Dit jaar geeft de Vlaamse fotograaf Guy Kokken voor de tweede keer een workshop popfotografie tijdens het festival Sonic Connections in de Brakke grond. De beste deelnemer wint een fotoshoot in muziektijdschrift OOR. Kokken heeft een groot aantal Belgische bands al voor zijn lens gehad en via OOR ook de nodige Nederlandse en Engelse artiesten. 3VOOR12/Amsterdam vroeg hem naar zijn beweegredenen om deze workshop te leiden.
Hij werd twee jaar geleden benaderd door De Brakke Grond om iets multimediaals te doen met een link naar theater, muziek en beeld tijdens de Museumnacht. Daarnaast werd zijn snor als een pluspunt gezien. Bezoekers konden zich laten fotograferen voor een albumhoes en zo in de huid kruipen van hun idool. De samenwerking beviel zo goed dat hij vorig jaar werd gevraagd om een workshop popfotografie op te zetten, met dit jaar dus de tweede editie.
Het niveau van de deelnemers verschilt van amateurs tot professionals. Ook van de deelnemers valt veel te leren. Op de eerste dag van de workshop is er een discussie gaande of er nog brood te verdienen valt met popfotografie. Veel popfotografen klussen bij met opdrachten voor reclames of huwelijksreportages. Hij geeft aan dat het moeilijk is om tegelijk creatief en commercieel te denken. Het een gaat vaak ten koste van het ander.
Het vak van fotograaf is tegenwoordig veel laagdrempeliger geworden. Waar vroeger nog kennis van licht meten, handmatig scherp stellen en films ontwikkelen in de doka noodzakelijk was, doet de camera dat tegenwoordig zelf. Daardoor is de kans op een gelukte foto een stuk groter. Toch is een gelukte foto niet altijd een sterke foto. Jongeren van tegenwoordig zijn veel meer opgegroeid met de beeldcultuur en komen zo sneller tot resultaten waar hij tien tot vijftien jaar voor nodig heeft gehad. Meiskes vindt hij vaak goede fotografen omdat ze de fotografie meer benaderen vanuit gevoel en subtieler en romantischer zijn in plaats vanuit een technische benadering, zoals veel mannen doen.
Op de vraag hoe Kokken denkt over zwart-wit fotografie geeft hij aan dat dit appelleert bij een groot publiek. Mensen zien het direct als artistiek. Het is ook net iets makkelijker een goede zwart-witfoto te maken dan een kleurenfoto. Rood trekt aandacht op een afbeelding, terwijl blauw op de achtergrond blijft. Bij een zwart-witfoto heb je daar minder last van.
Stijlkeuzes
Zijn stijl omschrijft Kokken zelf als het gebruik maken van veel felle kleuren, een vrij uitgebalanceerde compositie, en wat ‘tongue in cheek’ (een nootje humor). Hij probeert een verhaal toe te voegen aan een foto. Door het fotograferen tegen de zon in probeert hij een surreële sfeer te creëren en het onderwerp los te maken van de achtergrond. Van foto’s met een telelens moet Kokken niet veel hebben: “Het wordt dan een snel een pasfoto”. Kokken is niet tegen fotobewerking, maar geen fan van fotomanipulatie. Het maken van een foto is een creatief proces samen met de artiest, eventueel met wat attributen. Soms moeten die wel overgehaald worden om in het concept te geloven, maar ook die zijn creatief en samen komt het tot wat moois.
Nu hij van een groot deel van de Belgische en Nederlandse bands al eens een foto heeft getrokken, zou hij Lemmy Kilmister van Motörhead of Ozzy Osbourne graag nog eens voor de lens willen hebben. Ook is hij een fan van Robert Smith van The Cure, maar die is er in de jaren niet mooier op geworden.
Op de vraag welke vlakken van de fotografie hij nog zou willen uitoefenen, geeft hij aan dat de modewereld met die schone modellekes hem wel trekt. Dit vanwege de omvang van de shows, de aankleding en alles wat er plaats vindt achter de schermen. Hij heeft er wel aan moeten werken om van het label pop/rockfotograaf van België af te komen. Hij wil zich namelijk niet graag vastpinnen aan een soort fotografie. Toch blijft zijn grootst passie het fotograferen van groepskes.