Het is vrijdag 11 december 2009. De avond valt over Amsterdam als er zich tientallen mensen rondom het plein voor Vlaams Cultuurhuis de Brakke Grond verzamelen. In afwachting van de openings-performance Refence schuifelen bezoekers nieuwsgierig in de rondte. Lensdoppen worden afgehaald en het gesmoes onder het publiek maakt plaats voor stilte. Dan klinkt er een verwelkomend applaus voor de Vlaamse kunstenaars Vadim Vosters en de betreffende exposant zelve. In zwarte, met latex-bewerkte kostuums kruisen zij de floret. Met uiterste concentratie wordt een spectaculair schouwspel opgevoerd dat het midden houdt tussen theater, dans en de schermsport.
Een zeer suggestieve introductie tot de wereld van Michaël Aerts; wiens werk vanuit een sociaal-cultureel kader bezien dient te worden en meer specifiek, waarin symbolische en architectonische stijlelementen van de Middeleeuwen een rol spelen.
Dan is het moment aangebroken dat iedereen zich naar binnen verplaatst en men, al of niet onder het genot van een gratis aangeboden Belgische trappist, de expositie kan bezichtigen. In de galerie met tekeningen van Aerts heeft de graag geziene Amsterdamse troubadour Lucky Fonz III zich inmiddels geïnstalleerd. Nog voordat de gitaar gestemd is en de mondharmonica uitgepakt, zijn er bezoekers in de huiselijke fauteuils in de galerie neergestreken, waardoor er een heus huiskamer-concert plaatsvindt. Weer andere bezoekers geven vooral hun ogen de kost aan het grijsgetinte, ogenschijnlijk oude werk aan de muren. De ene sixties evergreen na de andere passeert de revu. De voormalig straatmuzikant heeft zich als een volwaardige eenmansband geprofileerd.
Onder begeleiding van zijn akoestische klanken weet hij al snel een gemoedelijke stemming onder de aanwezigen te creëren. Voorafgaand aan de Late Night Show met gespreksleider Martin C. de Waal, brengt Fonz een luisterrijke uitvoering van de Beatles-song Please Please Me, van het gelijknamige debuutalbum, ten gehore. Na het slotakkoord valt hem een luid applaus ten deel. Showman Martin C. de Waal bedankt hem nogmaals voor zijn optreden en nodigt Michaël Aerts uit voor een verhelderend vraaggesprek, waarbij naar verloop van tijd ook multimedia kunstenaar Arno Coenen en enkele kompanen van Aerts betrokken raken.
De half verduisterde hoofdzaal van de Brakke Grond is tot het ervaringscentrum van de expositie omgedoopt. Op verschillende plaatsen hangen uitgelichte sculpturen met een schijnbaar religieuze uitstraling; allen vervaardigd uit de materialen die het werk van de jonge kunstenaar typeren. Uit onverwachte hoeken spuiten rookmachines. Bij het betreden van de zaal worden koptelefoons verstrekt die de ervaring van de beschouwer versterken met een diepe soundtrack van DJ Bart Skills. Op effectieve wijze is hiermee het silent disco-concept geïntegreerd. Door een klaarkomende vrouw over de koptelefoons en de op SM-hulpstukken gebaseerde voorstellingen krijgt het werk een erotische lading.
In het oog springende en wederkerende aspecten in zijn werk zijn de hang naar Middeleeuwse symboliek, het op speelse wijze representeren van het mannelijk geslachtsorgaan, het verwijzen naar de SM-wereld en het reflecteren op de consumptie van religie en ideologie in de hedendaagse samenleving. Aerts’ mobiele monumenten, zoals de obelisk in de tuin, zijn opgebouwd uit flightcases die associëren met de noeste op- en afbouw wereld achter de schermen van de showbusiness.
De SM-darkroom is misschien het meest tot de verbeelding sprekende expositie onderdeel. Deze met reusachtige, stekelige seks-attributen ingerichte ruimte brengt ons op eigentijdse wijze terug in de Middeleeuwse martelkamers. Middels zijn werk heft Aerts tijd-barrières op of brengt de tijd in de war, waaruit kan worden opgemaakt dat de Belgische surrealistische traditie onmiskenbaar z’n sporen op hem heeft nagelaten.
Gezien: Opening expositie Please Please Me van Michaël Aerts in Vlaams Cultuurhuis de Brakke Grond te Amsterdam 11 december