"We Are Augustines and We Are New Amsterdam!". De rock 'n' rollband uit Brooklyn is na 3 maanden terug in Nederland en zanger Billy McCarthy verklaart aan het eind van de avond de liefde voor en connectie met onze hoofdstad. Dat 'We houden van jullie' klinkt behoorlijk uitgehold maar als je met een hoofd vol zweetdruppels nog tranen over hebt dan is het serieus. Amsterdam houdt ook erg van We Are Augstines want het drietal (en soms vliegt er een extra bassist in) maakt met een mooie mix van melancholische pop (Arcade Fire) en een ode aan stadionrock (Bruce Springsteen) gehakt van de uitpuilende kleine zaal van Paradiso.
Voor de tekstuelen in het publiek worden een paar rustmomenten genomen maar verder biedt de set een serie prima dansbare liedjes. Het venijn zit hem in de techniek van de avond en het is vechten om elke vierkante meter. Het publiek staat zowat tegen het rek gitaren aangeplakt en halverwege gaan we even over op akoestisch als er een stekker uitvalt. McCartney reageert af en eindigt met gitaar in foetushouding tegen de muur waar hij bij uitsmijter Chapel Song onderweg was richting de gordijnen. Natuurlijk is dit een gedroomd einde maar volgende keer mag het rustig een maatje groter.
Zweet en tranen bij We Are Augustines
Anderson: "Frank Platt leverde het DNA voor Nirvana"
Eind vorig jaar kwam de debuutplaat Rise Ye Sunken Ships van de in Brooklyn gevestigde band We Are Augustines uit. Niet geheel onverwacht, want zanger Billy McCarthy en bassist Eric Sanderson speelden al jaren samen in een andere formatie. Het mainstage van Coachella en het voorprogramma The Maccabees zorgde voor een groter publiek de laatste maanden en nu dus terug als headliner op Indiestad.
We Are Augustines
Geheel misplaatst is het drietal in Amsterdam niet. McCarthy is bekend met de stad, omdat hij in de jaren negentig rondtrok door Europa als docent Engels. Rob Allen (drums) van origine Brits, woonde lange tijd in Pennsylvania, waar Hollandse goudzoekers als eerste hun tent op zetten. Allen: "De Nederlandse gemeenschap is er nog altijd sterk vertegenwoordigd. Dit zie je terug in de stads-, straat-, en achternamen in die regio. Ook mijn huidige vrouw die ik daar ontmoette heeft haar wortels in Nederland. Ik weet niet hoe je het hier uitspreekt, maar zij heet "Fen Esdeylen" (Van Asdalen dus)
McCarthy vult aan: "Ik realiseerde mij in februari al, toen wij als voorprogramma meereisden met The Maccabees. De grachten waren toen bevroren en iedereen schaatste op het ijs. Het was een prachtig gezicht en ik hoorde later pas hoe uniek dat eigenlijk was, ook voor hier. Ik realiseerde mij toen dat dit de enige stad waar ik mijzelf zou kunnen zien wonen buiten New York. Het is hier prachtig, mensen zijn beschaafd, journalisten lezen zich hier in en bereiden zich gewoon voor. Dat is heel anders dan in Amerika. Ook als je naar architectuur kijkt zie je de connectie tussen bijvoorbeeld West Village in Manhatten en Amsterdam. Wat dat betreft ben ik de Nederlanders dankbaar, dat jullie een paar eeuwen geleden New Amsterdam oprichtte. In sommige zaken zijn wij net het rare stiefnichtje van jullie."
Het begin
Geen van de mannen komt officeel uit The Big Apple. McCarthy, geboren en getogen in San Francisco strandde tien jaar geleden na zijn rondreis door Europa in New York, waar hij als straatmuzikant de kost verdiende, spelend in het uitgebreide metronetwerk onder de stad. McCarthy: "Spelend in de ondergrondse ontmoette Eric en ik elkaar via een gemeenschappelijke vriend. Bobby, zijn wij ongeveer acht jaar later tegengekomen."
Dat de band uit Brooklyn komt heeft verder weinig te maken met de muzikale broedplaats die het zou zijn. McCarthy: "Integendeel, wij leven in het saaie gedeelte van Brooklyn. Sterker nog, ik denk niet dat Brooklyn de culturele barometer is waar mensen het over hebben. Het publiek en de artiesten zijn er er maar al te bewust van wat cultuur is. In de jaren tachtig was San Francisco de culturele hoofdstad van Amerika. Zelf verhuisde ik destijds naar New York vanwege de films die Spike Lee erover maakte in die tijd. Thompson Park was toen nog bezaaid met junkies. Als je leven je iets lief was, liep je er niet doorheen. Tegenwoordig struikel je er over de kinderwagens. Zoiets veranderd volgens mij continu."
9-11
De gebeurtenissen van 9-11 hebben de stad en de cultuur wel veranderd. McCarthy: "Na mijn rondreis door Europa had ik grote moeite om de gevoeligheid van dat continent terug te vinden in de Verenigde Staten, de maatschappij was er hard en kil. Een week later vlogen de vliegtuigen in het World Trade Centre. Ik herinner mij nog goed dat ik net wakker was en opgebeld werd door een vriend, die mij vertelde dat er een vliegtuig in één van de torens was gevlogen. Ik vond het enorm idioot van de piloot. Toen ik beneden ging kijken, vloog het tweede vliegtuig in de andere toren. Binnen de kortste tijd was de hemel donker en de stad besneeuwd met as. Ik ben in mijn truck gestapt en erheen gereden om mensen er vandaan te halen."
Mc Carthy vervolgt: "Begrijp mij niet verkeerd, ik ben geen pacifist, maar de leugens en de hetze die na de aanval op gang kwam in de media wereldwijd, was beschamend en sloeg dood bij de ellenlange rekken vol foto's van vermiste personen, die ineens geen stem meer hadden. Veel burgers voelde zich ook niet vertolkt door de regering en de jaren die volgden. Artiesten en kunstenaars voelden de noodzaak een ander geluid te laten horen dat recht deed aan de gevoelens en emoties van zo velen anderen en verlorenen.
Die gebeurtenissen, samen met het opkomen van internet en de globalisatie, waardoor iedere idioot een blog kon starten en zijn onzin wereldkundig kon maken, zorgde voor de 'Brooklyn Explosion'. Deze zorgde ervoor dat Brooklyn ineens de thuishaven werd voor kunstenaars uit alle windstreken van het land."
We Are Augustines speelt vanavond om 21:00 uur in de grote zaal van Paradiso. Bekijk hieronder alvast het concert van de band dat zij in februari dit jaar gaven Paradiso.
Indie
We Are Augustines rekent zich niet tot een bepaalde scene, zoals Indie, een label dat er veelal op hun muziek wordt gedrukt door critici. Anderson: "Wij zijn nooit onderdeel geweest van een scene. Toen wij begonnen kon je in New York gewoon makkelijk zaken geregeld krijgen. De huur was er goedkoop en de studio's betaalbaar. De zogenaamde scene die later ontstond is juist heel gesloten. Er zijn een paar grote bands, die vooral tegen andere bandjes aanschoppen, als een paar pestkoppen op de middelbare school eigenlijk."
Indie was begin dit millennium niet eens een genre. "Er startte in die jaren een aantal bands, die zelfstandig hun eigen werk produceerden en uitbrachten, puur omdat het kon en omdat zij zich niet wilde conformeren aan de muziekindustrie. Dat werd ineens een ding, waardoor er allerlei jongeren met een gek montuur en een gitaar opstonden en zich Indie noemden, terwijl zij in feite net verhuisd waren naar de grote stad en hun ouders netjes hun collegegelden betaalden. Het label Indie werkte daarmee niet verbindend, maar dreef de scene wat dat betreft in tweeën." Allen vult aan: "Toen ik opgroeide in London, bestond dat gedoe al in de magazines. Ik herinner mij dat bands als Fugazi en R.E.M. net zo verbolgen waren over het feit dat zij Alternative werden genoemd. Ons nummer Juarez gaat hierover. Zo gaat dat in medialand. Neem Frank Platt bijvoorbeeld, hij is een legende en leverde feitelijk het DNA voor Nirvana. Hij kreeg zijn muziek niet eens op MTV!"