Geef hem een oude platenspeler, een drumvel, een trompet en een meccanodoos en Pierre Bastien breit zo voor drie kwartier muziek aan elkaar. De Franse geluidskunstenaar heeft in het Bimhuis slechts een klein hoekje van het podium nodig om zijn geluidskunsten ten gehore te brengen, maar wat er op dat hoekje allemaal gebeurt is fascinerend om te zien en te horen. Met behulp van bovengenoemde materialen heeft Bastien een soort geluidsapparaat gecreëerd, met als kloppend hart een meccanomotortje, die al dan niet afwisselend een platenspeler, miniharmonium en allerhande andere geluiden aanstuurt.
Wat begint met een de stuiterende tik van een platenspelerarm op een plaat is een kwartier later volgroeid tot een volwaardig nummer, compleet met bas-, gitaar- en drumelementen. Het ritme wisselt aan de hand van verschillende mechaniekjes die Bastien in zijn meccanomotortje hangt, het gitaargeluid komt van een rij snaren die op tafel getimmerd zijn. Wonderlijk.
Hoe Bastien zijn geluiden precies creëert is voor het publiek gelukkig goed te volgen, dankzij een camera die vanuit een hoek van de tafel iedere beweging van Bastien's geluidsapparaat registreert. Wanneer de Fransman een nieuw geluid aan zijn collage toevoegt zorgt hij ervoor dat de camera naderhand op de juiste plaats is ingesteld. Het is verbazingwekkend dat Bastien met zulke mechanische materialen toch zo'n organisch geluid weet te produceren. Dit is ongetwijfeld grotendeels te danken aan het ijle en tegelijk warme geluid van de trompet waarmee Bastien nu en dan over zijn geconstrueerde ritmes heen soleert.
Na afloop van Bastien's set laat hij zijn 'muziek-motor' nog even aanstaan, zodat het publiek de kans heeft om van dichtbij te bekijken hoe het hele zaakje in elkaar steekt. Binnen een mum van tijd staat de halve zaal op het podium.
Het optreden van Philip Jeck steekt schril af bij de visueel sterke performance van Bastien. Jeck is slechts gewapend met zijn twee kenmerkende rode platenspelerkoffertjes en neemt daar op een stoel achter plaats. Die stoel komt hij vervolgens niet meer af en de enige beweging die hij maakt is als er af en toe een plaat verwisseld moet worden. Het is moeilijk voor te stellen dat Jeck ooit 'visual arts' studeerde in thuisland Engeland en dat hij vooral bekend staat om zijn installaties met platenspelers die allesbehalve visueel oninteressant zijn. Het contact met het publiek beperkt zich tot een bedankje aan het einde van het optreden. Het contrast met Bastien's dynamische performance is groot en het is een stuk moeilijker de aandacht bij de set van Jeck te houden. Een aanzienlijk deel van de bezoekers had dit blijkbaar van tevoren al bedacht en is na Bastien's optreden dan ook naar huis gegaan.
Gelukkig levert het geweldige uitzicht in het Bimhuis nog wat visueel spektakel op. Even lijkt het zelfs alsof Jeck zijn muziekcollage aanpast op het af- en aanrijden van de treinen, trams en auto's, maar dat is, aangezien Jeck de treinen achter zich natuurlijk niet kan zien, onwaarschijnlijk. In combinatie met Jeck's mistroostige ambient soundscapes krijgt het geheel een David Lynch-achtig tintje, maar dit kan helaas niet op tegen de overweldigende performance van Bastien. Een tafel vol met mechaniekjes is in dit geval oneerlijke concurrentie tegenover een man die zich verschuilt achter twee platenspelers.
Gezien: Pierre Bastien, Philip Jeck
Bimhuis, 13 januari 2008
Tekst: Ester Meerman
Foto's: Martijn Eerens
Philip Jeck kan niet op tegen Pierre Bastien's meccanodoos
Oneerlijke concurrentie in het Bimhuis
Het Bimhuis heeft met Pierre Bastien en Philip Jeck een indrukwekkend duo in huis gehaald. Het visuele spektakel van Bastien is echter zo overrompelend dat Jeck's optreden erbij verbleekt.