Thé Lau als muzikale noot op Borderkitchen

‘Ik heb een minder warrige en paniekerige kijk op de dingen’

Lilian van Dijk, ,

Op Crossing Border staan de laatste jaren meer schrijvers dan muzikanten. Misschien dat daarom het festival The Music In My Head in het leven is geroepen, waar alleen muziek- en zangtalent staat. Het voorafje van Crossing Border, Borderkitchen in Branoul op vrijdag 5 maart had dan ook alleen Thé Lau als muzikale noot op het programma.

‘Ik heb een minder warrige en paniekerige kijk op de dingen’

Op Crossing Border staan de laatste jaren meer auteurs dan muzikanten. Misschien dat daarom The Music in My Head in het leven is geroepen, waar alleen muziek- en zangtalent staat. Het voorafje van Crossing Border, Borderkitchen in Branoul op vrijdag 5 maart had dan ook alleen Thé Lau op het programma.Verder bestaat het hoofdmenu uit de schrijvers Adriaan Jaeggi en Tomas Lieske en de dichter Menno Wigman. Alleen Jaeggi heeft iets met muziek: hij schijnt niet onaardig trombone te spelen, maar dat krijgt het publiek niet te horen. Wel is er nog een korte film, Lapje Grond, van Ben van Lieshout, dat begint en eindigt met muziek. Voor Thé Lau is een plekje vóór de pauze en als afsluiter weggelegd. Jan-Peter Bast begeleidt hem op toetsen. De volgende dag zal het hele gezelschap naar Berlijn vertrekken, waar ‘Borderkitchen in Berlijn’, in het Duits, plaatsvindt. Thé is blij dat hij deze avond nog in zijn moerstaal mag optreden, hoewel het plat Haags dat hij in een kort verhaal over een pianist debiteert, nog wel enige spraaklessen behoeft van iemand als Sjaak Bral. In de pauze heeft begeleider Jan-Peter Bast wel even tijd voor een gesprekje. Hij is 40 jaar, vertelt hij, komt uit Castricum. Een veelzijdig man, blijkt al gauw. “Ik heb hammondorgel en piano gedaan aan het conservatorium van Alkmaar. de pop- en jazzrichting, maar ik ben ook klassiek geschoold. Ik heb veel artiesten begeleid, bijvoorbeeld Ernst Daniel Smit, Henk Poort en ik heb toetsen gespeeld bij de reünietour van het Goede Doel. Op dit moment doe ik veel met Thé. Deze zomer spelen we met de Thé Lau Band op diverse festivals in Nederland en België, onder meer Puddingpop, Dauwpop en Schwalmpop. Maar ik heb ook nog wat andere projecten.” Jan-Peter somt op: “Ik zit met onder andere Egon Kracht, Frans van Deurssen en Jeroen Zijlman in The Troupe. Wij spelen nummers van Frank Zappa, met name de rockopera Joe’s Garage en stukken van The Black Page in theaters in Nederland en Duitsland. Ik weet nog niet of we in de regio Den Haag kunnen spelen. We zijn bezig met het LAK Theater in Leiden. Ook staat er een optie voor het North Sea Jazz Festival. Maar Paradiso, gek genoeg, vond ons volkomen ongeschikt.” Zappa kende hij voor dit project nog niet. “Dankzij Egon heb ik ermee kennisgemaakt. Die muziek zit heel ingenieus in elkaar. In het najaar ga ik op tournee met een Belgisch, klassiek orkest, Prima La Musica.” Een ander project doet hij met vier leden van de familie Van Praag, kleinkinderen van Max van Praag: Michael, Chiel, Maarten en Beryl. ”Onze band heet Family Affair en wij spelen voor goede doelen.” Jan-Peter begon in de Amsterdamse band Fresh Cream en mocht even, met City to City, ruiken aan het grote succes. “Wij hadden een nummer één hit in Nederland met 'The road ahead', jammer dat die band ten onder gegaan is aan slecht management.” Voor Thé Lau zelf nog een paar vragen. Hoe zag hij zichzelf vroeger en hoe nu: “Toen was ik een kind. Nu voel ik me soms een kind dat bijna volwassen is, omdat ik zelf kinderen heb, van vijftien en negen. Ik ben niet wezenlijk veranderd, maar ik heb een wat minder warrige, paniekerige kijk op het leven.” Op Crossing Border heeft hij al drie keer gestaan. Als hij zelf mocht beslissen wie hij daar wil zien: “Allemaal mensen die al dood zijn. John Lennon, John Steinbeck en Herman Brood.” Om levende artiesten te bedenken, kost hem meer moeite. Na veel aarzeling: “Pink en Annelies Verbeke, auteur van het boek ‘Slaap’.” De Thé Lau Band speelt op 27 maart in theater Diligentia aan het Lange Voorhout.