Op werelreis in Paradiso met New Cool Collective

“Dezelfde oude koppen, maar met andere blaadjes voor onze neus”

Tekst: Jannie Post | Beeld: Daan van Es. ,

Een nieuw album, een nieuw geluid. Wie denkt dat bigbands stoffig en ouderwets zijn komt bedrogen uit. De New Cool Collective Bigband neemt je mee op een muzikale wereldreis en combineert een blazersectie met stevige drums en gitaarsolo’s. Latin, jazz en rock gecombineerd tot een heel eigen geluid.

“Dezelfde oude koppen, maar met andere blaadjes voor onze neus”

De New Cool Collective Bigband zit klaar, het licht gaat aan en daar staat ineens Hans Teeuwen. Aan hem de eer om op deze cd-presentatie het eerste exemplaar van het album ‘Pachinko’ uit te reiken. Aangezien er niemand van de band opstaat om de cd aan te nemen is een willekeurige dame uit het publiek de gelukkige. Uit het optreden blijkt dat ze zich daarmee gelukkig mag prijzen.

Op het podium zitten 19 getalenteerde muzikanten. Een groot aantal van hen zal gedurende de avond in de spotlight staan met een solo. Het spits wordt afgebeten in ‘Panchinko’, door saxofonist en oprichter van New Cool Collective, Benjamin Herman. Volgens Benjamin heeft de band met deze cd een nieuw geluid neergezet. “Dezelfde oude koppen, maar met andere blaadjes voor onze neus”, aldus de frontman van de band.

De muziek vliegt heen en weer, van latin, naar jazz en een vleugje rock. Het album is geïnspireerd door een reis door Japan. In ‘Ms Wilson’ waan je je in een prachtige Japanse binnentuin met weelderige orchideeën en een waterval op de achtergrond. Het nummer is door het gebruik van zowel een dwarsfluit als meerstemmig geneurie frivool en duister tegelijk.

Van de Japanse binnentuin belanden we op deze muzikale reis op Afrika. Bassist Leslie Lopez laat zien dat hij niet alleen de bas bespelen kan, maar dat hij ook over een goede stem beschikt. En niet alleen de bassist toont een multitalent te zijn, ook de andere muzikanten laten talenten niet onbenut. Pianist Willem Friede doet ook percussie. Willem is tevens verantwoordelijk voor de sound op de plaat aldus Benjamin Herman. Niet voor niets dat hij, evenals gitarist Anton Goudsmit, genomineerd is voor een duiveltje. 

Bij het nummer We’re All Going Up komt de zanger van Moke, Felix Maginn, de band versterken. Hoewel hij niet veel zingt en vooral veel staat te klappen en swingen op het podium legt hij het pijnpunt van de avond bloot. Doordat hij op het podium staat te swingen en de band ophitst komt er een energie over de band die in de zaal te voelen is. Tijdens de rest van het optreden zakt die energie af en toe weg, waardoor de show bij vlagen saai is om naar te kijken.

Terug naar Tokio. Het nummer Heartland is geïnspireerd op deze stad. Hiervandaan gaan we verder naar Londen, Soho om precies te zijn. Tijdens Black Gardenia verwacht je elk moment James Bond voorbij te zien schieten in een wilde achtervolging. Een van de laatste haltes is Latijns-Amerika. Door dit uptempo latin-jazznummer bruist de zaal van energie, mede door de sterke solo op trombone door Kees Adamse.

Met twee toegiften nemen de bandleden afscheid, onder luid applaus en gejoel van het publiek. De reis is voorbij, het verhalenboek gesloten, maar de herinnering aan deze avond zal gelukkig nog lang bijblijven.

Gezien: New Cool Collective, Paradiso, 2 april 2010