Op jullie website staat dat jullie met 'Everything We Hold' een nieuwe, onverwachte richting in slaan. Waar merk ik dat aan als luisteraar?
"Dat heeft vooral te maken met de vocalisten. Op ons laatste album stonden twee vocale tracks, op het eerste album één. We wilden meer menselijke stemmen in de muziek. Het is de eerste keer dat we werken met mannelijke vocalisten: Marc O’ Reilly en Omar. En dit album is ook meer song based dan onze vorige platen. Het bestaat half uit liedjes en half uit instrumentale stukken. Op ons vorige album heb ik twee nummers geschreven met een goede vriend van me; Rupert Friend, een acteur en tekstschrijver. Die samenwerking verliep zo goed dat ik hiermee door wilde gaan bij onze nieuwe plaat. We hebben meer dan ooit geprobeerd door middel van muziek en tekst op een directe manier emotie over te brengen en ik heb het gevoel dat we hierin geslaagd zijn. Ik denk dat het jazz-publiek dit allemaal niet van ons verwachtte."
Klopt het dat folk en klassieke invloeden op dit album een grotere rol spelen dan op jullie vorige platen?
"Ja, ik denk het wel. In de jazz zie ik veel artiesten die op zoek zijn naar een bepaalde formule en wanneer ze die gevonden hebben, houden ze daar aan vast. Het maken van een album vergt zoveel van mij, dat ik elk album iets nieuws wil doen. Ik wil mezelf blijven uitdagen om iets anders te proberen en een betere muzikant te worden. Er moet iets verrassends gebeuren op onze platen."