The Music In My Head uniek in zijn soort

Goede Tijden, Slechte Tijden met dramatische cliffhanger

Suzanne Unck, ,

Het is wat wennen, deze tweede dag. Vooral het publiek is anders; oudere mannen en lesbische stelletjes domineren. Zou het komen door Roger McGuinn; de man van The Byrds, de legendarische jaren ’60 rockband? En komen de jonge meiden af op de uit de kast gekropen Sarah Bettens (voormalig K’s Choice)? Het lijkt er wel op. “Maar dat is logisch”, zou Cruyff zeggen…

Goede Tijden, Slechte Tijden met dramatische cliffhanger

Het is wat wennen, deze tweede dag. Vooral het publiek is anders; oudere mannen en lesbische stelletjes domineren. Zou het komen door Roger McGuinn; de man van The Byrds, de legendarische jaren ’60 rockband? En komen de jonge meiden af op de uit de kast gekropen Sarah Bettens (voormalig K’s Choice)? Het lijkt er wel op. “Maar dat is logisch”, zou Cruyff zeggen… De avond begint met Television in de grote zaal. Hoewel het druk is wanneer de band begint te spelen, blijft het voor de meesten niet lang boeien. Deze oude mannen, met hun hoogtepunt in het New York van de punk in de jaren ’70, hebben inderdaad hun beste tijd gehad. Zelfs generatiegenoten kunnen ze niet boeien met hun middle of the road muziek die haast doet denken aan de Dire Straits. Punk is nergens te bekennen, het plezier al evenmin. Geen wonder dat het publiek zijn toevlucht zoekt in de kleine zaal bij Marike Jager, waar het allengs drukker wordt. Marike laat zien wel sprankelend en oorspronkelijk te zijn. Vol passie en zichtbaar genietend geeft zij het publiek wat het miste bij Televison; een warm bad in plaats van een ijskoude douche. In de foyer is intussen The Duke Spirit begonnen. Deze garagerockband met een leadzangeres die natte dromen over Debby Harry oproept, geldt als een grote belofte. Dit eerste optreden op het Europese vasteland is er één om trots op te zijn. Volgende Nederlandse optreden tijdens Lowlands? Dat geldt waarschijnlijk niet voor Nic Armstrong. Zijn performance doet wat armetierig aan. Oké, hij zou best een boterham kunnen verdienen als straatmuzikant op Montmartre, maar heel spannend is het vanavond niet. Vooral niet te lang bij stilstaan, want in de grote zaal gebeuren wel boeiende dingen. Daar zit Roger McGuinn, helemaal alleen met zijn gitaar, op het podium. Een ieder die binnenkomt wordt meegezogen in zijn belevenissen. Verhalen over Bob Dylan, Joni Mitchell en de soundtrack van de film Easy Rider, worden begeleid door de bijbehorende nummers. Het verhaal staat centraal voor deze frontman van The Byrds en het publiek krijgt wat ze hoopte; herinneringen aan een interessant leven, heimwee naar vroegâh en het even doen vergeten van je midlife crisis. Voor degenen die geen behoefte hebben aan jeugdsentiment is er Dogs Die In Hot Cars. Deze jonge honden doen denken aan bandjes van het New Yorkse Sub Pop label zoals The Rapture of Hot Hot Heat. Tegelijkertijd komen flitsen op van Franz Ferdinand en een beetje Superheroes. Allemaal jonge, frisse bandjes. Maar DDIHC is meer dan dat; de maatschappijkritische teksten en de mooie samenzang intrigeren langdurig. Alweer een aanrader voor Lowlands! Het publiek van Roger McGuinn verplaatst zich vervolgens naar Obi. Dit viertal uit, alweer, Londen is geformeerd rondom zanger Damian Kathkuda. Deze vreemde vogel bezingt de countryroad, op het podium omringd door Blokker-aquariumlampen. Heimwee naar je vissen, terwijl je nog een jointje rookt in een verlaten landschap. Zoiets. De meisjes zijn intussen gevlucht naar Sarah Bettens. Deze hernieuwde kennismaking sinds het opgeheven K’s Choice, biedt weinig verrassingen, maar staat als een huis. Het is duidelijk dat de nieuwe nummers van Sarah gebaseerd zijn op haar eigen ervaringen in de afgelopen jaren: haar stukgelopen huwelijk met een Amerikaan en de ontdekking dat ze op vrouwen valt. De teksten lijken echter inhoudelijk weinig veranderd: wees jezelf, dat is de boodschap. En blijkbaar hebben velen behoefte aan dit bericht, want het publiek geniet. Op enkele momenten tijdens het optreden ligt de saaiheid op de loer maar telkens weet Sarah dit net op tijd te compenseren met een gouwe ouwe: 'Believe', 'Almost happy' en natuurlijk 'Not an addict'. Belasco mag de derde editie van The Music In My Head beëindigen. Niet alleen het festival is hiermee afgelopen, maar ook het bestaan van de band zelf. JJ 72, Coldplay en Starsailor zijn vergelijkingen die niet voldoen. Belasco neigt echter meer naar indierock, zelfs de vergelijking met ons Haagse Incense doemde hier en daar op. Voorbij zijn de midlife crises van uitgebluste oude mannen, de coming-out en heropleving van een Vlaamse deerne, traantjes wegpinkend en heimwee naar vroeger, zwervers die al blowend altijd onderweg zijn, dode honden, grote beloften voor de toekomst in de jonge UK-helden en een band die zijn laatste optreden beleeft. Het was er allemaal vanavond.