Mezz is deze zondagavond een beetje anders dan normaal, speciaal voor het optreden van Gert Vlok Nel. Er staan stoeltjes en je kunt ook met cash betalen in de zaal. Het optreden van de Zuid-Afrikaanse zanger, en ook dat van voorprogramma Mathijs Leeuwis, is semi-seated en het wat oudere, cultuurgeïnteresseerde publiek haalt vooraf en tussen de optredens door op het gemakje een koffietje of cappuccino in Mezz-Café.
De avond begint, zoals vooraf aangekondigd, met de VPRO-documentaire ‘Beautiful in Beaufort-Wes’ uit 2006 van Walter Stokman. De korte film over Gert Vlok Nel (1963), zijn vader Albert en Beaufort-Wes en een aantal dorpswoners van het nietige Beaufort-Wes in de Karoo, een zogenoemde halfwoestijn in Zuid-Afrika. De plek waar de zanger/dichter nog steeds woont, schrijft en werkt. We zien een bescheiden man die niet goed weet hoe hij met de camera om moet gaan, terwijl zijn vader ondertussen namens hem de show steelt. Een geboren prater die, naar eigen zeggen, voor het eerst de gedichten van zijn zoon leest. Hardop voor de camera. Om dan vlot te vertellen dat ‘Gertjie’ vroeger als dreumes al zo goed kon zingen. “Ik zei nog: ik hoop dat hij ooit zanger wordt.” Goed, dit is geen dvd-recensie, maar de film is te goed om onbenoemd te laten. En je krijgt hem gratis bij de cd. Voor de rustige zaal is het een goede opwarmer naar meer, naar songs van Vlok Nels enige plaat ‘Beaufort-Wes Se Beatiful Woorde’ uit 2006.
“Ik weet dat jullie voor Gert komen, maar we gaan eerst even in het Nederlands,” kondigt Mathijs Leeuwis zichzelf en zijn begeleider Niels Broos op het orgel aan. Zelf speelt hij gitaar en een metalen resonator gitaar. De Brabantse zanger won de Publieksprijs van de Grote Prijs en laat vanavond horen waarom. Met ‘Botox-blues’ bijvoorbeeld over waarom je vooral niet aan jezelf moet laten sleutelen. De heren Leeuwis en Broos waren Moederdag bijna vergeten, maar gelukkig bestaat er zoiets als een gastenlijst. En ze spelen een liedje voor hun aanwezige moeders. Mathijs Leeuwis maakt mooie luisterliedjes met een ruwe, hese stem. Zeker voor iemand van 25. Hij sluit af met nog meer Nederlandstalige blues. Een eigen ode aan Brabant, die hij zelf geen ode noemt, maar gewoon een liedje van zijn cd ‘Klei, Stront en Zand’. Brabant: “Het lijkt niet veel, maar het doet wel wat.” Inderdaad. En wat te denken van dit refrein, uit een lied over een tachtigjarige:
“Kijk je uit met mijn borden, kijk je uit met mijn glas?
Dit is wat we worden. Niemand weet nog hoe je was.”
Gert Volk Nel heeft twee muzikanten meegenomen, een contrabassist met een onduidelijke naam en de Zuid-Afrikaan Schalk Joubert, met zijn vijfsnarige basgitaar. Gert Vlok Nel zingt in het Afrikaans en dat is vrij onverstaanbaar. Maar de songs spreken voor zich. De ‘hartseer’, het liefdesverdriet, en de melancholische herinneringen in ‘Timotei Shampoo’, het grappige maar tegelijk van zwarte zelfspot volstaande ‘Mr. Bean z’n Laatste Happy Scene’, toppers van het album als ‘Beautiful in Beaufort-Wes’ en ‘Epitaph’, over 1975, “die jaar toe ek laas gelukkig was.” Gert Vlok Nel boeit. Als je echt luistert en er wat moeite voor wilt doen. En dat wil Breda vanavond. Je kunt de vertalingen in het Nederlands van Robert Dors meelezen op de grote schermen. Muzikaal lijkt en klinkt het simpel, maar vaak bedienen de grootste artiesten zich van simpele akkoorden. En het is vooral het spel van Joubert dat het muzikaal ook een zeer interessant optreden maakt. Het geluid van zijn vijfsnaar en de variatie, zeker in het intermezzo dat hij zelf zingt, zijn fenomenaal. En dan komt de bescheiden, grote en bebaarde man weer met zijn gedichten en poëtische refreinen als “droom van my en laat my vry vannag”, over een verloren liefde die hij zelf niet los kan laten. Of als in ‘Tuesday’ waar hij zingt “O waarheen nou, I should have left Tuesday when you still loved me so.”
Nog zo’n hoogtepunt is ‘Waarom Ek Roep Na Jou Vanaand’, het elf minuten durende eerbetoon aan Vlok Nels grote voorbeeld Koos du Plessis die al in 1984 overleed, een magistraal nummer. Hier blijkt opnieuw dat het consequent spelen van simpele akkoorden (ook) kan zorgen voor een hypnotiserend ritme, waarbij Schalk Joubert uitblinkt en met zijn onderste, vijfde snaar voor een lichte noot zorgt in een gelaagd nummer dat lijkt voort te duren én pakkend is. Gert Vlok Nel is wat wij Nederlanders een kleinkunstenaar noemen en hetgeen hij vanavond brengt, blijft hangen. De thema’s zijn liefde, eenzaamheid en weemoed. Het Afrikaans maakt het optreden juist extra interessant. Als een soort Flip Kowlier, de West-Vlaming die onder Vlaamse én Nederlandse jongeren scoort, ook in zijn eigen taal. Maar dan een stuk ouder, met een ouder publiek. Na toegift ‘Rivier’ bedankt Gert Vlok Nel bescheiden de mensen van Mezz en het publiek in de zaal nogmaals. Het doet hem wat en hij is echt: een oude zanger, die zingt over het verleden.
Het refrein van ‘Rivier’:
“Rivier, o rivier, jy’s diepste woord wat ek ken
op jou kon ek vaar na die see & na haar
in die hoop om haar hart te wen,
maar woestyn is die woord
waardoor ek moet reis om haar hart te wen.”
Gezien: Mathijs Leeuwis en Gert Vlok Nel. Mezz, zondag 9 mei 2010.
Gert Vlok Nels hartseer boeit ouwe, trouwe fans in Breda
Mooie gezongen poëzie in een verwachtingsvolle poptempel
Mezz is deze zondagavond een beetje anders dan normaal, speciaal voor het optreden van Gert Vlok Nel. Er staan stoeltjes en je kunt ook met cash betalen in de zaal. Het optreden van de Zuid-Afrikaanse zanger, en ook dat van voorprogramma Mathijs Leeuwis, is semi-seated en het wat oudere, cultuurgeïnteresseerde publiek haalt vooraf en tussen de optredens door op het gemakje een koffietje of cappuccino in Mezz-Café.