Ich bin ein Entertainer

Dag twee van het Crossing Border Festival

Op de tweede avond van het Crossing Border Festival weten de rode zwembroeken van Die Strømblocque Phantasieën de aandacht minder vast te houden dan de neergeslagen ogen van David Sylvian.

Dag twee van het Crossing Border Festival

Door: Suzanne Unck, Peisam Tsang en Margot de Graaff Op de tweede avond van het Crossing Border Festival weten de rode zwembroeken van Die Strømblocque Phantasieën de aandacht minder vast te houden dan de neergeslagen ogen van David Sylvian. Bovendien zorgt de Belgische formatie Tydal voor een aangename verrassing. Ze zijn zelf verbaasd over hun eigen succes. De tweede dag van het Crossing Border Festival is uitverkocht. David Sylvian en Bob Geldof zullen daar vast verantwoordelijk voor zijn. Toch hoef je niet met je ellebogen te werken om in de verschillende zalen te kunnen komen. Het gaat er beschaafd aan toe en het publiek zoekt niet lukraak een schrijver of artiest uit. Singer/songwriter Eric McKeown, producer en dj Howie B en dichter Mike Benson, rock ’n roll schrijver DBC Pierre: ze krijgen allemaal gemotiveerd bezoek. In Guido’s Room vangt de tweede avond aan met een korte film. In Starship zien we hoe gespiegelde boten lijken op ruimtevaartschepen. Vervolgens is het podium geheel voor Die Strømblocque Phantasieën. Dit Rotterdamse collectief bestaat uit muzikanten die altijd het Europese continent als basis hebben beschouwd in hun muzikale uitingen. Bandlid Lukas Simonis speelde enige tijd gitaar in Trespassers W, de band rondom de Haagse tekstdichter Cor Gout. Nu dus op Crossing Border met een project dat de Duitse biografie van David Hasselhoff (wie kent hem niet?) als uitgangspunt gebruikt. De Duitstalige quotes uit het voornoemde boek, worden in het Nederlands geprojecteerd op een groot scherm. Juweeltjes zitten ertussen: “Ik ben in de wieg gelegd om ster te zijn” en “Ik was op sterven na dood, maar iets weerhield me van zelfmoord” zijn twee voorbeelden. Alles draait om ‘de artistieke integriteit van de publieksgerichte kunstenaar’, zo luidt het devies. Om het motto kracht bij te zetten, zien we drie gebronsde heren in (jaja) rode zwembroek op het podium. Ze blijven er de hele voorstelling. Jammer, het effect was verrassender geweest wanneer ze slechts bij één of enkele nummers zouden opduiken. Hoewel de muziek spannend is, bijgestaan door operette-achtig gezang, een kindergitaartje, handgeklap en enkele Apples, kan de spanning niet worden vastgehouden. Enkele stukken zijn ronduit saai en soms lijkt het kunstzinnig om het kunstzinnige. Ook de drie Baywatch-imitaties nemen de tijd om een sigaretje op te steken. Gelukkig is er een spetterend einde: de invalide drummer staat op uit zijn rolstoel en laat zich aanbidden tijdens een grootse apotheose. “Ich bin ein Entertainer”, roept hij wellustig in de microfoon. Helaas wordt hij wel weer in zijn rolstoel het podium af gereden. Nee, dan A.F.Th. Op de zolder van de Koninklijke Schouwburg leest hij voor uit zijn meest recente pil ‘De Movo Tapes’. Presentator Khalid Boudou veronderstelt optimistisch dat iedereen alles wel gelezen heeft van A.F.Th. Voor een aantal lijkt dit in ieder geval te gelden: zij zitten bewonderend op de rand van het podium en aanbidden A.F.Th. als was hij een idool. Dat is dan ook het enige muzikale tijdens deze korte reading. Of het moeten de poëtische beschrijvingen zijn van incestueuze handelingen (die volgens hoofdpersoon Movo in de meest ranzige vorm voorkomen tussen echtelieden, die op het moment van trouwen een familieband krijgen). Maar Movo is ook niet vies van seks. Hij werkt in de thuiszorg, wat zoveel betekent als het verwennen van dames op leeftijd, aldus A.F.Th. Onderhoudend is het zeker, het had nog best langer mogen duren. Op hetzelfde podium komt Lee Ranaldo voorlezen uit zijn boek. Hij schreef het samen met zijn vrouw over hun avonturen in Marokko en de Master Musicians of Jajouka. Foto’s van deze reis geven inhoud aan de beschrijvingen. Ranaldo is vooral bekend van de band Sonic Youth, maar treedt hier morgen op met de Master Musicians of Jajouka. Ze zijn er al. Om de hoek van de zaal luisteren ze mee (hoewel ze amper Engels verstaan) en kijken naar de foto’s op het scherm, alwaar ze zelf geregeld langskomen. Ondertussen verhaalt Ranaldo over het bijzondere contact met de muzikanten, het samen jammen, de fascinatie van muzikant Bachir voor Brian Jones en de armoede van de bevolking van Marokko. Back to earth, lijkt het thema. Van wereldberoemde rockster terug naar waar het werkelijk om draait: muziek maken met passie. Vanavond dus: vrijdag 14 november om 20.45 uur in Guido’s Room: The Master Musicians of Jajouka feat. Bachir Attar with guest Lee Ranaldo. “In Vlaanderen durft men zijn appreciatie niet zo te laten zien als in Nederland.” Aan het woord is Pat Lauwers van het Belgische duo Tydal. De Paul’s Room stroomt langzaam vol en dat is terecht, want Tydal mag gerust een aangename verrassing genoemd worden. Jef Aerts, de andere helft van het duo, heeft een paar jaar geleden op het festival voorgelezen uit zijn boeken. De schrijver en journalist is nu terug en laat horen dat hij en Pat ook muzikaal wat te melden hebben. “Het is niet zo dat Jef de teksten schrijft van de liedjes”, zegt Pat in een eerder gesprek. “Wie de leadzang doet van een liedje schrijft zelf de teksten.” Pat en Jef spelen niet voor het eerst in Nederland. “We hebben ook in uw zaal 03 gestaan in Tilburg,” zegt ze tegen het publiek. “013”, wordt ze verbeterd. Het is haar vergeven. Met gitaar en piano spelen ze hun mooie en een beetje weemoedige liedjes. Tydal is een verbastering van het Engelse woord ‘tidal’ wat getijdewerking betekent. Hun muziek lijkt ook wel op een rustig stromende zee. “Ik weet niet hoe het met het muziekklimaat gesteld is in Nederland, maar in België is die hopeloos. We gaan in december daarom in eigen beheer een album opnemen,” zegt Pat. Het duo gaat nog zelf de boer op om optredens te regelen, maar dat gaat binnenkort veranderen. “Men vindt in België dat het niet professioneel is als je dat zelf doet,” zegt Jef. Rare jongens die Belgen; Pat en Jef verstaan hun vak. Holger Czukay, op leeftijd en met zijn witte haren, lijkt wel een professor bezeten van de electronica. Deze pionier in de avant-garde verrast in de Royal Room het publiek met klassieke muziek, vermengd met jazzy invloeden. Daaroverheen stapelt hij soundscapes en noisecapes. Hij begint verrassend ingetogen om vervolgens het stuk tot een moment supreme te brengen. Zijn vrouw U-she ziet er uit als een engel en dan die stem... Prachtig, op sommige momenten is ze net Björk. Er mogen geen foto’s gemaakt worden tijdens het optreden van David Sylvian in de grote zaal van de Koninklijke Schouwburg. Hoewel, het mag wel, maar dan alléén door de pers en alléén tijdens het laatste nummer. De voormalige leadzanger, componist en tekstschrijver van de Engelse groep Japan geeft het publiek geen optreden, maar een ervaring die niet mag worden verstoord door banaal flitslicht. Sylvian neemt het publiek mee naar dromenland. Samen met voormalige Japan-lid Steve Jansen en een Japanse muzikant dirigeert hij de breinen van de toeschouwers met hallucinerende beelden, elektronische klanken en zijn zoemende stemgeluid. Met neergeslagen ogen en af en toe een schuchter “Thank you”, verlegen met zoveel bezoek. Als hij de computers verruilt voor zijn akoestische gitaar, is het alsof Zeus vanaf de Olympus daalt. De dirigent wordt een zanger die het publiek moeiteloos vasthoudt. Na afloop krijgt hij een staande ovatie en volgen de toegiften. Een mooi slaapmutsje, die Sylvian. Er ist ein Entertainer.