarbij de loepzuivere stem van Sarah een betoverende werking op het publiek lijkt te hebben. De hoge noten van ‘Oleander’ (aangekondigd met de woorden “This song’s for a plant…”) worden feilloos gehaald. Andere songs van het laatste album, waaronder het dromerig gezongen ‘I Am Aglow’ en het Franstalige ‘Salamandre’, worden sterk en overtuigend neergezet. Leuke anekdote is dat ‘Salamandre’ in gebrekkig Frans wordt aangekondigd waarbij de Canadese zangeres het Nederlandse publiek om hulp vraagt. Een symptoom van tourmadness? Opvallend is het melodieuze spel van Chris, dat een belangrijke maar dienende rol vervult in het geheel. Slechts enkele keren vervalt hij in de meer 'standaard' bluegrass loopjes wat opmerkelijk genoemd mag worden bij het spelen op een dergelijk, traditioneel, instrument. In combinatie met het gitaarspel en de stem van Sarah (en wellicht de soms iets té aanwezige galm in de zaal) lukt het de twee muzikanten om met een breed geluid de zaal moeiteloos te vullen. Het door zacht blauw/groen licht omgeven Going Out ("Our lives don't end, going out to be brought back again.") brengt een einde aan een statisch ogende maar zeer dynamisch klinkende set. Na een half uur pauze is het dan eindelijk de beurt aan de Amerikaanse songwriter Kelly Joe Phelps. Terwijl de achtergrondmuziek nog door de speakers schalt, zien we een ongeïnteresseerd ogende Kelly Joe het podium op lopen. Met een akoestische gitaar en banjo in zijn met tatoeages versierde armen, neemt hij plaats op een stoel vooraan het podium. Maar liefst 3,5 jaar na het uitbrengen van zijn laatste studioalbum Slingshot Professionals dook Kelly Joe Phelps opnieuw Vancouver's 'Factory Studios' in. Het in augustus van dit jaar uitgebrachte Tunesmith Retrofit laat Kelly Joe van een kant zien die we van hem gewend zijn: een met hese stem gezongen mengeling van blues, bluegrass en country. Elke song wordt geïllustreerd door het kenmerkende gitaarspel van Phelps, dat hem al jaren tot de top van gitaarspelend Amerika doet behoren. Op Tunesmith nog subtiel begeleid door een vijfkoppige band brengt Phelps zijn songs vanavond volledig solo. Na zijn banjo veilig te hebben neergelegd wordt er geopend met de song Big shaky van Phelps' laatste album Tunesmith Retrofit. De zanger oogt vermoeid en het publiek is vrij onrustig terwijl er tijdens de set van Sarah Harmer toch aandachtig geluisterd werd. Pas tijdens het tweede liedje Crow's nest, de openingstrack van Tunesmith, lijkt hij de volledige aandacht te winnen van het publiek. Kelly Joe gaat gedurende het optreden overtuigender spelen. Een prachtige, met veel passie gezongen versie van de soulballad Tight to the jar wordt gevolgd door een tweetal odes aan helden van Kelly Joe zelf. Handful of arrows is een eerbetoon aan de vorig jaar overleden Texaanse songwriter Chris Whitley. Het instrumentale fingerpicking stuk MacDougal wordt opgedragen aan blueszanger Dave Van Ronk die in 2002 overleed. Tijdens de tournee die in september van dit jaar startte in de V.S., speelt Kelly Joe voor het eerst een aantal songs op de banjo. Naast zijn wereldwijd geprezen spel op de akoestische gitaar en lapsteel blijkt hij ook hiervoor een bijzonder talent te hebben. Een hier en daar melige Phelps (Cardbox wordt aangekondigd als een liefdesliedje voor Julie Andrews, oftewel Mary Poppins) werkt zich al schuivend en stampend op zijn stoel door een krap 75 minuten durende set heen. Vrijwel alle songs van het nieuwe album worden gespeeld maar het zijn Sally Ruby en de toegift Beggar's Oil, beiden van het in 2001 uitgebrachte album Sky Like A Broken Clock die het overduidelijke hoogtepunt van de avond vormen. "I've thrown my seed out the window in the dirt below and pray that it will grow" zingt Kelly Joe over een man die de allerlaatste druppels hoop en energie uit zijn ziel kneedt. Her en der worden er nog verzoekjes gedaan maar hier heeft de zanger uit Washington allang geen boodschap meer aan. Phelps is moe en heeft zijn plicht gedaan, naar behoren.