De geest heeft geen trek meer

Dag vier en vijf van het Crossing Border Festival

Margot de Graaff, ,

Drie dagen Crossing Border Festival in de Koninklijke Schouwburg waren eigenlijk genoeg geweest. Zonder de optredende schrijvers en muzikanten tekort te willen doen, bleken de zaterdag en de zondag in de Haagse Grote Kerk een beetje te veel van het goede te zijn.

Dag vier en vijf van het Crossing Border Festival

Drie dagen Crossing Border Festival in de Koninklijke Schouwburg waren eigenlijk genoeg geweest. Zonder de optredende schrijvers en muzikanten tekort te willen doen, bleken de zaterdag en de zondag in de Haagse Grote Kerk een beetje te veel van het goede te zijn. Bovendien zorgde de statige omgeving voor een strenge en afstandelijke sfeer. Het pluche en de kroonluchters van de schouwburg werden node gemist. Het Crossing Border Festival speelde zich afgelopen zaterdag en zondag af in de Grote Kerk in Den Haag. Vooral als je alle dagen van het festival hebt bezocht, vraag je je af waarom het niet bij drie dagen Koninklijke Schouwburg is gebleven. Het programma in de Grote Kerk stak wat karig af tegen dat van de dagen ervoor. Alsof een jampot is leeggestort over de woensdag, donderdag en vrijdag en de restjes werden uitgesmeerd over een sneetje zaterdag en een sneetje zondag. Zonder overigens de schrijvers en muzikanten die optraden in de Grote Kerk tekort te willen doen. Het ging meer om de sfeer. Zo’n statige en enigszins kille kerk zorgt voor een andere stemming dan een schouwburg met z’n pluche en kroonluchters. Het werd er allemaal een beetje streng en afstandelijk van. Op zaterdag trad het trio van jazzsaxofonist Yuri Honig op met muzikanten uit het Midden-Oosten. Samen speelden ze Arabische muziek en moderne jazz. Honig communiceerde via zijn sax met zangeres Rima Khcheich; haar stemgeluid slingerde door de kerk als de slang van een fakir. Na de uitreiking van de Novib Pen Awards aan buitenlandse schrijvers die worden vervolgd omdat ze gewoon opschrijven wat ze denken was het de buurt aan Zap Mama. Diva Marie Daulne, die in België woont maar in Congo geboren is, voerde een kleurige band aan die westerse en Afrikaanse muziek aanstekelijk met elkaar vervlecht. Niet voor niets kreeg Zap Mama (in een andere bezetting overigens, maar wél met Marie Daulne) een aantal jaren geleden een Grammy Award. Op zondag was het tijd voor de blues. Ljiljana Buttler uit Bosnië-Herzegovina, koningin van de zigeunerblues, bezong haar leed onder begeleiding van de Mostar Sevdah Reunion. Het Richard Galliano Septet zorgde nog voor meer melancholie met een ode aan Astor Piazolla. Deze Argentijn componeerde muziek voor de bandoneon. Bandoneon-speler Carel Kraayenhof kreeg prinses Máxima op haar bruiloft met een werkje van Piazzola aan het huilen; de kleinere variant van de accordeon staat garant voor dikke strot-muziek. Het Nederlands Vocaal Laboratorium was de hekkensluiter van het muzikale onderdeel van het Crossing Border Festival. In de programmakrant stond over deze kunstenaars: ”Het Nederlands Vocaal Laboratorium wil een sterke kwaliteitsimpuls geven aan de ontwikkeling en uitvoering van hedendaagse vocale muziek.” Er werd hard geklapt en het zal dus wel goed zitten met die kwaliteitsimpuls, maar ik snapte er niks van. Het was iets met hoog uithalende vrouwenstemmen en Shakespeare-teksten, dat hoorde ik nog wel. “Waarom stopt u mijn oren vol met woorden, terwijl mijn geest geen trek meer heeft?”, heb ik ooit eens gehoord in een toneelstuk van dezelfde Engelse toneelschrijver. Ik had genoeg gezien en gehoord.