Het Pinksterweekend nadert. Voor veel popliefhebbers betekent dat traditioneel: Pinkpop. Voor de thuisblijver is Pinkpop al jaren te volgen op tv. Zo hoef je nauwelijks iets van het festival te missen. De vraag is hoe lang dat nog zo blijft. De Pinkpopuitzending van de publieke omroep is dit jaar wegens bezuinigingen drastisch ingekort. Tel daar de mediaplannen van D66 ‘rechtentut’ Medy van der Laan bij op en gevreesd moet worden voor de ruimte die serieuze popmuziek bij de publieke omroep nog zal krijgen. De toekomst van de serieuze popmuziek ligt op het internet en dat hebben ze bij de VPRO in een zeer vroeg stadium goed begrepen. Al in 1995 werden de eerste experimenten met internetverslaggeving vanaf Lowlands uitgevoerd en met succes. De landelijke website heeft inmiddels haar lokale broertjes en zusjes en het is dus maar te hopen dat de omroepplannen de digitale verrichtingen van de publieke omroep niet zullen treffen, want die is op het web verreweg voorloper. In Den Haag kunnen we sinds een half jaar proeven van de eerste bemoedigende experimenten die de Haagse Pop Server met internetuitzendingen doet, zoals de live verslaggeving van het Haagse Podium op de KoninginneNach. Het Haags Poppodium ontsluit via de gelijknamige website de gelijknamige radioshow. Daarnaast hebben we onder andere via het internet Radio Tonka terug en ook het Paard van Troje heeft zijn eerste stappen op het mediapad gezet met de wekelijkse show PaRadio. Het is spannend om te zien hoe poppodia, popkoepels en individuele popjournalisten zich steeds meer gaan ontwikkelen in de richting van een eigen omroep. Daar zullen trouwens nog vele enthousiaste liefhebbers bijkomen, want op de zolderkamertjes van de uitzendamateur staan inmiddels geen draaitafels en cd-spelers meer, maar een computer met een flinke harde schijf. Of het aanbod verder verrijkt gaat worden, hangt mede af van de kwaliteit van al die initiatieven. Boeiende inhoud en journalistieke kwaliteit dienen maatgevend te zijn. Of er werkelijk behoefte is aan internetregistraties van elke willekeurige beginnende band is de vraag. Veel interessanter wordt het als naast de gratis festivals en concerten ook de betaalde als The Music In My Head, Todays Art en Crossing Border live te volgen zijn. Zoals het Fabchannel de concerten van Paradiso en de Melkweg in Amsterdam uitzendt en daar onlangs voor is beloond met een Webby Award. Wellicht zullen organisatoren voorzichtig reageren, maar ik geloof niet dat betaalde festivals en concerten minder bezoekers zullen trekken als het via internet zal worden uitgezonden. Eerder zal het een kwestie zijn van rechten en dus van geld. Wat dat betreft kunnen de ambities nog zo hoog zijn, maar voor kwalitatief hoogstaande content en journalistiek inhoud moet nu eenmaal in de buidel getast worden. Toch hoop ik dat we ook in Den Haag de kant opgaan van het Fabchannel. Er gaat namelijk niets boven een ‘echt’ live concert, maar voor de thuisblijver is een internet‘stream’ een mooie troost. En wat is er nu leuker om nog een keer via internet na te genieten van een geweldig concert waar je zojuist bent geweest!