The Last Attraction: chanson noir voor gevorderden

Zielepijn verpakt in gruwelijk mooie liedjes

Tekst: Tirza de Fockert Foto's: Bart Verbunt, ,

Met een gerust hart een concert verlaten is er bij The Last Attraction niet bij. Met hun bezielde chanson noir maken ze hun zieleleed voor allen voelbaar, maar vooral ook dansbaar. Niet lieflijk en zorgeloos dus, maar wel gruwelijk mooi.

Zielepijn verpakt in gruwelijk mooie liedjes

Het is Goede Vrijdag in de Winston, en dus worden er paaseitjes uitgedeeld. Psychedelische paaseitjes, welteverstaan, hoewel er weinig psychedelische uitwerkingen te bespeuren vallen. De vrolijk gekleurde eitjes, die weldra door de hele zaal te vinden zijn, staan in schril contrast met de hoofdact van vanavond: The Last Attraction. The Last Attraction bestaat uit een verzameling internationale muzikanten, die elkaar in Amsterdam gevonden hebben en daar al een aantal jaren langs de kleinere podia aan de weg timmeren. “Chanson Noir” noemen ze hun muziek zelf. Een combinatie van de drama van chansons, de “noise” van noir, de uitbundigheid van punk, en het tragisch-romantische van cabaret. Een prikkelende omschrijving, die nieuwsgierig maakt naar hoe dat dan klinken zal. De eerste noten van toetsenist Sebastian Janusz van opener Bleach maken gelijk duidelijk: op deze muziek kan geen enkele omschrijving je voorbereiden. Zware, melodische pianoklanken zetten de toon, aangevuld met de spookachtige eerste tonen van de viool. Als uiteindelijk de hele band zich op het podium gevoegd heeft, en zanger Sebastian Beier dreigend de zaal in kijkt, blijkt al snel: dit wordt geen lieflijke avond. Met piano, viool, contrabas en een uitgekleed drumstel weet The Last Attraction een imposant geluid neer te zetten, waarbij de melodieën nooit ten onder gaan in het geweld van tonen. Het romantisch aangezette Bleach wordt afgewisseld met het cabaret-achtige La Belle, waarbij de associatie met Tom Waits moeilijk af te schudden is. Maar ook bossa nova (Behind Curtain) en tango (Face) worden niet geschuwd. Een veelzijdige band, waarbij vooral de energie van drummer Jan Lemmens – na het zesde nummer is het bezwete shirt uit – en toetsenist Sebastian Janusz aanstekelijk werken op het publiek. Maar het is voorman Christian Beier die met zijn charismatische voorkomen het publiek weet te bespelen. Met een dreigende blik in zijn ogen weet hij de teksten over verloren liefdes, pijn en weemoed moeiteloos te vertalen naar het podium. Helaas moet hij het daarbij niet van zijn stem hebben. Deze steekt nogal vaal af tegen de warme, rijke klankkleur van de band. Deze komt vooral in de meer dansbare nummers zoals het magistrale Salome het best tot zijn recht. De lang uitgesponnen instrumentale stukken hebben een jazzy groove, die nooit gaat vervelen. Dat vindt het publiek ook, en zelfs na de toegift wordt er nog lang geroepen om meer. Een overweldigende show, die je niet in de koude kleren gaat zitten. Gezien: The Last Attraction Winston, 21 maart 2008 Recensie: Tirza de Fockert Fotografie: Bart Verbunt