Warme Blues op koude Plaats

De twaalf-maten zielenpijn van T-99, Alvin Youngblood Hart, Matt Schofield en Susan Tedeschi

Cok Jouvenaar en Laura Wijninga, ,

Zeventien jaar geleden begon de KoninginneNach als blueshappening voor jong en oud. Anno 2006 is het een volksfeest met hier en daar een uitschieter van jewelste. De laatste jaren isde blues weer terug op de Nach. Tijdens deze editie op de Plaats. Daar stond het AD/Haagse Courant podium met vier bluesacts van hoog niveau.

De twaalf-maten zielenpijn van T-99, Alvin Youngblood Hart, Matt Schofield en Susan Tedeschi

Zeventien jaar geleden begon de KoninginneNach als blueshappening voor jong en oud. Anno 2006 is het een volksfeest met hier en daar een uitschieter van jewelste. De laatste jaren isde blues weer terug op de Nach. Tijdens deze editie op de Plaats. Daar stond het AD/Haagse Courant podium met vier bluesacts van hoog niveau. Het is nog redelijk leeg op de Plaats als het Amsterdamse T-99 de avond opent. Dit trio, gekleed in een stijlvol zwart kostuum met dito hoofddeksel, probeert het publiek op te warmen. Sinds 1996 zijn de temperaturen op de Nach niet meer zo onaangenaam geweest. Het Amsterdams drietal tast het publiek keurig af maar laat vooral zien dat er in de hoofdstad rootsmuziek gemaakt kan worden. De tweestemmige, gruizige zang van de drummer en gitarist verraden de authenticiteit. Dit was al te horen op Cherrystone Park, het laatste album van de band. De toevoeging van een kartonen doos aan het drumstel maakt het allemaal nog eigenwijzer. Echt warm wordt het publiek niet. T-99 presteert hierdoor niet optimaal. Echt los gaan de mannen niet. Alvin Youngblood Hart start als tweede act op het Bluespodium. Deze Amerikaanse zanger/gitarist wordt ook wel eens omschreven als een muzikant voor muzikanten. Zijn teksten zijn gezongen door gitaristen als Eric Clapton en Ben Harper. In 1996 kwam zijn debuutalbum uit. Dankzij de toevoeging van een bassist en een drummer begint de set lekker opzwepend. De toon is gezet. Hierna volgen een reggae nummer, een countrynummer en een recht-toe-recht-aan rock nummer. Dit geeft maar aan hoe divers de muziek is, maar ook de band is dat: de bassist is een Indiaan, de drummer is een blanke Amerikaan en Alvin is een neger met een ruitjesbloes en dreads. Als je zin hebt in no-nonsense muziek, moet je op 13 naar Paradiso gaan. Om half elf is het gelukkig een stuk drukker. Veel ouderen liefhebbers staan met hun rug naar de kermis te genieten van een 28 jarige bluesman. Matt Schofield is niet een echte gitaargod. Zijn inbreng staat duidelijk in dienst van zijn bluestrio. De show wordt niet gestolen door de bekende plank met zes snaren maar door de organist Jonny Henderson. De virtuoze Henderson zorgt ervoor dat alles binnen de structuur blijft en toch heel goed loos gaat. Drummer Evan Jenkins heeft de neiging om te veel van het goede te geven. Met power en gedrevenheid geeft dit trio de Nach weer een ouderwets bluesoptreden. Schofield heeft de kunst afgekeken bij de groten der aarde, dat is duidelijk. Stevie Ray Vaughn, Albert King en Buddy Guy komen voorbij in zijn spel, of hij nou op een Telecaster speelt of het beste uit een doorleefde Stratocaster haalt. Er is hoop voor de toekomst van de bluesmuziek in de persoon van Matt Schofield. Het bluespodium wordt als laatste betreden door zangeres/gitariste Susan Tedeschi. Om haar heen staan een drummer, een bassist, een toetsenist en een saxofonist. Als je haar website bekijkt, lijkt ze nogal saai. Maar op het podium blijkt ze een rauwe, doorgewinterde muzikant te zijn. Wat een heerlijke band ook. Naast eigen werk spelen ze covers, want waarom iets nieuws verzinnen als er al van die mooie muziek is gemaakt? De band staat garant voor een uur vol soul, rock, folk, gospel en blues.