Vertel, hoe zijn jullie bij elkaar gekomen?
Pim: “Eigenlijk hebben we lang met het idee rondgelopen. Tim en Koen spraken met elkaar om samen te spelen. Jasper wilde ook iets met sludge, langzame shit gaan doen, ik vind dat ook altijd erg leuk. Het idee was: “we gaan eens samen repeteren”. Toen gingen we samen naar Mastodon en kwam in de auto het plan weer.”
Jasper: “En ik ging met Chris naar The Dillinger Escape Plan.”
Behalve dat je elkaar van de band kent, gaan jullie ook samen naar concerten?
Chris: “Wij kennen elkaar al twintig jaar en van eerdere bands. Echt vroeger-vroeger.”
Tim: “In het Klapcot.”
Jasper: “Toen ik nog in de luiers zat.”
Pim: “Ik was ook al fan van Wake en van Bleach. Ik ken Tim al wat langer en Jasper via de verjaardag van Tims dochter. Het is een groot web dat elkaar kent.”
Chris: “We spelen al keilang in Breda en we drinken ook wat bier samen.”
Pim: “Ook vanuit wat we al deden. Ik zit in het zware metal hoekje en wilde wat meer gaan zingen. Misschien hier en daar akoestisch. Ik heb mijn toetsen weer uit het vet getrokken, met de intentie om andere muziek te maken dan we al deden.”
Op Facebook stond al “groovy grunge stoner rock”, maar ik hoor nu al sludge voorbij komen.
Pim: “Het is een smeltkroes van ons verleden. Ik zou het geen nieuwe muziekstijl willen noemen, het is alternatieve rock, maar metal zit er ook in.”
Jasper: “Met progressieve stukken.”
Pim: “we hebben ook hele kleine breekbare stukken, afgewisseld met keiharde brute grunts. Het is moeilijk om het in een vakje te proppen, ik weet dat jij dat graag wilt. Haha! We zitten nu wel in een bepaalde richting qua intensiteit en muziekstijl. We schrijven ter plekke en iemand heeft een riffje of een ideetje al in zijn hoofd, of akoestisch mee. Tim had bijvoorbeeld al een aantal nummers en daarmee zijn we aan de slag gegaan. We schrijven helemaal democratisch. Daarom gaat het ook niet snel af en toe, maar krijg je wel hele toffe, uiteenlopende dingen. Die een kop en een staart en een smoel hebben.”
Jasper: “Het is soms ook lastig, we zijn nu bijvoorbeeld anderhalf jaar bezig en hebben een setje van goed een half uur bij elkaar gespeeld. Dat is wel iets waar we vierkant achter staan.”
Pim: “Het blijft een beetje aftasten. We hebben een hele toffe set, heel dynamisch met hardere shit met een rustig tussenstuk en een grote finale. Die zijn we nu steeds verder aan het uitbouwen.”
Chris: “We zijn gewoon echt een rock band. Het is rock. Dat is wel heel breed, maar er zit wel van alles in. Je hoort duidelijk een jaren negentig insteek. In sommige nummers meer dan anders. Er zitten poppy stukken in, zwaardere dingen, wat metal feel. Het wordt nergens echt metal, maar het heeft wel dat donkere venijn. De basis is gewoon rock.”
The King’s Head maakt zijn debuut op de POBparade, Eerste Paasdag in De Avenue. We kunnen het met recht een Bredase supergroep noemen, want Pim van Zuilen (Hilton Dive) zang, gitaar, toetsen, Tim van Bokhoven (Wake, Bleach), zang, gitaar, Jasper van der Hoeven (Wake, Bleach), bas, zang, Chris Stadhouders (Cape) drums en Koen Koniuszek (Hilton Dive, Revölvo), gitaar staan op zondag 21 april voor het eerst officieel op de planken als The King’s Head. Een introductie met Pim, Tim, Chris en Jasper, op de wekelijkse repetitieavond in Sound Dog. Met bier.
Als je dan verder kijkt dan het eerste optreden. Waar gaat het naartoe groeien?
Chris: “We hebben nu een half uur aan ruwe muziek liggen. Daarin gebeurt veel. Het volgende half uur ligt er ook al.”
Pim: “Er zijn al een aantal interessante aanbiedingen die we overwegen. We hopen op een flinke club tour op korte termijn.”
Mezz is dicht natuurlijk, dus de Avenue wordt het harde podium met de POBparade. Dat kan een hoop volk trekken.
Chris: “In Breda is er sowieso bijna geen ruimte voor live muziek. Laat staan voor de wat hardere muziek. Waar kun je tegenwoordig nog terecht? Je had de Para, meerdere plekken. Tegenwoordig heb je gewoon helemaal niks.”
Pim: “Net als wat we met Hilton Dive hebben gedaan, Breda helemaal plat spelen, dat gaan we met The King’s Head niet doen. We willen vrij snel buiten Breda ons heil zoeken.”
Chris: “Ik snap wat je bedoelt, dat moet ook wel. Hier in Breda is niks op te bouwen. Je kunt je rondje doen en that’s it. Als je echt wilt spelen dan moet je naar buiten. En twintig kilometer verder in Tilburg is het een ander verhaal he? En in Den Bosch ook. We zijn al een bietje ouwe beren, maar we willen wel spelen. Haha! In de regio zijn best mooie plekken om te spelen, Gebouw-T en Xinix in Nieuwendijk, een mooi zaaltje. In Breda wordt het moeizaam.”
Pim: “Aan de andere kant, ik ga ook in De Speeltuin spelen met ons. Ook op vrijdagavond.”
Chris: “We zijn toch een Bredase band. Een soort proeve van bekwaamheid.”
Pim: “Je moet ook op zo’n klein podium uit de voeten kunnen. We maken wel een groots geluid, met zijn vijven, met toetsen erbij. Er zitten pianostukken in en synthesizers. De wens was om ook akoestische elementen erin te brengen. Dat zit er nog niet in, maar gaat wel komen.”
Tim: “Het mooie is, we zijn ook allemaal eerlijk tegen elkaar. Door die rugzak die we allemaal hebben. Dat ellenlange arrangeren gaat bij sommige mensen een keer irriteren. Dan wordt het wel uitgesproken en geaccepteerd en er wordt iets mee gedaan. Het is mooi om te zien dat we naar elkaar luisteren en elkaars wens respecteren en ermee aan de gang gaan.”
Jasper: “Ieder van ons stapt uit zijn comfort zone. Als er iets komt dat je niet gewend bent dan moet je daarin mee of je gaat er tegenin. Je doet dingen die je niet eerder hebt gedaan en niet op de automatische piloot.”
Tim: “Ja, de automatische piloot is hier ver te zoeken haha! Dat houdt je scherp.”
Jasper: “Wat Chris zegt, in dat half uur gebeurt heel veel. Alsof je een volledig album aan het luisteren bent. Misschien is dat wel te veel voor het publiek. We hebben slow sludge-achtige dingen en ook snellere metal dingen.”
Chris: “Ik vind het wel een mooie opening, bij POB. Omdat we al honderd keer POB-dingen hebben gedaan. Nu met Pasen. We hebben ook overwogen het hier in Sound Dog te doen. Op een goeie plek op een goeie tijd.”
Tot slot: waar komt de naam vandaan?
Pim: “We hadden als werktitel Sludge Puppy, dat vonden we heel grappig. En dat is ook een goede naam voor een leuke punkband voor mannen van achttien. We hebben veel dingen afgewogen. Wat vinden we allemaal heel erg leuk? Dat was drinken. Toen kwam iemand met de opmerking: Een Engelse pub naam! Nou, toen kwam ik met The King’s Head!”
Tim: “Ik kwam terug uit Liverpool. Toen kwam ik een aantal van die namen tegen, The Howling Arms en The Horse’s Ass, The met iets erachter. Toen Pim met The King’s Head kwam hebben we dat als nieuwe werktitel gebruikt. Toen dit optreden eraan kwam, moesten we wat bedenken. Wat gaan we doen? Een nieuwe naam of pakken we deze? We houden hem maar gewoon vast.”