Blaudzun en Wolfendale betoveren Sugar Factory

Sfeervolle indiepop om door een ringetje te halen

Tekst: Jannie Post | Beeld: Sarah Oranje ,

2010 mag gerust het jaar van Blaudzun genoemd worden. Een nieuw album, lovende recensies en een goedlopende clubtour. In het kader van deze clubtour doet de band deze avond Sugar Factory aan. Samen met voorprogramma Wolfendale brengt hij de zaal in vervoering.

Sfeervolle indiepop om door een ringetje te halen

Het is vrijdagavond half tien als er een rij voor Sugar Factory ontstaat. Blaudzun en voorprogramma Wolfendale zijn nog niet klaar met soundchecken en de deur gaat een kwartiertje later open.

Als het publiek dan eindelijk naar binnen mag, mag de band Wolfendale het spits afbijten. Deze Eindhovense band staat deze avond voor de derde keer ooit op het podium, voor een zaal die langzamerhand volloopt. De vijfkoppige formatie speelt sfeervolle indiepop. Muziek om stil en ademloos van te genieten. Prachtige samenzang, strakke gitaarsolo's en stevige drums. Fijne muzikale intermezzo's laten zien dat de band muzikaal ijzersterk is. De nummers worden snel achter elkaar ingezet. Geen verhalen tussendoor, maar simpelweg spelen. Als het laatste nummer is gespeeld vertrekt de band na een korte tekst ook snel van het podium. Zo snel dat de eigen bandnaam niet eens genoemd wordt. Zeer tegen de zin van het publiek, want vanuit de zaal wordt luid gevraagd: “Wie zijn jullie?!”

Dan is het tegen elf uur tijd voor Blaudzun. In 2008 trok singer-songwriter Johannes Sigmond de aandacht van platenmaatschappij V2. In datzelfde jaar bracht hij zijn titelloos debuutalbum uit. In februari 2010 komt het tweede album uit: Seadrift Soundmachine. Met zeer lovende recensies, een clubtour en optredens op festivals als Lowlands en Into The Great Wide Open is het jaar 2010 voor Sigmond met recht succesvol te noemen.

Dat al die lovende woorden terecht zijn bewijst de singer-songwriter ook deze avond weer in Sugar Factory. Ondersteund door zijn zevenkoppige band, inclusief een cellist, violist en trompettist. Het openingsnummer is Sunshine Parade, gevolgd door February Flare. Prachtige sfeervolle indiepop. De donkere melancholische stem van Sigmond, de stemmige trompet, de strijkers, alles zorgt voor regelmatig terugkerend kippenvel.

Natuurlijk komt de single Quiet German Girls voorbij, waarbij het volledige publiek enthousiast meeklapt. Na dit up-tempo nummer is het tijd voor Streetcorner Shouter. Gewapend met enkel zijn gitaar en zijn stem weet de zanger de zaal doodstil te krijgen. Iets wat hem later in het concert nogmaals lukt als hij naast de microfoon het nummer Wolf's Behind The Glass begint te zingen, enkel zichzelf ondersteunend door zijn vriendin uit Barcelona: een ukelele. “Ja, ze heeft nog geen naam, maar voor de Kerst moet ze een naam hebben.”

De toegift begint met een verrassend nummer. “Een paar maanden terug vroeg iemand mij een liedje te doen van iemand anders. Dat doe ik normaal niet, maar deze was bijzonder. Dit nummer is geschreven door Bob (Marley, red.): Redemption Song. Als je zin hebt om mee te zingen, zing dan mee. Zingen is gezond.” Een prachtige vertolking van het nummer volgt. Gevolgd door prachtige uitvoeringen van Chocking Game en Loveliesbleeding.

Dan is het afgelopen en uit, de lichten gaan aan en de betovering wordt verbroken. Zo aan het einde van het jaar wordt van alles een lijstje samengesteld. Een ding is zeker, Blaudzun en Wolfendale mogen niet op het lijstje van ones-to-watch ontbreken!

Gezien: Blaudzun en Wolfendale, 10 december 2010, Sugar Factory