Luistersessie met Haagse wethouder Else van Dijk-Staats van Cultuur

“Straatmuzikanten moeten beter beloond worden door de voorbijgangers”

Lilian van Dijk, ,

De komst van een nieuwe wethouder van Cultuur leek 3voor12 Den Haag een goede gelegenheid om eens te kijken wat ze van enkele plaatselijke muzikanten vindt. Het wordt een gezellig halfuurtje, dat aarzelend begint maar met een vrolijke noot eindigt.

“Straatmuzikanten moeten beter beloond worden door de voorbijgangers”

De komst van een nieuwe wethouder van Cultuur leek 3voor12 Den Haag een goede gelegenheid om eens te kijken wat ze van enkele plaatselijke muzikanten vindt. Het wordt een gezellig halfuurtje, dat aarzelend begint maar met een vrolijke noot eindigt. We beginnen met de vraag of wethouder Van Dijk –Staats wel eens een concert bezoekt of bezocht. “Nee. Ik had wel platen van mijn favoriete groepen.” Ze schieten haar niet zo gemakkelijk te binnen. “Ik heb ze nog wel, maar in de loop van je leven – ik ben nu 57 – ga je je met andere dingen bezig houden en verdwijnen ze in de kast.” Met enige moeite komen er een paar uit: “The Beatles, Bolland en Bolland, The Clarks, Shocking Blue, Creedence Clearwater Revival.” Zelf heeft ze meer met klassieke muziek. Als kind had ze klassiek pianoles. Jazz heeft niet haar specifieke belangstelling. “Maar onlangs was ik wel erg onder de indruk van een cd van de zangeres Diana Krall.” We pakken de eerste cd van Haagse bodem. Flight 505, een van de betere Rolling Stones coverbands. We nemen het wat rustige nummer Drift away, een eigen werkje van zanger Peter Vermeij en gitarist Hans Hollestelle. De wethouder kijkt benauwd. “Moet ik dit kennen?” We stellen haar gerust, nee hoor, ze hoeft alleen maar te zeggen of ze het mooi vindt of niet. “Aangenaam om naar te luisteren. Je moet ervoor in de stemming zijn. Het tempo bedoel ik. Als je heel druk bent, wil je wel eens iets snellers.” In de stem herkent ze niet iets van Mick Jagger. Jammer voor Peter. We gaan door met Dyzack, an introduction to his forthcoming album Somewhere There’s A Monkey Laughing, en luisteren naar A thousand days. Al vlug zegt Else van Dijk -Staats: “Ik vind het wel genoeg zo. Het ritme bevalt me wel, maar die stem is niet helemaal mijn stem.” We krijgen het over haar dochters, nu 28 en 30 jaar. “Toen ze tieners waren, gingen ze wel eens naar concerten. Vond ik helemaal niet erg, zo lang ze zelf maar niet angstig werden van die grote menigten.”Ineens schiet haar iets te binnen: “Ik ben een keer naar een live concert van Tina Turner geweest. Dat was echt fantastisch!” We nemen een cd van Den Haags bekendste straatmuzikant, Chuck Deely, A Street Portrait. Bij het nummer Framed kijkt de wethouder tevreden. “Dit klinkt me bekend in de oren. Ik vind het heerlijk.” Als ze hoort dat het om Chuck gaat, reageert ze direct: “Elke keer als ik hem zie en hoor, denk ik: hoe zou het met hem gaan? Vroeger zat hij vaak ’s winters bij Centraal Station. Ik ga nooit voorbij zonder iets in zijn gitaarhoes te doen. Straatmuzikanten moeten beter beloond worden door de voorbijgangers.” We eindigen met B-sides, een project van Bart Hijlkema (Thomas) en Bram Buschman (Naked, Suburbs). The cliché wordt het. “Ik heb sowieso iets met gitaren,” reageert Else van Dijk –Staats. “Toen ik mijn man leerde kennen, waren we allebei zestien. Hij speelde gitaar in het bandje van mijn broer, het Kwartet Kees Staats. Kees speelde piano. Het was het schoolbandje van het Casimir Lyceum in Amstelveen. Alle meisjes waren verliefd op de drummer, Michael van Praag, en op de zanger, Cees Dusseldorp. Maar ik vond de gitarist leuk! Ze speelden van alles, van London is the place for me tot Beatleliedjes en negro spirituals.” We keren terug naar The Cliché: “Ik vind dit wel mooie muziek. Misschien wel om dat dromerige. Het is zogenaamd eentonig, maar dat is het voor mij niet.”