Platenverzamelaar en kleurrijke Carlos Valdes is belangrijk voor Amsterdamse scene

Tweede editie gaynight Is Burning aanstaande zondag (03-08-14) in De Verdieping van Trouw met Tama Sumo, Sandrien en Valdes zelf

Jouko Peters ,

Zonder de kleurrijke Carlos Valdes, kind van Chileense ouders, had het Amsterdamse nachtleven niet helemaal hetzelfde geweest. Het is misschien een gewaagde uitspraak, maar zeker is dat de fervente platenverzamelaar en labeleigenaar Valdes belangrijk is geweest voor de ontwikkeling van de scene hier. Wij zochten hem thuis op om te praten over zijn flinke platenverzameling, de aanstaande Is Burning avond in Trouw met Tama Sumo en Sandrien, label Studio Soulrock en zijn overgang naar het Amsterdamse agency MEANWHILE. Wat staat er eigenlijk in de platenkast van Carlos Valdes?

Welke drie platen heb jij onlangs aangeschaft?
Ik koop vaak nieuwe platen die al best wel oud zijn, als in niet per se nieuw werk. Een van de laatste die ik kocht is de Tribute EP van QX-1, die misschien beter bekend staat als Mike Dunn. Het is een plaat die laatst opnieuw is uitgegeven en de track I Won't Hurt You vind ik het vetst. Het nummer is vrij hard, hij kickt er aan het begin meteen lekker in, en de elementen die zijn gebruikt, zijn voor mij precies de juiste keys. De track is makkelijk mixbaar, funky en sexy, maar niet per se happy; of eigenlijk juist niet. Heb ik het zo goed genoeg uitgelegd?

Zeker, dit gaat helemaal goed. Kom maar op met nummer twee en drie.
Onlangs kocht ik het album Thank You For Letting Me Be MySelf Pt. I van Detroit legende Omar S. De track Air Of The Day vind ik waanzinnig mooi. Wat er zo mooi aan is? Hij is sferisch, er zit een prachtige omslag in de track en het doet me op de een of andere manier denken aan de Amsterdamse DJ Dimitri van vroeger. Daarom vind ik het prachtig. Eigenlijk kocht ik het album voor een ander, iets steviger, nummer op de andere kant, maar ik kwam er thuis achter dat Air Of The Day misschien nog wel meer met me doet. Het wordt haast trance op een gegeven moment. Als laatste kocht ik afgelopen week ook MDR 013, een plaat op het label van Marcel Dettmann met remixes van Luke Slater's Planetary Assault Systems (PAS). Vooral de PAS Deep Release Remix van Norman Nodge's track Rush vind ik lekker. Hij is wel redelijk stevig, maar daar hou ik van. Op de plaat staan allemaal vrij droge tracks, maar aan die PAS Deep Release Remix vind ik gewoon alles kloppen. Hij is lekker lomp, niet te snel en vrij donker. Ik ga er goed op, terwijl er eigenlijk maar heel weinig lijkt te gebeuren.

Wat heb jij met vinyl?
Ik ben begonnen met vinyl, dus veel. In de tijd dat ik startte met draaien, kon je nog helemaal niet met cd's draaien; laat staan met een USB-stick. Toen er een paar jaar later apparatuur op de markt verscheen waarmee je met cd's kon draaien, besloot ik het bij vinyl te houden. Tegenwoordig kan ik in elke vorm draaien, behalve met een laptop dan, maar ik hou gewoon van platen en ben visueel ingesteld. Als ik voorafgaand aan een gig vinyl in mijn koffer stop, dan weet ik 's avonds wat ik bij me heb; hoef ik niet lang te zoeken naar wat ik op wil zetten. En dat terwijl ik het met digitaal soms simpelweg niet zie. Dan kan ik bijvoorbeeld honderd tracks in een lijstje hebben staan op mijn display, maar dan weet ik gewoon niet wat ik wil draaien. Vinyl is voor mij een feest der herkenning. Het is, en blijft, mijn eerste natuur.

De platen die je vorige week kocht, hebben we besproken. Welke platen uit jouw grote collectie wil je er nog meer uitlichten?
Eentje die ik absoluut moet noemen is DKMNTL 004, met daarop twee Robert Hood remixes van Juju & Jordash' track Deep Blue Meanies. Het gaat me dan vooral om de Robert Hood Sci Fi Mix, dat vind ik echt één van de fijnste tracks. Hij is hard, maar ook heel sferisch; er is eigenlijk helemaal niks wat ik er niet vet aan vind. De Sci Fi Mix is eindeloos, warm, hard op een goede, niet agressieve manier, en hij werkt ontzettend hypnotiserend op de dansvloer. Het is zo'n track die je in een technoset kan draaien, maar net zo goed in een houseset kan stoppen; om de boel even op te zwepen.

Wat zijn de laatste twee die je wil noemen?
Op een plaat van Virgo op Trax Records, die drie jaar geleden door Rush Hour opnieuw is uitgebracht, staat de track Take Me Higher. Ik heb 'm nog nooit gedraaid in een club, maar toen ik vorige week bezig was met mijn podcast voor Is Burning - de Trouw-avond die ik samen met Sandrien doe - vond ik hem terug in mijn kast en dacht ik: "Dit is toch wel een van de betere platen die ooit gemaakt is." Net als met die Sci Fi Mix van Robert Hood heeft ook deze track alles wat ik zoek in een nummer. Het bevat die old-school vibe, is hypnotiserend en daarnaast bijzonder warm. Hoewel er geen harde kick in zit, kan 'ie zowel in een house- als een technoset. Daar hou ik van. De derde die ik wil noemen, is de track M-Tech op de EP Spadet van Jark Prongo. De plaat kwam in 2008 uit op het Artless, wat ik overigens een tof label vind. M-Tech is een vrij warme, langzame en stevige track met een goede hi-hat, maar ik draai 'm niet heel vaak. Hoe vet ik de track ook vind, hij past niet altijd in mijn set. Lekker mysterieus is 'ie wel.

Hoe ben jij ooit in aanraking gekomen met muziek? Kom je uit een muzikaal gezin?
Al op jonge leeftijd speelde ik een beetje piano, gestimuleerd door mijn moeder, en kreeg ik favoriete nummers, die ik lekker meezong. Our House van Madness bijvoorbeeld, muziek van The Bangles vond ik mooi. Op een gegeven moment wilde ik bij de groep Kinderen voor Kinderen, dus ik stuurde hen een brief. Daar heb ik destijds drie jaar bij gezeten, maar uiteindelijk werd dat een drama voor mij op de middelbare school. Toen ik in de brugklas kwam, hoorde ik er nog steeds bij, en daar werd ik heel erg mee gepest. Via Lil' Kim, Missy Elliott, meer 90's R&B en 'cheesy' happy hardcore als 2 Unlimited en Paul Elstak, kwam ik uiteindelijk bij house en techno uit. Mijn allereerste plaat, Night Of The Jaguar van DJ Rolando, kocht ik toen ik zeventien was. Ik hoorde die track voor het eerst in een set van Dimitri in de zomer van '99 en toen ik Isis in de Chemistry hoorde spelen, wist ik zeker dat ik iets met dance wilde doen. Het nummer van Rolando zorgde ervoor dat ik de muziek ook daadwerkelijk wilde kopen. Een jaar later draaide ik voor het eerst, een beetje bij toeval, in de Blitz in Amsterdam; wat resulteerde in een wekelijks iets. Ik kon er toen nog helemaal niks van, en draaien was nooit eerder mijn ambitie geweest.

Weet je nog dat je voor de allereerste keer 's ochtends vroeg een club uitrolde?
Ja, dat weet ik nog goed. Toen ik zestien was, verhuisde een middelbare schoolvriendin van mij naar Ibiza en besloot ik daarheen te vliegen. We gingen tijdens mijn eerste nacht naar de Pacha en daar draaide DJ Pippi tijdens Ministry of Sound. Voor mij was het de allereerste keer dat ik in een club van dat formaat was. We gingen er pas midden in de nacht heen, omdat die vriendin me vertelde dat er niemand eerder uitging op het eiland, en om acht uur 's ochtends rolden we terwijl het al licht was buiten de club weer uit. Ik had Get Get Down van Paul Johnson voor het eerst gehoord die nacht. Dat was de eerste allereerste plaat waarbij ik echt zoiets had van: 'Wow, wat is dit?!' Ik vond uitgaan altijd al wel leuk, maar die nacht kreeg het voor het eerst een soort van housevorm.

Waar draai je graag in Amsterdam?
Ik kom uiteraard graag in Trouw. Vooral De Verdieping vind ik heel erg tof. Boven kom ik tijdens clubavonden niet zo heel vaak, omdat ik me in die ruimte niet zo op mijn gemak voel. Het is vrij smal en ik sta graag ruimer. Er is beneden iets, het lijkt wel alsof het geluid rauwer afgesteld is en er meer sub is, waardoor alles beter mij binnenkomt. Eigenlijk kom ik overal in Amsterdam wel graag, de Disco Dolly vind ik bijvoorbeeld ook een fijne plek. Ik doe daar elke zondag een avond en geniet dan vaak vooral van het kleine en intieme. Wel vind ik het jammer dat de techniek soms slecht geregeld is in clubs. Ik draai graag met vinyl, maar er zijn maar weinig plekken waarbij je weet dat alles goed zit, dus moet ik altijd een back-up plan hebben. Bij Trouw weet je van tevoren bijvoorbeeld gewoon zeker dat alles goed verzorgd is. Daar hou ik van.

En uitgerekend Trouw verdwijnt over een aantal maanden. Hoe kijk jij daar tegenaan?
Ik vind het heel erg zonde en jammer dat ze het niet doorzetten, want het is zo'n fijne plek. Ik denk ook dat het belangrijk is voor Nederland en Amsterdam om zo'n club te hebben, en daarom hoop ik van harte dat ze iets anders gaan doen, of in ieder geval een deel van de mensen van Trouw doorgaat met andere projecten. Wat Tessa (Nijdam, red.) momenteel doet in de Studio 80 vind ik heel erg tof. Ze heeft er kijk op en probeert te verbreden door gevarieerd te programmeren. Ik hoop dat er nog meer mensen opstaan die echt puur voor de muziek gaan; meer een eigen stempel proberen te drukken. Mensen die iets eigenwijzer zijn, en niet af en toe een feestje geven, maar gewoon iets sterks en blijvends neerzetten; met een gewaagde programmering. Dat je gewoon weet dat het goed zit; zoals met Trouw het geval is.

Programmeren we hier we te veilig?
Nederland is meer mainstream georiënteerd. Alles is hier marketing en dat maakt het moeilijk om iemand te boeken die het publiek niet kent, omdat de tent dan niet vol is. Bij Trouw hebben ze nu het voordeel dat ze, na zo'n lange aanloop, het vertrouwen hebben gekregen van het publiek. Daarom is het bijzonder om te zien wat er gebeurt. Ik vind dat er te weinig gewaagd geprogrammeerd wordt in Amsterdam; in de hoek die ik interessant vind. Daarom hoop ik van harte dat Tessa zo doorgaat en dat de nieuwe plekken, waarvan ik heb gehoord dat ze komen, ook daadwerkelijk komen. Het zou mooi zijn als er mensen komen te zitten die hun stempel durven drukken en gaan voor kwaliteit. Dat heeft Olaf (Boswijk, red.) bijvoorbeeld heel goed voor elkaar bij Trouw.

Wat zijn jouw mooiste buitenlandervaringen?
Ik ben vijf keer naar Zuid-Amerika geweest om te draaien en alle keren waren bijzonder. In 2000 ging ik voor het eerst alleen naar het Argentijnse Buenos Aires. Ik had al wel met Sandrien (München) en met Isis (Turkije) in het buitenland gedraaid, maar dit was voor het eerst helemaal alleen en dan meteen op een ander contintent. Dat rauwe randje waarvan ik zo hou, vond ik daar enorm terug in de mensen. Ik draaide om twee uur 's nachts in de open lucht aan de rand van een rivier en binnen een half uur was de tent vol. Net toen ik dacht: 'nu gaat het feestje écht beginnen', gebeurde dat ook. Mensen gingen kapot. De andere twee steden die ik moet noemen, zijn Stockholm en Berlijn; wat voor mij de enige stad blijft waarin mensen er altijd voor gaan. Ik zal nooit meer vergeten dat ik moest draaien in de Panoramabar voor Playhouse, het label van Heiko Schäfer en Nick Höppner. Zij hadden me gevraagd om te komen openen, dus daar zocht ik in Nederland mijn muziek op uit. Toen ik Nick voor mijn gig tegenkwam in de Berlijnse platenzaak Hard Wax vroeg hij: "Jij sluit toch af?" Zijn zus was net bevallen, zoiets, en ik dacht alleen maar 'shit'. Ik had helemaal geen muziek meegenomen voor een afsluitset. Uiteindelijk heb ik gewoon opgewarmd, maar achteraf baal ik er soms wel van dat ik niet heb afgesloten toen. Het was heel speciaal, maar ook een gemiste kans.

Hoe gaat het met jouw label Studio Soulrock?
In 2000 begon ik met Soulrock en dat was destijds een boekingskantoor. Ik ben daar inmiddels mee gestopt, maar het was toen voor mij een manier om artiesten te promoten; om hen een platform te kunnen bieden op het moment dat zij iets tofs hadden. Het begon met Richard Parker, daarna kwamen onder anderen Steffi, Thomas Martojo, Casper Tielrooij en Boris Werner. Heel veel jongens hebben we even bij ons gehad, maar we brachten eigenlijk nooit muziek uit van onze artiesten. Dat kwam pas met Studio Soulrock, het label. Hoe dat ontstond? In 2007 hadden we in de Studio 80 een avond georganiseerd met alle artiesten van het boekingskantoor en de opbrengsten daarvan zouden naar het label gaan. Vandaar ook de naam Studio Soulrock, een verwijzing naar de 80. Er is onder anderen muziek op verschenen van Tom Trago, Young Marco, Axel Boman, San Proper, Robin Kampschoer en de Bootleg Bitches. Het label ligt nu een beetje op z'n gat, om verschillende redenen, maar vooral vanwege het feit dat ik me meer wil focussen op mijn eigen muziek. Er komen voorlopig dus geen nieuwe releases aan. Het gekke is dat heel veel mensen nu ineens zeggen: 'Je hebt zo'n vet label, waarom breng je niks meer uit?!' Ik zeg daarom ook niet dat er nooit meer iets uit gaat komen op Studio Soulrock, maar voor nu staat de boel even in de koelkast.

Op welke release ben je het meest trots of is dat moeilijk kiezen?
Om eerlijk te zijn: ik vind die hele reeks gewoon stoer en ook staan voor wat ik muzikaal ben. Ik ben enorm blij met de release van Robin Kampschoer, met de mooie remix van Sandrien, en ik ben net zo trots op nummer vijf: de samenwerking van Awanto3, Tom Trago en Young Marco. Axel Boman en Genius of Time maakten destijds een remix voor het label, nog voordat ze echt bekend werden.

Ben je een blij man momenteel?
Ik ben heel erg blij met Les Enfants Terribles (LET), die mij enorm hebben geholpen en deuren voor mij hebben geopend. Door hen ben ik vaker in Trouw gaan draaien. Ik heb mezelf de laatste twee jaar goed ontwikkeld en daar is LET een groot onderdeel van geweest. Verder ben ik ook heel erg blij dat ik in MEANWHILE een nieuwe boeker heb gevonden. Ik heb altijd alles zelf gedaan, wel met hulp van goede boekers die ik dankbaar ben, en dit is daarom mijn eerste officiële agency. Of het goed voelt om de touwtjes meer uit handen te geven? Ik ben best een controlfreak, maar het is fijn om te weten dat er mensen achter me staan en in mij geloven.

Hoe zit het met produceren? Wil dat al een beetje vlotten?
Het gaat heel langzaam nog, maar ik heb wel veel ideeën. Onlangs zat ik een dagje met San Proper in de studio en ik vond het heel mooi om te zien hoe hij werkt, maar als ik aan het produceren ben, dan ben ik vooral nog bezig met het maken van een simpele beat. Ik vind het heel erg leuk om op knoppen te drukken en ik ben blij met de 707 drumcomputer die ik van Young Marco heb overgenomen. Naar een scherm staren haat ik, dus de afgelopen tijd ben ik lekker met mijn keyboard, die 707 en een microfoon aan het rommelen geweest in mijn analoge studiootje. De komende maanden ga ik er verder mee aan de slag. Een release? Natuurlijk wil ik het liefst binnen een jaar muziek uitbrengen, maar dat wil ik al zeven jaar lang. Ik heb nu in ieder geval meer de rust gevonden om muziek te maken.

Waar staat de clubnacht Is Burning voor en waarom moeten mensen, tot slot, langskomen zondagavond in De Verdieping?
Het is een gay avond, gemaakt voor alle vormen van gayness galore; voor iedereen toegankelijk. Onze inspiratie was de oorsprong van house. Dat is niet per se altijd gay, maar daar begon het vaak wel. Het is ook niet dat we alleen maar oudere muziek ten gehore brengen, maar Sandrien en ik missen een bepaalde soort muziek op gayfeesten en dat gat willen we graag opvullen. Iets waar in heel veel andere landen op deze wereld wel aanbod voor is, blijft hier een beetje achter. Of er te weinig aanbod is voor de gayscene in zijn algemeenheid? Nee, er is voldoende aanbod. Dingen zijn alleen vaak commerciëler opgezet, met een meer commerciële programmering, dus dat is wat veel gays krijgen te horen. Er is weinig aanbod in het genre waar Sandrien en ik van houden. Aanstaande zondag hebben we Tama Sumo bij ons in De Verdieping staan, iemand die we al heel lang kennen en ontzettend waarderen als mens en als collega. Het gaat een hele bijzondere avond worden.