Vijfde masterclass R.G. Ruijs Stichting

“Popmuziek en subsidies hebben niet zo veel met elkaar”

Cecile Morel, ,

Wekelijks worden gratis masterclasses gegeven in het Paard van Troje aan de Prinsengracht. Organisator is de R.G. Ruijs Stichting, in opdracht van Fonds 1818. De vijfde masterclass, begin oktober, werd wederom geleid door Jan van der Plas, auteur van De Muzikantengids, onder de prachtige titel ‘Waar is de subsidiekraan?’. Aan de orde kwamen sponsoring, subsidies en fondsen en hoe die te vinden in de doolhof die muziekland heet.

“Popmuziek en subsidies hebben niet zo veel met elkaar”

Wekelijks worden gratis masterclasses gegeven in het Paard van Troje aan de Prinsengracht. Organisator is de R.G. Ruijs Stichting, in opdracht van Fonds 1818. De vijfde masterclass, begin oktober, werd wederom geleid door Jan van der Plas, auteur van De Muzikantengids, onder de prachtige titel ‘Waar is de subsidiekraan?’. Aan de orde kwamen sponsoring, subsidies en fondsen en hoe die te vinden in de doolhof die muziekland heet. De vragen komen dit keer moeizaam op gang. Blijkbaar tasten de deelnemers op dit gebied volledig in het duister. Nadat Jan enkele onderwerpen heeft opgeschreven, steekt hij van wal met het onderwerp sponsoring. Wat in de topsport al jaren de dagelijkse gang van zaken is, komt in de popmuziek schoorvoetend op gang. Het bekendste voorbeeld is natuurlij Di-rect in de huidige reclamespot voor de ANWB. Maar ook Kane voor Nokia en Jim (Idols) met een Marsreep in de knuistjes passeren de revue. Wat te doen als je nog geen hit hebt gescoord? “Juist in de beginfase ben je al interessant voor bedrijven,” zegt Jan. “Kijk eens naar Voicst, die Heineken wereldwijd gaat doen, of Gem, die voor Randstad nu overal te horen is.” Zij verbonden hun naam aan een bedrijf en genereren op die manier extra inkomsten en naamsbekendheid. “Het kan best kleinschaliger,” spiegelt Jan ons voor. “Benader een lokale kroeg of slagerij en zet hun naam op je CD of T-shirt. Contracten kun je op internet vinden. Neem de Vereniging van Reddingsbrigades maar als voorbeeld. Zij hebben hun sponsordeal keurig op het net gezet.” Een ander voorbeeld is om een endorsement aan te gaan met een wat onbekender gitaarmerk. Of laat je tour sponsoren. Anouk deed dit met Lion. Zij maakte een singeltje dat alleen bij de aankoop van deze chocoladereep te krijgen was. “Vinden podia dit altijd goed?” Zanger Bas Barnasconi van Van Katoen zit in de zaal en heeft wel eens te maken gehad met een zaaleigenaar die hun sponsordeal met het oppepdrankje Shark niet zag zitten, omdat men daar Red Bull serveerde. Jan: “Van tevoren moet je goed afspreken hoeveel je mag laten zien. Daarnaast moet je heel goed overleggen met de andere bandleden of ze dit merk wel willen uitdragen.” Jan geeft het stokje door aan Jaap van Beusekom van het Nationaal Popinstituut en Martin Scheijgrond van de Zuid-Hollandse Popunie. Zij zullen beurtelings het hoofdstuk subsidies toelichten. Het Nationaal Popinstituut levert bijvoorbeeld toursupport in het buitenland.Tot 24 uur van te voren is dit aan te vragen. Jaap: “Je moet je daar niet al te veel van voorstellen. Bettie Serveert kan daar in Amerika bijvoorbeeld het busje van betalen.” De Zuid-Hollandse Popunie verstrekt onder andere podiumsubsidies. Te denken valt aan de kernpodia, waarvan het Paard van Troje er één is. Op die manier loopt het podium wat minder risico bij tegenvallende bezoekersaantallen. Martin verteld over de nieuwe opzet die bedacht is voor het Supertrio. “Het liep al een aantal jaar. Daar was het venijn uit. We brengen nu een metal-, een emo- en een punkpackage. Dit bestaat uit een bekende band, eentje uit het middensegment en een lokale band.” Een van deelnemers aan deze avond, Peter Kettenis, ziet wel wat in de nieuwe vorm van het Supertrio. Hij is lid van de Haagse metalband Apparition, (niet te verwarren met de oude naam van de band Atombox). Ter ondersteuning van de in november uit te komen CD Reflections wil hij wel in het metalpackage met Blo-torch. Maar helaas, hij vist achter het net. Een andere band was hem reeds voor. In de pauze treffen we twee heren van de Stud Muffins, Ed en Jelmer, aan de bar. Ed stellig: “Ik geloof niet in overheidssubsidies.” Waarom hij dan hier is? “Ik wil weten hoe het zit.” Twee ondernemende dames, Julie Verlinden en Marjolein Mayer van Bands and Beyond, zijn ook aanwezig. Julie: “Wij organiseren seminars voor bands.” Ze heeft één van hun gastsprekers, voornoemde Bas Barnasconi, meegesleept naar deze avond. Bas stelt na de pauze de vraag “Hoe houd je je plan intact?” naar aanleiding van zijn contacten met het Fonds voor Amateurkunst en Podiumkunsten (FAPK), die zich geen raad wisten met de aanvraag van Van Katoen. Het FAPK hanteert een aantal eisen waaraan een aanvraag moet voldoen. Om maar in aanmerking te komen ontstaan vele experimenten, zoals popnamen in combinatie met een kamerorkest of fanfare. Aanvragen uit de popsector worden zelden gehonoreerd. “Maar waarom?” Bas geeft duidelijk niet op. “De popmuzikant spreekt niet de subsidietaal,” antwoordt Martin. “Men is minder goed georganiseerd. Aanvragen komen bij wijze van op een bierviltje binnen.” Maar Martin voert geen ontmoedigingsbeleid, want hij besluit: “Gewoon blijven bestoken dan zien ze dat er wat gebeurd in de sector en kunnen ze er niet meer omheen.” “Waarom wordt popmuziek toch zo ondergewaardeerd?” Het is duidelijk dat Bas tot de bodem wil gaan. Jaap: “Popmuziek heeft in de hogere klasse nooit enige status gehad. Bij het VSB-fonds bijvoorbeeld zijn het geen slechte mensen, hoor, maar ze vroegen: is popmuziek kunst? Dat is toch commercieel! Einde discussie. Ik wil jullie avond niet bederven maar popmuziek en subsidies hebben niet zo veel met elkaar.”Jan van der Plas ziet het iets genuanceerder en tipt: “Ga niet naar het hoofdkantoor van VSB of Rabobank. Dat heeft geen zin. Ga naar lokale kantoren.” Ook de politiek blijkt weinig op te hebben met popmuziek als cultuurverschijnsel. “Medy van der Laan houdt niet van ondersteuningscultuur,” zegt Jaap. “Al die verschillende instanties moeten ophokken, ze moeten bij elkaar. Op papier is het zo dat wij in 2008 zijn afgeschaft.” Er gaat een lichte schok door de zaal maar Jaap spreekt ons aan op onze autonomie: “Wees trots op wat je doet zonder al die subsidies.” Hoewel de masterclasses goed bezocht worden, is er altijd nog wel extra plek in de Kleine Zaal van het Paard. Meld je dus snel aan via de website van de R.G. Ruijs Stichting.